A -fr 2020-6 Geo-lnfo 9 Groenindex toto (mm) 1.11 oa 02- 00- Jan r#t» Mar Aflf May Jun Jul A^s Sao Oct fas* Dac AcoO*«Cut}e a een incaotf van Wacer-noen UR en oeelt lceoang tot 'cpen a iBflaPi y> vofrjMi i >r. .-cy ftcftmdnaHbiiiin>* Figuur3 - Groenmonitor. Figuur 4 -As applied map massa. sensing-data), van een graslandperceel het aantal maaimomenten af te leiden is. Met aanvullende plaatsgebonden gegevens en wetenschappelijke kennis over gewasgroei kunnen de maaidatums per perceel bepaald worden. Machinedata Op het eerste gezicht is machinedata (ISOBUS) iets moois. Door afwisseling in de afmeting en kleurstelling aan te brengen komt de variatie in de afgebeelde data goed tot uiting (zie figuur 2). De grootte van de markers wordt bepaald door de werkbreedte, de buitenkleur door de hoogte en de vulkleur door de dosering. Om de subtiele verschillen zo goed mogelijk te zien, wordt het kleurbereik vol ledig gebruikt door het bereik van de gemeten waarden. In de gelogde data worden ook andere beschik bare indicatoren gelogd. De kaart van de massa Figuur 5-As applied map buitentemperatuur. (zie figuur 4) laat in dit geval zien dat bij de don kere rondjes begonnen wordt en dat de lichtere de laatste zijn. In geval van een oogstactiviteit zou het kleurverloop net andersom zijn. Een andere sensor die gelogd kan worden is de buitentempe ratuur (figuur 5). Het kleurverloop gaat om enkele graden. In de figuur zijn paarse zogenaamde guidance of AB-lijnen waar te nemen die gebruikt worden voor het recht rijden op de juiste locatie. Monitoring Behalve mooie plaatjes laten de puntjes ook zien welke activiteiten ergens plaatsvinden. Om te zien waar een vanggewas ingezaaid is, zou de verzameling puntjes van de activiteiten hiervan uitkomst kunnen bieden als aanvullende infor matie. Het Europese NIVA project heeft als doel een set nieuwe tools voor het GLB te ontwik kelen. In Use Case 46 [4] wordt het gebruik van machinedata als toegevoegde waarde onder zocht. De verwachting is dat machinedata de administratieve last van boeren kan verminderen en dat het aantal fouten zal afnemen. In een hackathon [5] is de geschiktheid van de machinedata in een aantal processtappen door lopen. De ruwe data waren beschikbaar gesteld in geojson- en shapeformaat door de ISOBUS XML en binaire data door een interpreter te laten vertalen. Door vervolgens in QGIS een selectie te maken en te filteren, bleven de punten over waar de activiteit uitgevoerd was. Met de GIS operatie convex huil werd een activiteit-polygoon gecre- eerd. Zie figuur 6 voor de processtappen. Door de machinedata aan te wenden als bron en deze in een dataflowvan de boer (met akkoord voor verzending) naar betaalorgaan (RVO) op te nemen,zieje ook welke informatie niet uit de machinedata komt. Daar waar geo-informatie ruim voorhanden is, staat nergens opgenomen welk gewas of andere substantie gestrooid is. Deze en ook andere administratieve data moeten dus toegevoegd worden in de dataflow en maakt dat louter machinedata niet voldoet om de opgave voor een activiteit af te handelen. Monitoring met machinedata wordt ook verkend in de openbare ruimte. De provincie Overijssel heeft de ambitie om beter bermbeheer te doen [6], Hier wordt de 'as applied data' ingezet om te bepalen waar gemaaid is zodat voor de monitoring gezien kan worden of dit overeenkomt met het plan, maar hopelijk ook dat voorkomen kan worden dat verkeerde bermvakken met zeldzame populaties gemaaid worden. Met alle creativiteit in de markt liggen er nog vele mogelijkheden open. Referenties [1 www.geoi nfo rm at ienederla rd .n l/system /fi les/doc um ent s/ [2] agrocbtacubewur.nl/ [3] groenmonitor.nl/groenindex [4] www. niva4cap.eu/rews/uc4 b-m ac hi ne-data-dem o [5] www.farm hack .n l/resu lts-w ur-l ife-sc iences- hack/ [6] wviw.natuurvoorelkaar.nl/pagina/138/beter-berm beheer Inge La Rivière, redacteur Figuur 6 - Dataprocessing keten.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2020 | | pagina 11