cture en Tienstra Award
'Als iedereen een
drone heeft, heeft niet
iedereen een idee van
de kwaliteit van de
verkregen gegevens'
Adri den Boer, redacteur
2019-1 I Geo-Info
27
hoogte- en dieptebepaling anno 2018' in
Geo-Info 2018-5 raakte dit onderwerp al.
Zelfs de van Slobbe gekregen grafiek uit
Rome met de beste Nederlandse quasi-
geoïde ter wereld werd ook weer getoond!
Het probleem dat de aanleiding voor het
onderzoek was, was dat van de gescheiden
verticale referentiestelsels op het land (NAP)
en op zee (LAT, MSL= Lowest Astronomical
Tide resp. Mean Sea Level). Werd - om een
detail te noemen - in 2002 afscheid genomen
van fysiek hydrostatisch waterpassen, nu komt
het terug als 'model based hydrodynamic
levelling', bijvoorbeeld voor de Waddeneilan
den! Ontroerend vond ik dat Slobbe de kop
van het Geodesia-artikel Adieu Niveau' van
wijlen redacteur Theo Scheele projecteerde
(pagina 472 uit Geodesia 2002-12, vast dankzij
de tijdschriftendatabank).
Klaar is de klus nog niet. Het blijft bijvoor
beeld de vraag hoe informatief de diepten
ten opzichte van LAT zijn en een integraal
dynamisch zee-informatiesysteem is nog
toekomstmuziek.
De naamgever van deze prijs uit 1998,
prof. Jacob Menno Tienstra (1895 -1951) van
de TU Delft was hoogleraar waterpassen en
geodesie, rector magnificus en tevens voorzit
ter van de Rijkscommisie voor Geodesie.
De onderzoeksprijs werd voordat de NCG
Figuur 2 - Dr.ir. Cornelis Slobbe ontvangt de kristallen Tienstra Award (plus een geldprijs) van
dr.ir. Menno Tienstra ('son of').
sinds 2016 studiedagen houdt uitgereikt op
het GIN-symposium resp. GeoBuzz.
Parallellezingen
Waren er vorig jaar op het tweede NCG-
symposium in Delft zestig parallellezingen, nu
waren het er 48. Inclusief discussie mochten
ze vijftien minuten duren en ze waren in vier
zaaltjes tegelijk. Het waren acht parallellezin
gen van WUR Wageningen, twaalf van UT/ITC
en zevenentwintig van TU Delft. Er was er ook
één van het Nationaal Geografisch Instituut uit
België (van Rink Kruk). Voor een globaal beeld
van de PhD-onderzoekspresentaties koos
ik wat lezingen over Application focussed'
(PhD=Philosophte Doctor).
De eerste was ITC'er Claudia Stöcker met 'Data
quality assesment of UAV-based products
for land tenure recording in East Africa'
(UAV=Unmanned Aerial Vehicle, onbemand
luchtvaartuig). Dat het zo snel om 'what-you-
see-is-what-you-get'-properties gaat, was
duidelijk. Ook daarbij is, net zoals in de rest van
de wereld, de gegevenskwaliteit het belang
rijkste onderwerp. Claudia citeerde zo vertaald
ook: "Als iedereen een drone heeft, heeft nog
niet iedereen een idee van de kwaliteit van
de daarmee verkregen gegevens." Overlap-
percentages in beide richtingen en paspunten
deden aan de oude fotogrammetrie herinne
ren. Afgesloten werd met: gegevenskwaliteit is
het totaal van karakteristieken!
Claudia's collega Caroline Gevaert sprak over
'Unsupervised semantic change detection
in informal settlement using UAV imagery'.
Zij vergeleek beelden met tijdsverschillen.
Krotopruiming, nieuwbouw in achtertuinen
en stapsgewijze dakverbeteringen waren
zichtbaar en analyseerbaar (zie ook haar artikel
hierover in Geo-Info 2018-6, p 42-43).
'Managing crOp water Saving with Enterprise
Services' is een platform met een voor mij
nieuwe uitleg van de naam MOSES, bespro
ken door SilviaMaria Alfieri van de TU Delft.
De tweedeling daarbij is vóór en in het groei
seizoen van teelgewassen. En voor de plenaire
Baarda Lecture had ik toch 'nee' gezegd tegen
een dolende Nederlandse studente met de
zaalvraag: "Is dit voor plantwetenschappen?"
Referenties
[1] www.ncgeo.nl