Privacy 'Toestemming is vaak geen goede grondslag voor wifi-tracking' 'Privacy by design: al in ontwerpproces nadenken over privacy' 10 Geo-Info I 2019-3 om vooraf toestemming te vragen aan wille keurige voorbijgangers of winkelend publiek. Overeenkomst De grondslag van het verwerken op basis van een 'overeenkomst' (Artikel 6 (1) onder 'b' van de AVG) is ook niet van toepassing in deze context, omdat winkeliers en gemeenten geen overeenkomsten hebben met willekeurige voorbijgangers of het winkelend publiek. Taak algemeen belang of uitoefening openbaar gezag Alleen bestuursorganen kunnen een verwer king van een persoonsgegeven baseren op de grondslag van de 'noodzaak voor het vervullen van een taak van algemeen belang of bij het uitoefenen van een openbaar gezag' (artikel 6 (1) onder 'e' van de AVG). Bestuursorganen kunnen wifi-tracking inzetten wanneer dat echt noodzakelijk is om een publieke taak uit te voe ren. Het is dus niet genoeg dat de verwerking 'handig' is voor de uitvoering van een publieke taak, zoals het handhaven van de openbare orde of het kunnen nemen van datagestuurde beslissingen over de inrichting van bijvoor beeld winkelgebieden. Het bestuursorgaan moet kunnen onderbouwen dat de inbreuk op de persoonlijke levenssfeer noodzakelijk is. Daarbij moeten de verantwoordelijken, net als bij de grondslag van 'gerechtvaardigd belang', toetsen aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit. Dat betekent dat je je moet afvragen of de verwerking op deze wijze echt noodzakelijk is. Of je dus niet teveel of te gevoe lige gegevens verwerkt, en of je de gegevens niet op een andere manier kunt verzamelen, waarbij je de privacy van de betrokken mensen niet of minder schaadt. Gerechtvaardigd belang De behartiging van het 'gerechtvaardigde belang' (sub 'f') van de organisatie kan ook als grondslag dienen voor het verwerken van MAC-adressen bij wifi-tracking. Die grondslag is niet geschikt voor bestuursorganen bij het uitoefenen van een publiek taak, maar wel voor bedrijven. Een verhuurder van winkelruimte kan bijvoorbeeld een recht matig belang hebben bij het verzamelen van bedrijfseconomische informatie over de bezoekersaantallen per winkel door de tijd heen. Het bedrijf moet dit belang wel afwegen tegen het belang van de winkel bezoekers en voorbijgangers. Volgens de Autoriteit Persoonsgegevens kunnen com merciële doeleinden geen gerechtvaardigd belang dienen, als het gaat om het volgen van mensen in de openbare ruimte [5]. De AP schrijft (in een openbare brief over camera's in billboards): 'Een private partij zal niet snel een grondslag hebben om in de openbare ruimte, niet zijnde privaat eigendom, zonder toestemming van of contract met een betrokkene persoonsge gevens te verwerken via camera's in billboards. Dit omdat private partijen daar in beginsel geen gezag hebben en de verwerking van persoonsgegevens zonder toestemming en/ of contract in de openbare ruimte primair valt onder de verantwoordelijkheid van, c.q. mogelijk moet zijn gemaakt door de (wetge vende) overheid.' Het is de vraag of deze beoordeling stand houdt als een trackingbedrijf of een andere verantwoordelijke die gebruik maakt van de diensten van een trackingbedrijf, hiertegen in rechte zou optreden. De artikel 29-werkgroep geeft duidelijke uitleg dat verwerkingen snel door de toets komen van gerechtvaardigd belang, mits ze niet in strijd zijn met wet- en regelgeving [6]. Daarom kan een commercieel belang wel degelijk een gerechtvaardigd belang zijn. Veel belangrijker zijn de volgende twee onderdelen van de f-grondslag: of de verwerking proportioneel is en of de verwerking in individuele gevallen bepaalde mensen toch niet teveel schaadt. In dat laatste geval moet je maatregelen nemen om dat te voorkomen. Het trackingbedrijf kan de negatieve gevolgen voor betrokkenen minimaliseren, bijvoorbeeld door de meetgegevens onmiddellijk, op de sensor, te anonimiseren. Bovendien lijkt het onderscheid nogal arbitrair of de ruimte in privaat of publiek eigendom is. De stations en afgesloten winkelcentra bijvoorbeeld zijn doorgaans privaat eigendom. Het valt niet uit te leggen dat die partijen wel een gerecht vaardigd belang kunnen hebben bij het inzetten van wifi-tracking. Privacy by design De AVG stelt verplicht dat organisaties 'privacy by design' moeten toepassen. Dat betekent dat organisaties al in het ontwerpproces moeten nadenken hoe ze de privacy van gebruikers kunnen waarborgen in hun dienst of product. Zo kunnen organisaties persoons gegevens anonimiseren of deze verwijderen, zodra ze niet meer nodig zijn voor het beoogde doel. Een ander voorbeeld van privacy by design is het pseudonimiseren van persoonsgegevens als beveiligingsmaatregel. Privacy Company heeft met steun van het SIDN fonds een privacy by design framework ontwikkeld [7]. Dit framework bestaat uit 7 onderdelen: dataminimalisatie, pseudonimise ren, encryptie, access control, data protection by default, verwijderen/bewaartermijnen en het faciliteren van rechten van betrokkenen. In praktijk betekent dat bedrijven en gemeenten kritisch moeten nagaan welke persoonsgege vens daadwerkelijk nodig zijn voor het beoogde doel, zoals het uitvoeren van een publieke taak of genereren van bedrijfseconomische gegevens. Hoe minder persoonsgegevens er worden verwerkt, des te beter ('select before you collect'). Bij het toepassen van wifi-tracking of een verge lijkbare volgtechnieken zijn verschillende 'privacy by design'-technieken te gebruiken. Welke technieken ingezet kunnen worden, is afhankelijk van het doel van de verwerking. Als het doel is om individuele personen te volgen om ze later bijvoorbeeld advertenties te tonen op basis van hun winkelpatronen kunnen organisaties de verzamelde gegevens niet anonimiseren. Wat ze wel kunnen doen, als beveiligingsmaatregel, is het hashen van identificerende gegevens zoals MAC-adressen [8] [9]. Als het doel beperkter is, bijvoorbeeld drukte- metingen, kunnen de verantwoordelijke orga-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2019 | | pagina 12