PUSHING the BOUNDARIES THEMA Collectie Wright-Draper bij UGent 2017-4 I Geo-Info 35 te meten, is de organisatie in staat met een druk op de knop relevante statistieken en rapporten aan de wetgever voor te leggen die beleggen dat de voor specifieke biomassa - bijvoorbeeld de opslag van cacaobonen - aan de daarvoor geldende optimale opslagcondities is voldaan. Zowel signalering als het verzamelen van bewijs last helpt bij een effectieve bedrijfsvoering. Een gegeven dat de multinational bewogen heeft ook naar andere toepassingen te kijken. Nieuwe technieken - nieuwe toepassingen Toepassingen zoals muizenvallenbeheer passen dankzij de komst van onder andere LoRaWAN in het investeringsbeleid van de organisatie. LoRaWAN, het Long Range Wide Area Network, is een internationale ontwikkeling van de LoRaWAN Alliance [4], die het versturen van kleine databe standen mogelijk maakt. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een bandbreedte van 800 MHz (in vergelijking: het GSM-netwerk voor mobiele telefonie werkt op 2.400 MHz). De lagere band breedte heeft het positieve gevolg dat met minder ontvangers een dekkend netwerk ingericht kan worden. In Nederland biedt KPN haar LoRa-netwerk aan, maar het Belgische Molenbergnatie maakt gebruik van een zogenaamd 'private-LoRaWAN', door eigen ontvangers op locatie te installeren. Kleinere berichten in combinatie met minder infrastructuur en een groeiend aantal sensoren die LoRa-compatibel zijn, geven het raamwerk waarin aan nieuwe toepassingen gewerkt wordt. Eén van die toepassingen is een LoRaWAN-muizen- en rat tenval. Deze Nederlandse innovatie past enerzijds in de reeds bestaande LoRaWAN-infrastructuur voor broeipreventie en sluit anderzijds aan bij de sinds 1 januari 2017 geldende Europese regelgeving voor plaagdierpreventie [5]. De nieuwe regels sluiten het gebruik van gif in de buitenruimte uit, waardoor meer conventionele methoden weer op de voorgrond treden. De in 2011 ingeslagen weg van het Belgische Molenbergnatie is een groeipad, waarop steeds meer processen voor de veilige opslag van bio massa door sensortoepassingen worden ingevuld. Een ontwikkeling die gezien de technische ontwik kelingen op communicatie- en sensorgebied steeds laagdrempeliger wordt, waardoor stilletjes de vraag opkomt of er in de toekomst nog appara ten zullen bestaan die ons niets te melden hebben. Referenties [1] Businessintelligence.com [2] HACCP Ondersteunende Industrie-Opslag (diensten.kiwa.nl/agro-feed-en-food) [3] IPM Rattenbeheersing (Inspectie Leef omgeving en Transport - Ministerie van Infrastructuur en Milieu) [4] ISO 22000:2005 (lv.vlaanderen.be/nl/bio/ wetgeving-biologische-landbouw) [5] Lora-alliance.org MSe Thorvald de Goede Msc. is Public Relations Manager bij Nazca IT Solutions. Hij is bereikbaar via t.degoede@nazcai.nl. Het Museum voor de Geschiedenis van de Wetenschappen van de UGent had tot 31 mei 2017 de tentoonstelling 'Pushing the boundaries - De Collectie Wright-Draper', een showcase voor landmeetkunde in extreme omstandigheden. 'Professor De Maeyer, hoe heeft de UGent deze indrukwekkende collectie bij elkaar gekregen? Onze collectie topografische instrumenten heeft ver schillende bronnen. Enerzijds de toestellen welke sinds het ontstaan van de universiteit (200 jaar terug) in de cursussen m.b.t. topografe - die tot de eerste aan de universiteit werden gedoceerd - werden ingeschakeld. Dit impliceert dat er toestellen van het einde van de t8e eeuw tot actuele periode door de universiteit werden aangekocht t.bv. onderwijs en onderzoek. Daarnaast kwamen door allerlei giften ook andere toestellen in de universiteitscollectie. De belangrijkste gift gebeurde echter door de erfgenaam en de execu teurs van Alan Wright. Het was hun wil om de toestel len verzameld door Alan Wright te schenken aan een instelling die deze toestellen kon beheren in het kader van haar bestaande activiteiten. De UGent die al lang stukken uit haar collectie topografsche toestellen tentoonstelt op permanente basis en in tijdelijke ten toonstellingen leek de erflaters de beste partner. Wie was Alan Wright en hoe is hij bij de UGent terecht gekomen? Alan Wright is een Engelse landmeter met een uit zonderlijke internationale carrière. Zo was hij onder meer actief bij de British Antarctic Survey in de jaren De Collectie Wright - Draper, een showcase voor landmeet kunde In ent rente omstandigheden LIWUiHriEHHI "i aia-« iJ 1960, waar hij twee overwinteringen meemaakte. Een schiereiland werd naar hem genoemd (Wright Pen insula). Daarna is hij steeds een voortrekker geweest wat betreft het gebruik van tellurometers en het was zijn droom dat zijn grote collectie topografsche toestellen (met uiteraard verschillende tellurometers en geodimeters, maar ook theodolieten tot GPS-toe- stellen, alsook rekentoestellen) ooit in een museum zouden terecht komen. De totale collectie overstijgt de honderd instrumenten. Het is door de contacten tussen de erflaters en Jan De Graeve dat de schenking tot stand kwam. Bij hun zoektocht naar een gepast instituut om de collectie te ontvangen, kon Jan De Graeve hen de brede bestaande collectie schetsen en hen overtuigen van de mogelijkheid om aan de UGent voor de toestellen een gepaste bewaar- en expositieruimte te vinden. Een verkenning ter plekke overtuigde me ook van de aanwinst die de collectie kon betekenen voor de UGent. Wat is voor u het meest opmerkelijke stuk uit de collectie? Niet één stuk zou ik als dusdanig bestempelen, maar wel het gamma van afstandsmeters die de tweede helft van de 20ste eeuw karakteriseren. Misschien ook wel een periode waarvoor onze collectie voorheen een leemte vertoonde' www.obge-bole.be, tekst Wim Broes Cartografe - Visie op de kaart

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2017 | | pagina 37