2019-4 I Geo-Info
9
Professor Smit spreekt tijdens de buluitreiking (Foto: Adri den Boer).
Het koloniaal verleden in voormalig Neder-
lands-lndië bracht technische problemen met
zich mee, die om snelle oplossingen vroegen.
In de geodesie en de landmeetkunde kregen
ingenieurs te maken met voor hen onbekende
fenomenen, zoals schietloodafwijkingen ten
gevolge van vulkanen en atmosferische refrac
tie door het tropische klimaat. De noodzaak
tot praktische oplossingen had daardoor een
snelle verdieping in de theoretische kennis tot
gevolg. Hierdoor werd het Delftse college
materiaal steeds aangepast aan de laatste
inzichten. Nederlandse ingenieurs moesten
ook worden opgeleid om in Indië aan de slag
te kunnen!
Promotoren
De mannelijke Nederlandse promotoren van
Huib Ekkelenkamp waren professor Ramon
Hanssen (TU Delft) en professor Wim van den
Doel (Universiteit Leiden). De promotiecom
missie bestond verder uit de hoogleraren Mar-
tien Molenaar (emeritus Universiteit Twente),
Menno Jan Kraak (Universiteit Twente), Ben
Schoenmaker (Universiteit Leiden), Peter van
Oosterom (TU Delft) en Roland Klees (TU
Delft). Professor doctor J.J. Smit (TU Delft) was
plaatsvervangend rector-magnificus.
Presentatie vooraf
In zijn presentatie vooraf bekende Huib
Ekkelenkamp dat de subtitel 'De rol van de
Nederlandse aanwezigheid in Indonesië bij de
ontwikkeling van de geodesie in Nederland'
van promotor Hanssen was. Had het Indonesië
daarin ook geen Nederlands-Indië kunnen
of moeten zijn? Zijn presentatie bevatte veel
interessante informatie, zoals het feit dat
Nederland dankzij Indië jarenlang het grootste
islamitische land ter wereld was - en daar ook
trots op was. Het was ook de tweede koloniale
macht op aarde. Jakarta heeft 30 miljoen
inwoners, in Nederland valt de drukte wel
mee', aldus een ander statement.
Java kreeg tweemaal zoveel spoorweglengte
als Nederland (wel enkel 'Kaaps' spoor) en een
vergelijkbare verhouding binnen het aantal
bruggen. De TH in Bandung deed volgens Ekke
lenkamp niet onder voor die in Delft en er was
ook de eerste promotie in heel Azië. De promo
vendus verklaarde ook kort zijn onderzoekgrens-
jaren 1800 en 1990: na de VOC en vóór de GPS.
Voor de vroegmoderne communicatiemiddelen
kwamen was Nederlands-Indië in 100 dagen per
schip bereikbaar en duurde een antwoordbrief
dus minstens 200 dagen.
Academische vragen
Molenaar mocht het spits afbijten en vond
Ekkelenkamp 'bijna geodeet geworden'.
Hij ging in op de subtitel, zag verschillen
tussen Wageningen, Delft en het ITC en
vroeg waar in Indonesië het meest van de
Nederlandse achtergrond herkenbaar was
en andersom. Molenaar vond in recenter
onderwijs geen impuls uit Indonesië meer.
Dat hing ook volgens de promovendus van
de tijd af: luchtfotogrammetrie werd eerder
in Indië gebruikt (het proefschrift noemt
rapportages over fotogrammetrie in Indische
TD-jaarverslagen vanaf 1918).