- 9 -
verlies van zelfs elke schijn van verhouding tussen dikke en dünne, letter-
delen der romeinse typen. Wel vertieterde de typografie snel na de alge-
mene opstand tegen de midden-victoriaanse lettertypen, maar de toenmalige
kartografen hebben slechts aarzelend hun initiatief en bevoegdheden her-
nomen bij het bepalen der kaartlettersMen liet dit in het algemeen aan
de graveur over. Pas in de eerste helft van deze eeuw is het gehele pro-
bleem van de kaartlettering opnieuw bezien. Redenen hiervoor zijn o.a.
geweest de moeilijkheden bij het drukken van haarlijnen van de gekornde
zinkplaten, benevens de vervanging van de steentechniek door de fotorepro-
duktiemethoden. Heiaas zijn er op het terrein van het moderne kaart-
schrift geen uitgebreide onderzoekingen verricht, terwijl uit het tegen-
woordig lettergebruik in de kartografie al te vaak weinig begrip blijkt
voor de belangrijkste beginselen der typografie, of voor de funktionele
gebondenheid van de lettervorm Withycombe heeft destijds de v/ezen-
lijke eisen der kaarttypografie als volgt aangeduid t
••1. LeesbaarlieidDe letters moeten niet alleen leesbaar zijn op ?/it
papier, maar ook op de kaart met al zijn details. 2. Geschiktheid voor
reproduktie bij de gebruikte fotografische methode... 3. Een goede vorm.
en een innerlijke schoonheid, even goed als de beste letters der boek-
drukkers; leesbaarheid is overigens een eigenschap van elk goed alfabet.
4. Klare verschillen in typen en grootten. Bepaalde groepen van namen
dienen duidelijk in hun uiterlijk te verschillen van andere, en dit kan
in het algemeen alleen bereikt wordt door gebruik te maken van verschil-
lende typen van alfabet, lettergrootten en spatiering. 5« Ben zuiver ge-
heel-^e alfabetten, in een kaart gebruikt, dienen verenigbaar te zijn,
en in eenzelfde grafisch klimaat te liggen als de verdere kaartelementen
(4).
Deze analyse bevat de voornaamste factoren die bij de beoorde-
ling van kaartbelettering in aanmerking komen. Wel kan men zeggen dat punt
2 al niet meer de betekenis heeft die het had toen Withycombe in 1929 dit
vraagstuk bekeek.De reproteclmiek is intussen bijna revolutionair uit-
gegroeid, zo zelfs dat een bekend amerikaans typograaf, en deskundige op
het terrein van de litho-typografie, met alle beslistheid heeft kunnen
verklaren dat "elk lettertype mooi in fotolithografie gereproduceerd kan
worden..wanneer tenminste de betrokkenen hun vak verstaan en acht geven
op hun werk" (5). Evenwel de reproduktie is in feite zelden volmaakt en
de kartograaf kan nimmer de ogen sluiten voor het gevaar van het breken van
lijnen, het dichtlopen van letters, of alle andere klippen waar de kaart-