deliger om hat raster reeds in de eindkopie aan te brengen en slachts een
zinkkopie tc te passen.
Soms wordt er ook nu nog wel eens direct op de zinkplaat getekend, zoals men
vroeger alles op de steen of het zink tekende. Er wordt dan gebruik gemaakt
van ean vette inkt die in water oplosbaar' is. touche. De zinkplaat is eers.t
volkomen schoon en vetgevoelig gemaakt (ontzuurd) en het is dan oppassen voor
vette vingers, ja zelfs voor vlakgum en normaäl potlood. Gelukkig komt deze
manier nog siechts sporadisch voor bij~ een kleine oplage van grof drukwerk,
vooral wandkaarten, omdat hierdoor de kosten van plastic tekenmateriaal uit-
gespaard kunnen worden.
Andere drukplaten
Naast zinkplaten worden ook nog andere soorten platen gebruikt n.l.s
Aluminiumpiatandie een fijnere korn bezitten en minder vocht vasthouden.
Prepareren als zinkplaten
Duraplatens aluminiumplaten met als korn een zeer dünne oxydehuid. Bijzonder
geschikt voor hoogwaardig drukwerk met zeer fijne rasters. Deze platen wor
den kant en klaar "gekornd" door defabriek gelaverd an vereisen een speciale
kopieerbehandeling. Na het drukken zijn zij niet meer bruikbaar, in tegen-
stelling tot zink- en aluminiumplaten die zelf schoon geslepen en gekornd
kunnen worden. Correcties op duraplaten zijn alleen mogelijk door het oplos-
sen van de lak en gedeeltelijk nieuw ?.nkopie'renOp zinkplaten kan eventueel
gecorrigeerd worden door slijpen of intekenen met touche.
Duraplaten worden meer en meer gebruikt, zij zijn wel duurder maar de kwali-
teit van het drukwerk is stükken beter en de oplage kan heel wat groter zijn
dan van de oude zinkplaat.
Bi-metaalplaten bestaan uit 2 lagen metaal boven elkaars namelijk een koperen
basis met daarop een nikkelen laagje Na het aanbrengen, belichten en ont-
wikkelen van een huidwordt de nikkelen laag uit het ontwikkelde beeld weg-
geetst met een sterk zuur en komt het koper vrij Köper trekt namelijk vet
aan en nikkel. heeft de eigenschap dit af te stoten. Veel vocht komt er straks
dus niet aan te pas en de oplage kan vooral zeer groot zijn door de slijt-
vastheid van het nikkel. Dit soort platen zijn echter vrij duur en natuur-
maar eenmaal bruikbaar, terwijl perscorrecties praktisch uitgesloten zijn.
Eloctrostatisch geladen platen vormen de jongste ontwikkeling op het gebied
van offsetplatenDoor de belichting wordt de plaat ontladen. Alleen het
beschermde beeld blijft düs geladen en houdt een poeder vast dat op de
plaat aangebracht wordt. Na inbakken van dit poeder is de plaat al gereed
voor het drukken. Een grote tijdsbesparing dus in vergelijking met de hier-
voor beschreven methoden.
Drukperikelen
Zoals nu wel duidelijk zal zijn is het vocht de grootste vriend, maar ook
eigenlijk de grootste vijand van de offsetdrukkerHij zal immers trachten
zo droog mogelijk te drukken omdat elke druppel vocht het papier iets uit
doet zetten en hij de kans loopt dat de volgende kleur niet meer sluit. Voor
al erg nieuw papier werkt nogal sterk en daarom wordt het papier bij voorkeur
een of tweemaal door de pers gehaald, zonder dat het bedrukt wordt. Het gaat
dan alleen om de vochtopname. Men maakt hiervan wel gebruik door de achter-
zijde toch met een kleur te bedrukken voor bijvoorbeeld een register.
De volgorde van de kleuren is eveneens van belang. Veeleisende sluitkleuren
drukt men liefst direct na elkaar (tekening, water, wegen) en minder belang-
rijke kleuren het laatste Maar soms moeten eerst de lichtste kleuren gedrukt
worden en daarop de donkerder kleuren wanneer ze hier of daar over elkaar
vallen. Hierin zit echter altijd het gevaar dat de eerste kleur nog niet vol-
doende geabsorbeerd is door het papier en de tweede kleur dan afgestoten wordt.
"Ketsen" nosmt men dat. Voor ieder werk moet dit allemaal grondig overwogen wor
den alvorens de drukvolgorde vast te stellen.
8 - 11