Agro Natuur, Milieu, Samenleving w 36 Geo-Info I 2018-4 Figuur 3 - Grondwaterstandsverlagingen berekend met Amigo, het regionale grondwatermodel voor de Ach terhoek (bron Vitens). Droogteschade-afhandeling nu Vroeger leverde ACSG in plaats van de scha- devlakkenkaart een bestand met schade per percelen. Echter, aangezien agrarische percelen vaak gesplitst of samengevoegd worden, bleek dit niet zinvol te zijn. Daarom is Vitens alweer een kleine 10 jaar terug begonnen met digitale verwerking van de jaarlijkse droogteschade met behulp van een GIS-systeem. In zijn eenvoudigste vorm worden de eerder genoemde schadevlak- ken en percelen per jaar over elkaar heen gelegd en gecombineerd tot homogene deelgebieden (zie figuur 4). In een apart programma in Access (DROV), dat bij Vitens is ontwikkeld, en kan com municeren met het GIS-systeem (ArcGis) wordt de administratie van de homogene deelgebieden bijgehouden en worden de gemiddelde schades per perceel bepaald. Oorspronkelijk gebruikten we de percelen die opgeleverd werden door het Kadaster. Later zijn we begonnen met het zelf aanpassen van de percelen op basis van luchtfo to's, en hebben we het mogelijk gemaakt externe bestanden te gebruiken om snel de delen van percelen die niet in landbouwkundig gebruik zijn te splitsen van de overige delen. Tegenwoordig maken we zoveel mogelijk gebruik van de zoge naamde gewaspercelen van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Deze percelen zijn in principe allemaal aangemeld bij het RVO door de grondgebruikers zelf en zijn altijd voor 100 procent in landbouwkundig gebruik. Correcties zijn niet meer nodig. Het gebruik van de RVO percelen voor de uitkering van droogteschades doen we overigens pas na toestemming van de grondgebruikers. Naar schatting handelen we nu ruwweg twee derde van de percelen op deze wijze af. Omdat we verschillende regelin gen hebben in verschillende gebieden kunnen we niet altijd zomaar gebruik maken van de schadevlakken van ACSG. Bijvoorbeeld, in de Achterhoek hebben we regelingen vastgesteld die weersafhankelijk zijn. Ieder jaar veranderen de schadepercentages. Daarom moeten we zelf voor deze gebieden ieder jaar de schades uit de TCGB tabellen halen. Ook dat handelen we af per homogeen deelgebied via het bij Vitens ontwik kelde droogteschadesysteem. Droogteschade afhandeling in de nabije toekomst De eerder genoemde TCGB-tabellen zijn geba seerd op verouderde modellen. Deze modellen houden geen rekening met klimaatverande ring. Verhoging van temperatuur, gewijzigde neerslagverdeling en verschuiving van het groeiseizoen maakten het nodig om nieuwe schadetabellen te bepalen. In het kader van het nog dit jaar af te ronden project Water wijzer Landbouw (zie de website van Stowa: waterwijzer.stowa.nl/) is hiervoor door Alterra, KWR en de Bakelse stroom een nieuwe lijn van modellen gemaakt, gebaseerd op SWAP voor de hydrologische modellering en Wofost voor de modelering van gewasgroei. Na imple mentatie van de waterwijzer landbouw in de huidige droogteschaderegelingen kan deze methode toegepast worden. Omdat bij de nieuwe methode - net als bij de oude - een metamodel beschikbaar is, kan de afhandeling van de schade bij Vitens grotendeels gelijk blij ven. Dat wil zeggen, we blijven gebruik maken van een GIS systeem en schadebepaling per homogeen deelgebied. De enige verandering in de afhandeling van de droogteschade waar we tegen aan gaan lopen, is dat we straks te maken krijgen met schadepercentages die per grondgebruik anders zijn; tot nu toe mochten we deze gelijk beschouwen. Naast de meer inhoudelijke aanleiding voor verandering van de droogteschade afhandeling zijn er ook organisatorische aanleidingen, te weten: 1. Alle financiële transacties binnen Vitens dienen zoveel mogelijk te lopen via de reguliere administratie systemen, dat wil zeggen SAP; dus ook de droogteschade afhandeling;

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2018 | | pagina 38