De geo-community
betrekken is de kunst
Ingesneeuwd
Carline Amsing
Interview
Van de bestuurstafel
Hoe kunnen we als vereniging
de communicatie met en
betrokkenheid van onze
leden vergroten? Die vraag
heeft het bestuur afgelopen
jaren beziggehouden en
heeft afgelopen jaar tot een
uitgekristalliseerde visie geleid.
Het overstappen naar ander
bladmanagement, zoals we in
Geo-Info nummer 6 vertelden, is
een eerste stap in de uitvoering.
Wat gaat de lezer hiervan merken?
Tegenwoordig wordt veel content via
blogs, vlogs, websites of social media
gepubliceerd. Is dit het begin van het
verdwijnen van het papieren blad?
14
Geo-Info
2021-1
2021-1 I Geo-Info 15
Door Sytske Postma
In 2019 hielden we een enquête onder lezers
van Geo-Info. Hieruit hebben we waardevolle
wensen en tips gehaald om het blad aantrek
kelijker te maken. Een aantal zaken zijn mij als
hoofdredacteur vooral bijgebleven:
diversiteit in onderwerpen is een wens,
maar ook een valkuil
jongeren lezen Geo-Info nauwelijks, hoe
bereiken we ze?
meer content vanuit de 'gouden drie
hoek' wetenschap/kennis - bedrijfsleven
- overheid
aanpalende vaksectoren (bouw, IT, infra
etc.) betrekken om een ander perspectief
te schetsen.
Een aantal voorzichtige veranderingen
hebben we sindsdien in gang gezet. Zoals
de themanummers, waarbij we één nummer
over een specifiek onderwerp uit het (geo-)
vakgebied bij de kop pakken (Landmeetkunde
in 2020) en één nummer een maatschappelijk
thema belichten (Energietransitie in 2020). Het
Landmeetkundenummer kwam tot stand in
samenwerking met Geobusiness Nederland.
De Special Interest Group Inwinnen schreef
mee. En om het jongere publiek kennis te
laten maken met Geo-Info is recent een
samenwerking met De Geograaf gestart.
Ramon Holle en Kevin van Huët schrijven dit
jaar voor Geo-Info, dit nummer voor het eerst.
Het betrekken van de geo-community is een
kunst. (foto: Reinder Storm)
Neem ook gerust een kijkje op de website:
www.degeograaf.com.
Dit jaar gaat er het nodige veranderen aan
de website van GIN, Geo-Info. Veranderingen
bedoeld om de leden van GIN (en wat mij
betreft de gehele geo-community) meer te
betrekken. Wat zeggen bestuursleden Tim
Brouwer, Carline Amsing en Magdalena Grus
hierover?
Eén van de zaken die lezers gaan
merken is dat ze niet zes maar vier keer
per jaar Geo-Info op de deurmat krij
gen. Waarom is gekozen voor minder
edities?
"We zien dat er een grotere behoefte aan
het ontstaan is naar digitale cross-media. De
manier van het aanbieden van content is de
afgelopen jaren sterk veranderd. Informatie
wordt visueel aantrekkelijk, kort en bondig
gepresenteerd. Mediakanalen zijn steeds vaker
gelinkt met elkaar, geprinte media verwijzen
steeds vaker door naar verdiepende artikelen
of webinars.
Als vereniging willen we meebewegen met de
huidige trends en alle kanalen en doelgroepen
kunnen bedienen. De frequentie van gedrukte
media gaat inderdaad omlaag, maar digitale
cross-media zoals webinars, online artikelen en
social media zal versterkt worden."
"Nee, we erkennen dat een deel van onze
leden de voorkeur geeft aan een papieren
blad en dat respecteren wij. Daarnaast is de
Geo-Info ook een mooi visitekaartje voor onze
vereniging. Het verspreiden van het maga
zine wordt altijd zeer op prijs gesteld tijdens
evenementen en beurzen. Het blijft dus een
goed promotiemiddel."
GIN wil meer toe naar een cross
mediale aanpak. Kunnen jullie uitleg
gen wat jullie hiermee bedoelen?
"Met het inzetten van een cross-media-aanpak
wil GIN verschillende platformen (magazine,
website, sociale media) inzetten voor het
versterken van kennisdeling. In de afgelopen
Geo-Info werd bijvoorbeeld een artikel over
beeldmateriaal geschreven. Dit onderwerp
werd vervolgens uitgediept in een webinar.
Cross-media kan zo een podium bieden
voor meerdere doelgroepen binnen onze
vereniging. Het is een aanpak waarbij we
op verschillende manieren kennis kunnen
uitwisselen. En ook doelgroepen die voor
heen minder goed bereikbaar waren - zoals
internationale collega's of jongeren - kunnen
we nu aanspreken."
Eind 2021 is GIN een eind op weg naar
een mooie mix van magazine, social
media en website. Waar hopen jullie
dan te staan?
"Eind 2021 hopen wij een vereniging te zijn die
alle doelgroepen binnen het geo-werkveld
bedient, met allerlei verschillende communi
catiemiddelen. We hopen dat mensen lid zijn
en worden van GIN omdat GIN het platform
heeft om mensen te verbinden en kennis uit
te wisselen. Hierdoor blijven mensen beter op
de hoogte van ontwikkelingen in de geowe-
reld. Ook is de zichtbaarheid van GIN door de
hele geowereld vergroot."
Tijdens het schrijven dan deze column zit ik ingesneeuwd thuis. De
sneeuwduinen in de tuin worden steeds wat hoger, een surrealistisch
beeld. In plaats van een wintersportvakantie kunnen we ook eens in eigen
land genieten van de knisperende sneeuw en prachtige witte landschap
pen. En ook weleens leuk om een andere reden tot thuiswerken te hebben
dan de lockdown.
Het bestuursjaar 2021 is alweer van start gegaan en er liggen veel mooie
plannen die we ten uitvoering gaan brengen. De takenlijst groeit bijna
nog sneller dan de sneeuwpracht in mijn tuin. Gelukkig ontbreekt het niet
aan enthousiasme en passie in het GIN-bestuur. En ook de twee nieuwe
aanwinsten - Erik Nobbe en Peter Kaspers - staan te trappelen om aan de
slag te gaan.
Alle coronamaatregelen vragen natuurlijk om aanpassingsvermogen. Dat
levert ook weer nieuwe ideeën op en geeft het verenigingsleven tijdelijk
een andere dimensie. We zijn als vereniging nu een aantal keer online
samengekomen. En ook daar brengen we nu variatie aan. Enerzijds is het
fijn om te luisteren naar een interessant verhaal, maar we kregen ook de
feedback van leden dat ze het zo missen om vakcollega's te spreken. Daar
gaan we binnenkort in voorzien - we hopen dat dit jullie bevalt! Feedback
krijgen wordt gewaardeerd. Onze vakvereniging bestaat tenslotte om
elkaar te ontmoeten en kennis uit te wisselen.
We zijn trots dat we dit eerste Geo-Info-nummer samen met onze nieuwe
uitgever Performis mochten uitbrengen. En er wordt alweer hard gewerkt
aan de volgende nummers. We zien uit naar wat 2021 ons nog meer gaat
brengen! En kunnen inmiddels hopelijk genieten van een lekker voorjaars
zonnetje. Ik ga maar weer een ommetje maken door de sneeuw.