zal te voorschijn komen dan op het oganblik bekend iszelfs van
de grootsten onder deze landmeters als Cruquius, J.JStampioen,
Sems en Dou(w
Tot de bekendste landmeters-ingenieurs uit de l8de eeuw behorens
a. Nicolaas Samuel Cruquius of Kruyckius), 1678-1754. Hij is de
maker van de kaart in 25 elkaar overlappende bladen: 't Hooge
Heemraedschap van Delflant, gemeten en op voetmaat in kaerte ge
bracht door de geadmitteerde Landmeters Nicol. en Jac Kruikius
Anno MDCCXII (met de wapens van het Hoogheemraadschap en van de
Di jkgraaf en Heemraden) op de schaal 'Tien Duyzent Roeden op deze
Kaerte maken de Lengte van Een Delflantsche Roede' l); modern dus
0p_de zuiver decimale schaal van een op tienduizend Deze nianier
van schaäläänduiding vond echter geen navolging en zou eerst in de
20ste eeuw weer gebruikelijk worden. De namen van de kaart zijn
aangebracht evenwijdig met de boven- en onderrand van de kaart;
het noorden wordt er op aangegeven door de achtstralige kompas-
roos met lelie. Verder versehenen van zijn hand de kaarten -van de
Marwede tussen Loevestein en de Steenenhoek 1729op de schaal
van een op tienduizend, evenals de bovengenoemde kaart van Delf-
land. Als 'bijzonderheid dient vermeld, dat op deze rivierkaart de
objecten in plattegrond en niet in opstand zijn getekend. Door
middel van schuine belichting komen de dijken duidelijk uit.
Ook heeft Cruquius een aantal zeearmen in "kaart gebracht, o.a. de
wateren rondom Goedereede, versehenen in 1737 °P de schaal van
ong1 55.850; deze kaart vertoont evenals die van de iferwede
dieptelijnen. Op de kaarten door hem uitgegeven vindt men sven-
als op die van Bolstra onder meer een aanduiding van de paralel-
len en meridianenbenevens opgaven, welke verband houden tussen
het A.P. en verschillende polderpeilen.
b. Melchior Bolstra, landmeter van Rijnland in de jaren 1731-1776,
bracht voornamelijk onze grote rivieren in kaart in opdracht van
de Staten en van hun Gecommitteerde Raden: o.a. een kaart van de
Maas en Marwede van Gorinchem tot aan zee, 1738-1739» deze sluit
aan bij die van Cruquius, en is uitgegeven op de schaal van 1
20.000; ook deze kaart vertoont dieptelijnen. Van 1751-1764 bewerkte
hij een kaart van de rivier de Lek van Krimpen tot voorbij Hagestein
op" de schaal van 1 10.000, maar zonder dieptelijnen en verder
nog een kaart van de Linge beneden Asperen op dezelfde schaal, 1753«
c. Frederik Willem Conrad heeft uit metingen van hemzelf en van
J.Engelman in 1789-1793, ean kaart samengesteld 'van de Neder-
rhijn, en Leckstroom, van de stad Arnhem tot aan het Oudslyker-
veer beneden de stad Culemborg* op de schaal 1 i 30.000, onder
Directie van den Inspecteur-Generaal van 's Lands Rivieren C.Bru2
nings; ze sluit aan op de bovengenoemde kaart van Bolstra. 0p de
kaart van Conrad, 1793, zijn de Utrechtse-Veluwse heuveTs door
schrapjes aangegeven, met een licht- en schaduwzijdewaärschijn-
lijk, wat deze manier van voorstelling betraft, de eerste kaart
van een deel van ons landzie plaat 16 in Fockema Andreas s
Geschiedenis
l) Öen verkleinde kopie in faesimile van de overzichtskaartc.
1 46.000, welke tegelijk met de hoofdkaart verscheen, vindt
de lezer 'Dus Verhelderd A° 1750' in Bagrow's Geschichte der
Kartographie, tegenover blz. 128.
10 - 22