Echte integratie tussen G
bij het Digitaal Stelsel Om
Tot ver in het eerste decennium
van deze eeuw was onze
'geo-wereld' een eigen wereld,
weliswaar met een stevige brug
naar de geodetische wereld en
een hangbruggetje naar de wereld
van de ICT. Een eiland, met eigen
technologische ontwikkelingen
en bijbehorende jargon.
Tijdens de jaarlijkse conferenties
en bijeenkomsten bevestigden
we onze plek in de wereld van de
informatie.
j
4
Geo-Info
2018-É
Door Arie Duindam, Tony Sloos,
Paul Dix en Bart Huijbers
Medewerkers van Kadaster en Rijkswaterstaat demonstreren de succesvolle integratie van DSO API's. Hiermee
breder domein van informatievoorziening (foto: Erik Kottier).
Lange tijd was de geo-informatie uit deze
wereld alleen toegankelijk voor GIS-experts die
kennis hadden van speciale GIS-software en
GIS-viewers. Meestal waren die volgestouwd
met kaartlagen, waaruit leken nauwelijks zinvolle
informatie konden destilleren. Met de groeiende
behoefte aan online informatievoorziening en
dienstverlening groeit ook de behoefte om
de 'schat' aan geo-informatie voor iedereen
beschikbaar te stellen. In eerste instantie
gebeurt dat met online GIS-viewers. Vaak zijn dat
uitgeklede versies van leverancier-afhankelijke
software en gebaseerd op gesloten dataforma-
ten. Daarmee is het online beschikbaar stellen
van geo-informatie afhankelijk van het beheer
van geo-informatie in de back office.
Veel verandert er met de komst van open
geo-standaarden en daarop gebaseerde open
(geo) webservices. Deze maken het mogelijk
om geo-informatie platform- en leverancier-
onafhankelijk online beschikbaar te stellen
en uit te wisselen. Bekende voorbeelden zijn
GML, WMS en WFS. Deze geo-standaarden
hebben hun internationale basis bij het Open
GIS Consortium [ij. In Nederland worden natio
nale profielen op deze standaarden gemaakt
en beheerd door Geonovum. De OGC
standaarden zijn de factotaal geworden die
binnen de geo-wereld wordt gesproken.
De geo-wereld was er dus snel bij met het
online beschikbaar stellen van geo-informatie
en heeft daarvoor een eigen taal ontwik
keld. De wereld daarbuiten heeft echter niet
stilgestaan. Die wereld wordt bevolkt door
web- en app developers die de mainstream
ICT-taal spreken voor het bevragen van infor
matie via internet. Voor hen is elk gegeven
een online uniek identificeerbare resource die
direct opvraagbaar is. Zij willen graag kaartjes
en geo-informatie in hun websites en apps
integreren, maar lopen daarbij aan tegen niet
gangbare en complexe manieren om geo-
informatie op te halen en te gebruiken.
De tijd lijkt eindelijk gekomen dat er echt een
brede beweging ontstaat die geo-informatie
integreert in de bredere ICT-wereld. De komst
van de Omgevingswet is hiervoor een sterke
aanjager. Dit betekent niet dat de geo-
informatiewereld ongeschonden uit de strijd
komt en de mainstream ICT nu ook ineens
OGC-services gaat maken en consumeren.
