26 I
Geo-Info I 2017-3
der jaren niet altijd alles 100% goed vastgelegd.
We weten bijvoorbeeld dat de gegevens van de
wegoppervlakken niet altijd juist zijn. Dat kan
niet: data moet betrouwbaar zijn. Je mag
bijvoorbeeld bij bouwactiviteiten niet voor ver
rassingen komen te staan
Samenwerken en standaardiseren
Standaardiseren is een andere pijler van de data-
veranderopgave van Rijkswaterstaat. Zeijlema-
ker: "Vroeger kwam het nog wel voor dat de
verschillende regionale onderdelen verschillende
meetmethodes hanteerden. Zo werd de data
niet op dezelfde manier ingewonnen en soms
ook niet op dezelfde manier verwerkt." In het
organisatieplan van RWS in 2015 is dan ook inge
voerd om meer eenduidig te gaan werken. Niet
alleen op datagebied, maar ook in het algemeen.
Met de vorming van de directie IGA zijn al deze
werkzaamheden gecentraliseerd en is er met de
oprichting van het Data Management Center een
stevige impuls gegeven aan het beheer van onze
data. Voor RWS is, naast mensen en financiën, data
het derde productiemiddel van de organisatie.
Rijkswaterstaat is een van de bronhouders van
een recent standaardiseringsproject, de BGT
(Basisregistratie Grootschalige Topografie). "Ach
teraf gezien hadden we meer betrokken willen
zijn bij de totstandkoming van die standaarden
in de BGT. Maar daar gaan we nu wel meer bij
aanhaken." Onlangs is met alle bronhouders
een wijzigingsproces gestart, met als doel te
komen tot een nieuwe release van de BGT. Ook
RWS neemt hieraan deel, en heeft een aantal
wijzigingsverzoeken ingediend. Voldoen aan de
vigerende wet- en regelgeving op dit gebied staat
hierbij centraal.
"Het vormt een breuk met het verleden waarbij
RWS uitging van het hebben van eigen standaar
den", schetst de directeur Inwinning en Gege
vensanalyse. "Omdat in deze tijden ICT een steeds
verdergaande samenwerking op datavlak met
verschillende organisaties en bedrijven mogelijk
maakt, zijn we gaan inzetten op uniformeren en
standaardiseren op datagebied. We kijken daarbij
ook of en hoe we kunnen aansluiten bij de (inter)
nationale standaarden. Dat moet het vertrekpunt
zijn."
"We werken veel samen met andere organisaties
zoals waterschappen, de brandweer, de marine.
En ook met het Kadaster. De samenwerking rond
Geo-ICT verloopt heel prettig. In het verleden liep
dat moeilijker, werden informatie en processen
heel erg binnen organisaties zelf gehouden. Nu is
er meer een open houding, transparantie. Dat zie
je bij veel organisaties. We zoeken nu bij RWS zelf
meer vanuit synergie naar samenwerkingsmoge
lijkheden. Overheidsorganisaties zijn de afgelopen
tijd niet gegroeid. Dan word je ook kwetsbaar in
je kennis en je ziet dat dit ook wel noodzaakt tot
samenwerken. Toen ik hier in oktober 2013 begon,
hadden we bijvoorbeeld erg veel geo-vacatures
die ik niet meteen kon invullen. Het Kadaster heeft
ons toen echt ondersteund om daar meer lucht in
te brengen. Nu zijn we weer op volle sterkte."
Kennisoverdracht naar een
jongere generatie
Zeijlemaker ziet dat het borgen van kennis in de
organisatie heel belangrijk is, zeker nu de trend
bij overheidsorganisaties toch wel vergrijzing is.
"Binnen RWS pakken we dat op verschillende
manieren op. Als we weten dat iemand binnen
een bepaalde termijn met pensioen gaat, dan
gaan we al eerder werven zodat jongeren ook
gekoppeld kunnen worden aan iemand met
veel ervaring. Dat begint nu echt vorm te krijgen.
Soms is dat wel lastig omdat budgetten onder
druk staan, maar we zien dat het nodig is. Deze
intensieve vorm van kennisoverdracht werkt echt
beter dan een overdrachtsdossiertje dat ergens
in een kast verdwijnt. Het is veel leuker om echt
met iemand op te lopen en in zijn netwerk
betrokken te worden. Ook voor degene die weg
gaat is het goed om te weten dat degene die het
gaat overnemen geïnteresseerd is in zijn kennis
en ervaring."
"Van het personeelsbestand bij de CIV is 33%
ouder dan 55 jaar. De meeste mensen werken tot
aan hun 67ste jaar, dus daar moeten we nu al op
inspelen. Je ziet dat als jongeren hier binnenko
men, ze het ook best wel ingewikkeld vinden dat
er weinig leeftijdsgenoten zijn. Daarom koppelen
we de jongeren aan elkaar in een traject voor
Young Professionals, zodat ze ervaringen kunnen
uitwisselen met leeftijdsgenoten en bijvoorbeeld
samen een opleidingstraject kunnen volgen.
We pakken die scheefgroei in leeftijd zeker aan.
Er is gelukkig nog wel veel interesse in het geo-
vakgebied, maar we moeten ook actief werven.
Daarom staan we ook op beurzen, gaan we langs
bij universiteiten, hebben we veel stagiairs en is
er een junior consultancy pool. We hebben een
eigen trainee-traject en we hebben allianties met
opleidingsinstellingen. Zo kunnen mensen vanuit
een geo-opleiding ervaren wat voor leuke banen
ze met die opleiding kunnen doen en waar we
binnen RWS allemaal mee bezig zijn. We merken
nu dat alles rondom data enorm leeft onder
jongeren. Ik hoorde onlangs dat data scientist het
meest sexy beroep van dit moment is. Dat vind ik
leuk! Ik denk dat je daar wel een soort versterking
door krijgt van het vakgebied. Er is nu ook meer
kans op een baan in het geo-werkveld, dus dat
zijn hoopgevende signalen."
"Ik zie wel dat we minder mbo-functies hebben",
signaleert Zeijlemaker. "Veel data-inwinning
wordt door RWS uitbesteed. We hebben
bijvoorbeeld geen landmeters meer in dienst.
Als we deze expertise nodig hebben, maken we
gebruik van de markt. Ook gaat er veel digitaal
en automatisch. We hebben bijvoorbeeld een
technisch vernuftige auto rondrijden die metin
gen maakt van het wegdek, de Aran (Automatic
Road ANalyzer). Op basis daarvan worden
reparatie- en onderhoudsplanningen gemaakt.
Ook voor het wateroppervlak is er een vaartuig.
Grote zaken doen we ook nog wel zelf. We heb
ben daarom bijvoorbeeld ook nog 50 mensen in
ons laboratorium in Lelystad die onder meer de
waterkwaliteit 24/7 bewaken."
Open Street Map, hackatons en
Sensor Data
RWS heeft een Nationaal Wegenbestand (NWB).
Daar zitten alle wegen, vaarwegen en spoorwe
gen van heel Nederland in. Dat bestand maakt
RWS op basis van data van alle wegbeheerders.
Nienke Zeijlemaker: "Dit was al Open Data
voordat het wettelijk verplicht was. We werken
nu samen met Open Street Map, een initiatief
waar door wereldwijde crowdsourcing de aarde
in digitale kaarten wordt vastgelegd. Dit is een
online community van 2 miljoen vrijwilligers,
'mappers'. Zij zijn erg gedreven om die kaart
gegevens kloppend te krijgen. Doordat zij hun
bevindingen terugkoppelen aan ons biedt dat
mooie kansen om ons werk te optimaliseren.
Zo kunnen zij bijvoorbeeld aangeven dat er
ergens een rotonde is die wij niet in het NWB
hebben staan. Dat triggert ons, het is een goede
manier om te checken of onze eigen informatie
volledig is. Daarnaast gebruiken de 'mappers' ook
onze Open Data. Omdat er veel apps gebruik
maken van Open Street Map stijgt ook de kwali
teit en de maatschappelijke waarde van de data
van de overheid. Deze samenwerking is nu nog
een pilot, we zijn het nog aan het verkennen.
Maar ik vind het zeker interessant om hiermee te
werken. Het is voor ons als overheidsorganisatie
ook goed om te kijken naar welke informatie wij
nodig hebben voor onze processen en wat we
dus allemaal willen weten en welke bronnen wij
-binnen en buiten de overheid- gebruiken."
Data-innovatie is ook een belangrijke pijler van
de veranderopgave. RWS heeft daarom een
eigen DataLab dat het fundament vormt om
datagedreven te gaan werken en daar werken
sinds kort ook data scientists. Ook met andere
partijen wordt samengewerkt om die innovatie
verder te brengen. "We hebben bijvoorbeeld
een hackaton georganiseerd met het KNMI over
de toestand van het wegdek. Wij hebben zelf de
nodige informatie over het asfalt, met model
len om de slijtage enzovoorts te voorspellen.
Maarals je dat afzet tegen de realiteit; klopt het
dan? Als je nou de weersinvloeden en een heel
groot aantal andere factoren daarbij betrekt,
zoals wanneer is het gelegd, wat waren de
weersomstandigheden toen, welk soort asfalt
is het enzovoorts, dan kun je je voorspellend