The next step Column 2016-6 1 Geo-Info Op 25 november 2016 vond het slotsymposium van Doorbraak 3D plaats. Twee jaar geleden spraken meer dan 70 organisaties uit bedrijfsleven, wetenschap en overheid in een manifest af om 3D-ontwikkelingen verder te brengen. Want het was duidelijk dat hier samenwerking voor nodig is. Inmiddels is 3D steeds meer praktijk. Zo blijkt uit een doorsnee werkweek van mij: het AHN symposium over de toekomst van het AHN; consortiumbijeenkomst '3D for environmental modelling' (www.3d4em.nl/); vergadering van 3D BAG/gebou- wen werkgroep; brainstromsessie over 3D bij de Gemeente Den Bosch; Kadaster projectbijenkomst voor definiëren standaardworkflow '3D Kadastrale inschrijving'; bijeenkomst van '3D basis op orde' van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu; Kadaster-projectgroep bijeenkomst '3D Omgeving NL. Kortom, de tijd van pionieren en pilotten is voorbij. Afzonderlijke domeinen en overheidsorganisaties ontwik kelingen zich steeds meer richting 3D. Maar het toevoegen van 3D aan afzonderlijke werkprocessen en door afzonderlijke initiatieven (zoals de informatiehuizen van de Omgevingswet), is bij lange na niet voldoende om de meerwaarde van 3D te verzilveren. Er is een gemeenschappelijk kader nodig en regie om te zorgen dat 3D-ontwikkelingen de komende jaren zullen convergeren in plaats van divergeren. Aan elkaar rijgen van informatieketen Tijdens de twintig pitches van het Doorbraak 3D slotsymposium lieten overheden, bedrijven en wetenschap indrukwekkende oplossingen zien op het gebied van 3D-inwinning, 3D-beheer en 3D-gebruik. Maar een afge stemde en gestandaardiseerde workflow is er niet. Hierdoor is het doorlopen van de workflow iedere keer en voor iedere partij weer opnieuw arbeidsintensief. Het koppelen van de afzonderlijke onderdelen tot een zinvolle informatieketen vereist een regie-view waarbij afspraken worden vastgelegd over hoe de 3D-data in te winnen en modelleren zodat het later in de keten kan worden beheerd en ontsloten voor meervoudig gebruik. Op weg naar één referentieset.... Op verschillende plekken wordt gebouwd aan 3D. Geo- next presenteerde tijdens het Doorbraak 3D slotsymposium een project in opdracht van ProRail waarbij 1,1 miljoen gebou wen zijn gemodelleerd. Andere bedrijven doen hetzelfde voor andere overheden. Maar deze data wordt niet gedeeld. Nog belangrijker: de opgebouwde 3D-data zijn allemaal net even iets anders. Een betrouwbare overheid moet werken met één 3D-referentieset. Daar is regie voor nodig. Levels of detail vastgelegd in standaarden Als het om 3D gaat, verwacht men al snel een op werke lijkheid gelijkend 1-op-i model van de leefomgeving. Voor de 'immersive' (letterlijk: onderdompeling) ervaring is dit nodig. Maar voor de meeste andere toepassingen is veel minder detail nodig of zelfs gewenst. Het gaat daarbij om veel verdere invulling dan de Levels of Detail van CityGML (vanLODO- terrein tot LOD4-binnenkant). Welke minimale uitbouwen moeten worden meegenomen; welke dakkapellen en andere 'hoogte-uitschieters'; hoe 'goed' moet de dakvorm passen op de werkelijke dakvorm. In 2D zijn deze detail-niveaus (verge lijkbaar met 'schaal') strak gespecificeerd in bijvoorbeeld de BGT. Maar voor 3D is er nog onvoldoende bewustwording dat 3D uiteenlopende representaties kan hebben. Waarbij vaak geldt: 'less is more. Zoals voor 3D BGT: er wordt hard geëxperi menteerd, maar wat uiteindelijk een zinvolle 3D BGT is, wordt bepaald door de toepassing. Regie is nodig om verschillende detailniveaus van 3D-data te definiëren en standaardiseren, afgestemd op gebruik, en een plek te geven in de hierboven genoemde informatieketen en 3D-referentieset van de over heid. BIM en Geo-afstemming In zowel het Geo-domein als het BIM-domein wordt erkend dat de integratie van beide domeinen een cruciale stap voorwaarts zal zijn om de multidisciplinaire uitdagingen van onze bebouwde omgeving te managen. Maar het is nog steeds erg moeilijk om 3D-informatie gedurende de gehele levenscyclus van omgevingsprocessen te delen (van plan, ontwerp en de bouw tot onderhoud, beheer en opnieuw plannen). De oplossingen tot nu toe richten zich vooral op de conversie van beide typen data. Voor een zinvolle integratie moeten de domeinen in coherentie worden bekeken om richtlijnen mee te geven over de specifieke data modellering zodat de data in een volgende stap betere (her)gebruikt kan worden. Maar dat is niet eenvoudig want men is vaak of expert in het BIM-domein, of expert in het Geo-domein. Zelden in beiden. Ook hier is daarom weer een overkoepe lende aanpak nodig. De Omgevingswet heeft de torenhoge ambitie om informatie over domein-silo's heen met elkaar te integreren voor een integraal afwegingskader. 3D kan hierbij de sleutel zijn. Zo biedt een 3D-representatie van wat wel en niet mag in boven- en ondergrond (3D Omgevingsplan), in combinatie met 3D-topografie (basisregistraties), kansen in het vergunnin genproces via het Omgevingsloket Online (waar een 3D ont werp kan worden ingediend). Hiervoor zijn afspraken nodig over de 3D-data in de verschillende stadia van levenscyclus van objecten, vastgelegd in standaarden zodat de ambitie van de Omgevingswet werkelijkheid wordt... Jantien Stoter Hoogleraar 3D GeoInformatie aan de TU Delft en tevens werkzaam bij Kadaster en Geonovum. jstoter@geonovum.nl.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2016 | | pagina 21