d. Van J .JStampioen is een kaart van het Hooge Heemraedtschap
van Schielandt bekend; de 5de druk, gecorrigeerd on bijgewerkt
tot 1765.
Uit bovenstaande blijkt wel de grote betekenis van de hoogheem-
raadschappen in Holland en van Rijnland in het bijzonder, voor
de kaartering van ons land.
De bovengenoemde uit de 17de en l8de eeuw stammende kaarten kwa-
men tot stand in opdracht van de bestuurscolleges van die gebie-
den. Zij verschillen daardoor onderling sterk in schaal, formaat,
inhoud,en nauwkeurigheidZij zijn, volgens Koeman, niet zo ge-
detailleerd, dat man van topografische kaarten kan spreken. De
door de Hattinga's uit diezelfde tijd, 2de helft van de l8de eeuw,
vervaardigde kaarten bieden echter een verrassende rijkdom aan
landschapsdetails
eDe Hattingas hebben zieh voornamelijk verdienstelijk gemaakt
voor de opneming van dolen van ons land buiten het eigenlijke
Holland en het gebied van de grote rivieren. Het zijn vader
Willem Tiberius (1700-1764) en zijn beide zoons David Willem
Coutry (1730-1790) en Anthonie (1731-1788). De laatste heeft zijn
vader slechts körte tijd bij diens topografische werkzaamheden ge-
holpenHen van de opdrachtgevers was Prins Willem IV. Hun voor-
naamste werk is de opneming van Staats-ViaanderenZeeland en de-
len van Staats-Brabant in echt topografische zin met aanduiding
van het gebruik van de bodem (bouwland, weiland, bos Woeste grond
de bewoning enz.). Deze manuscriptkaarten zijn als voorlopers te
beschouwen van de latere officiele topografische kaarten. Ver-
kleinde afbeeldingen van enkele kaarten vindt de lezer bij het
artikel van J .Keuning in het Tijdschrift van het Koninklijk Ne-
derlands Aardrijkskundig Genootschap 1958, waarvan de 'Kaarte
van Breda tot 1s-Hertogenbosch1 tussen de blz. 116 en 117 in de
rand afbeeldingen geeft van landmetersinstrumenten en tekenbeno-
digdheden. Om een juiste inaruk van de uitvoering van do kaarten
te krijgen zie men bovendion in Koeman's Handleiding 1963 behalve
de zwart/witte reprodukties de gekleurde fragmenten op de blz.
38 en 39» Men lette 00k op het schrift, mooi van tekening en wat
de namen betraft goed tagen elkaar afgewogen naar de betekenis van
de objecten.
De kaarten van de Hattinga's van de oostelijke delen van ons land
daarentegen zijn meest kopieen van oude niet al te nauwkeurige en
niet meer bestaande kaarten en topografisch door hen aangevuld.
f. Hen andere topograaf van betekenis uit die tijd, de tweede
helft van de l8de eeuw, is de Zwitserse Kapitein-Ingenieur
J .H.Hottinger Deze Ijeeft Overijssel 1 783 Oost-Drenthe en ooste-
lijk Groningen in kaart gebracht op de schaal 1 14.400.
De Hattinga's werkten op schalen tussen 1 s 4.500 en 1 1 37.000.
Ook deze kaarten zijn van een zoer grote meetkundige betrouwbaar-
heid, volgens Koeman, als we ze vargelijken met de Militair-
Topographische kaart 1 50.000.
Vermelding verdient Johannes Morgenster's Werkdadige Meetkonst
van 1743, 2de druk herzien en vermeerderd door Johann Hermann
Knoop 1755» derde druk 1784, dat lange tijd het handboek voor
de Nederlandse landmeters is geweest^ het heeft speciaa.l voor
wat het landmeten betraft grote invloed gehad op de invoering
van het metrieke stelsel.
VI .13. Met het uitroepen van de Batäafse Republiek 1795-1806was de
behoefte gebleken aan een kaart met de nieuwe indeling in depar-
10 - 23