Deze methode, aangevuld met gegev.ens ontleend aan de rivier-
en zeekaarten, werd tot in deze eeuw toegepast. Eerst met het
gebruik maken van de uitkomsten van de Rijksdriehoeksmeting
en de invoering van defötogrommetrie kwam daärin verandering.
(3) Bij nauwkeurige afstandsmetingen en bij gebruik van kaarten
op grote schaal, zoals bv. bij het Kadaster op de schaal
1:1 000 en groter, dus van z.g. werkkaarten, moet echter een
correctie aangebracht worden. Deze hangt af van de plaats
waar de meting geschiedt. In Nederland varieert de grootte
vln iecorrectie van bijna 1 cm per 1 00 m in Amersf oort tot -1cm
per 100 m in die gedeelten van ons land, welke het verst
van Amersfoort zijn verwijderd; d.w.z. dat aan de afstanden
op de kaarten van die streken binnen de 0-cirkel gemeten,
maximaal 1, buiten de cirkel maximaal - 1 cm per 100 m moet
worden toegevoegd. Een landmeter in Amsterdam b.v. moet op
elke 100 m, gemeten op de kaart, op het terrein acht mm bij-
voegen.
(1+) De waarden van de straal van de parallellen zijn in ronde
aan de noordelijke rand van de kaart 770 000 m
aan de zuidelijke rand van de kaart 5 180 000 m
De straal van de afbeelding van een meridiaan bereikt de
Deinste waa?de aan de oostelijke of «eetelijke rand van
de kaart en wordt daar.in ronde cijfers. 572 000 000 m.
De wäre lengte van een boog van 1° van een parallelcirkel is
66 3*+8 m op een breedte van 53 30 en
70 688 m on een breedte van 50 7-0
welke waarden gesteld kunnen worden als te gelden voor de
meest noordelijke en de meest zuidelijke parallelcirkel
de kaart.
De met deze getallen bereisende middelpuntshoeken voor «n
boog van de afbeelding van een gedeelte van de parallelcirk
overeenkomende met 5' olengteverschil op aarde, en de pijlen
van die bogen zijn resp. >c,n qqq.q o67-
aan de noordrand van de kaart: 27-0 en 3, 0 m
aan de zuidelijke rand van de kaart: 235" ^|50000, C.67 mm)
(5) Wil men in de kaartvierkanten een punt uitzetten, waar'van de
coördinaten in het stelsel van de Ri^driehoeksmetlng ^e-
kend zijn, dan moet de x-waarde m meters met 1555 000,
y-waarde met 163 000 300 000 worden vermeerderd.
HeuvelirikZc?i^Hk.J.De stereografische kaartprojectie in
hare toepassing bij de Rijksdriehoeksmetmg. Delft 1918.
Kaartnroiecties beschouwd uit een hydrografisch oogpunt
UuteSr J.Th. Verstelle) Ministerie van Marine, Afde-
ling Hydrografle. 's-Gravenhage 1951.
7-10