THEMA
Nu nog agrarische
productie op ongeveer
10% van de adressen
2018-4 I Geo-Info
y
41
7,2 en 5,4 procent). Mogelijk hangt dit samen
met grotere concentraties van endotoxinen
rondom veehouderijen.
Van de woningen in bevolkingskernen ligt
ongeveer 3 procent op minder dan 250 m van
een veehouderijlocatie. Grotendeels betreft dit
woningen langs de randen van de bevolkings
kernen. Van de woningen in het buitengebied
gaat het om 28 procent van de woningen die
op minder dan 250 m van een beroepsmatige
veehouderijlocatie liggen. Voor veehoude
rijlocaties geldt echter dat 87 procent één of
meer woningen binnen 250 m hebben liggen.
Dit komt door het grote verschil in totale
aantallen: het aantal woningen in het landelijk
gebied is met circa 480.000 ruim 15 maal
zo groot als het aantal veehouderijlocaties,
ca. 30.500, waardoor de kans dat veehoude
rijlocaties binnen 250 m omgeven zijn door
woningen veel groter is dan de kans dat een
woning een veehouderijlocatie op minder dan
250 m heeft, uitgaande van een vergelijkbare
ruimtelijke verdeling van woningen en vee
houderijlocaties. In figuur 3, een willekeurige
uitsnede van een gebied in Nederland, is het
hierboven geschetste beeld goed te zien.
Discussie
Als we kijken naar de landbouwontwikkelingen
lijkt in eerste instantie sprake van een toene
mende focus op landbouwproductie. Bedrijven,
percelen en waterhuishouding zijn steeds meer
op een hoge, efficiënte landbouwproductie
gericht. En dat heeft gevolgen: de biodiversiteit
in landbouwgebieden gaat achteruit, natuurbe
houd is vooral succesvol binnen de Natura 2000
gebieden en andere delen van het Natuur-
wetwerk Nederland. Dit wordt bevestigd door
Van der Sluijs (2017), die constateert dat kijkend
naar het landgebruik ook het Nederlandse
pilotgebied Heerde zich meer ontwikkelt naar
productie.
Als we echter kijken naar de bebouwing in
het landelijk gebied, zien we tegelijkertijd een
tweede ontwikkeling, namelijk een grote ver-
weving van woningen en veehouderijbedrijven.
Het platteland van Nederland is in de laatste
eeuw veranderd van hoofdzakelijk agrarische
bedrijvigheid, bestaande uit ongeveer een half
miljoen landbouwbedrijven, in een productie-/
woongebied, waarin men nog op ongeveer
10 procent van de adressen bezig is met agra
rische productie, terwijl de andere 90 procent
gebruikt wordt als meer of minder ideale woon
plek in het buitengebied, in sommige gevallen
in combinatie met andere bedrijvigheid.
Logflrtdi
Figuur 4 - Selectie van woningen binnen 250 m van veehouderijlocaties (Van Os et al, 2015).
Deze conclusie betekent dat de landbouwbe
drijven in Nederland in de afgelopen decennia
niet alleen steeds groter zijn geworden, maar
ook in toenemende mate te maken krijgen met
buren die zelf geen landbouwbedrijf (meer)
runnen. Voor meningsvorming over de ontwik
keling van het buitengebied, bijvoorbeeld in
het kader van de ontwikkeling van een omge
vingsvisie, is dat een belangrijke verandering
om rekening mee te houden.
Referenties
Agricola, H.J. en Kuhlman, T, 2015. Benchmark Agrofood: de
positie van regio FoodValley in Nederland. Alterra, Wagenin-
gen-UR (Alterra-rapport 2637), edepot.wur.nl/352707
Gies, E. Os, J. van Hermans, T. Olde Loohuis, R.J.W. (2007).
Megastallen in beeld. Wageningen UR, Alterra (Alterra-rap
port 1581), edepot.wur.nl/41420
Gies T.J.A., et al. 2017. De opgave van Vrijkomende Agrarische
Bebouwing in de provincie Zuid-Holland: aard en omvang
nader in beeld gebracht. Wageningen UR, Research report
edepot.wur.nl/422925
Hermans T, Jeurissen L, Hackert V, Hoebe C (2014) Land-Applied
Goat Manure as a Source of Human Q-Fever in the Nether
lands, 2006-2010. PLoS ONE 9(5): e96607. doi.org/10.1371/
journal.pone.0096607
Hooiveld, M., C.E. van Dijk, B.F. van der Sman-de Beer, L.A.W.
Smit, M. Vogelaar, I.M. Wouters, D.J. Heederik en C.J. Yzer-
mans, 2015. Odour annoyance in the neighbourhood of
livestock farming - perceived health and health care seeking
behaviour. Annals of Agricultural and Environmental Medi
cine. 2015; Vol 22 No 1: pg. 55-61.
Kros, J., TJA. Gies, J.C.H. Voogd W de Vries (2013). Efficiency of
agricultural measures to reduce nitrogen deposition in Natura
2000 sites. Environmental Science Policy, Volume 32, Octo
ber 2013, Pages 68-79, ISSN 1462-9011. www.sciencedirect.com/
science/article/pii/S1462901112001517)
Os, J. van, R.A. Smidt en LJJ. Jeurissen (2015). Afstand tussen vee
houderij en woningen. Een onderzoek naar aantallen veehoude
rijen en woningen op minder dan 250 meter van elkaar. Alterra,
Wageningen UR. Alterra-rapport 2658. edepot.wur.nl/387379
RIVM, 2017. Veehouderij en Gezondheid Omwonenden (aan
vullende studies). Analyse van gezondheidseffecten, risico
factoren en uitstoot van bio-aerosolen. VGORIVM Rapport
2017-0062, DOI 10.21945.
Sluis, T. van der, 2017. Europe: the paradox of landscape
change - A case-study based contribution to the under
standing of landscape transitions, 228 pages. PhD thesis,
Wageningen University, Wageningen, the Netherlands. ISBN:
978-94-6343-809-4. DOI: 10.18174/424508.
Rienks,W, et al. 2008. Grootschalige landbouw in een klein
schalig gebied. Wageningen UR, Alterra-rapport 1642.
edepot.wur.nl/28543
Jaap van Os is werkzaam bij
Wageningen Environmental
Research. Hij is bereikbaar via
jaap.vanos@wur.nl
Rob Smidt is werkzaam bij
Wageningen Environmental
Research. Rob is bereikbaar via
rob.smidt@wur.nl