Ontwikkelen van een NSDI - hoe beginnen we ermee? FIG Een blik op uitdagingen en oplossingen Elke overheid en elke organisatie verzamelt een scala aan ruimtelijke data. Dit doen ze hoofdzakelijk om hun eigen taken en processen te ondersteunen en/of te controleren. Op nationaal niveau zien we verschillende 'data-eilanden' ontstaan. Er is vaak geen integratie tussen de diverse databases en er is sprake van een behoorlijk data-overlap en dus ook een gebrek aan het delen van data en verdere functionaliteiten. Dit meervoudig verzamelen van elkaar overlappende data leidt tot hoge maatschappelijke kosten. 36 Geo-Info I 2020-4 The need to share and integrate data The present situation is called "The Island situation No Data Exchange, No Data Sharing. Very little cooperation Ministry X Ministry Y Afbeelding 1 - De noodzaak om data te delen en te integreren. Door André Kwitowski Het delen van ruimtelijke- en geodata (sharing) en de samenwerking tussen de diverse organisaties is meestal minimaal. Zelfs als dit door de organisa- tietop opgelegd is, is de praktische realisatie vaak verre van optimaal. Gelukkig is deze situatie in Nederland, in onze 'poldermodel'-aanpak, beter geregeld dan in andere landen. Initiatieven zoals BGT, PDOK (www.pdok.nl), Nationaal Geo-register (www.nationaalgeoregister.nl) hebben er redelijk snel voor gezorgd dat de geo-ruimtelijke data makkelijker te vinden zijn en met elkaar te delen zijn (NSDI-principe). De onderstaande afbeelding toont schema tisch de situatie waarin veel landen zich nog steeds bevinden of die nog steeds te maken hebben met zgn. 'data-eilanden'. Theoretisch lijkt het delen en integreren van de beschik bare data simpel en logisch, maar dat is naïef. NSDI als een oplossing Meestal is NSDI (National Spatial Data Infra structure) gebaseerd op EU INSPIRE Directive en als volgt gedefinieerd: NSDI is een brede term voor systemen die als doel hebben het op gang brengen van samenwerking en delen van ruimtelijke/ geodata (sharing) en verdere integratie; NSDI maakt het mogelijk dat data makkelijk gevonden kunnen worden (op internet) en naadloos gebruikt kunnen worden (gedown- load) zonder hulp van specifiek GIS-product/ brand-softwaregereedschap of wat dan ook. Het verschil tussen het NSDI en het e-overheids- concept (beide gebruiken het datadelenprincipe) betreft de data-inhoud (tekstueel/alfanumeriek versus ruimtelijk) en de relatie, want de NSDI-data zijn altijd geo-gerefereerd (verticale relatie). NSDI-uitdagingen De moeilijkheidsgraad van de potentiële uitda gingen hangt af van de bestaande wetgeving, de data (kwaliteit, digitaal versus papier), maar ook van factoren zoals bewustwording bij de diverse 'dataspelers' van de noodzaak om data te delen, het politieke klimaat enzovoort. Meestal worden er drie uitdagingsgroepen gedefinieerd: Data en data-integratie: juridische/institutio nele onafhankelijkheid van de belanghebben den, het datamodel, de object-geografische locatie als een logische relatie tussen de objec ten (zgn. verticaal/geo-referentierelatie) en een gemeenschappelijk geodetisch netwerk; (ICT-) Systemen en connectiviteit Interoperabi- liteitsprobleem bij integratie van verschillende ICT-systemen; Adequaat NSDI-beheermodel. Verschillende visies op beheer en management van NSDI bij dataspelers zijn bijvoorbeeld de vragen: wat zijn de kosten? Wat gaan we besparen? Hoe wordt het georganiseerd en of gemanaged? Wie zal het financieren versus wie zal ervan profiteren? Wat zijn de CSF's voor een suc cesvolle implementatie?. Maar er is ook nog een vierde belangrijke uitda ging: angst om data te delen. Dit is een sterke en verborgen (psychologische) angst (meestal bij de datahouders) om de eigendom van hun data te verliezen. Die angst ontstaat als er een misverstand is over het begrip van het verschil tussen de data-uitwisseling (exchange) en het datadelen (sharing). Elimineren van deze angst heeft dus een strategische waarde.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2020 | | pagina 38