Zoals bekend heeft de ontwikkeling der kartografie in de Middeleeuwen
praktisch stilgestaan. Het duurde dan ook tot het einde der 15de eeuw alvo-
rens de weergave van wegen door nieuwe denkbeeiden werd bei'nvloed. Ter gele-
genheid van het Heilig jaar 1500 vervaardigde Erhard Etzlaub, kompasmaker te
Neurenberg, een kaart van een groot deel van Midden-Europa, ongeveer op de
schaal ls4.000.000, waarop de wegen naar Rome in stippellijnen waren ingete-
kend. Een ges.tippelde wegsignatuur betekent tegenwoordig vrij algemeen een
weg in aanleg. Etzlaub kwara destijds op de originele gedachte de wegsignatuur
als afstandsmaat te gebruiken. Elke "weggestip" Steide op zijn kaart een
Duitse mijl voor, zodat de kaartgebruiker door het teilen der stippen zelf
de afstanden kon bepalen.
In da 17de en l8de eeuw heeft de ontwikkeling van hat postwezen in belang-
rijke mate tot de ontwikkeling van de wegenkaart bijgedragen. Terwijl het in
een vroeger Stadium der historie alloen maar van belang was te weten of er
wel een weg bestond, ging thans behalve de afstand tussen de plaatsen ook de
kwaliteit van de weg een rol speien. Teneinde enigermate punctueel en veilig
te kunnen functioneren, diende het postwezen te beschikken Over gegevens in-
zake afstanden en hoedanigheid der wegen. Ter onderscheiding van wegen van
verschillende kwaliteit - koningswegenkarrowegen, landwegen - kwamen ver-
schillende wegenklassifikaties in zwang, waaruit ook op kartografisch terrein
konsekwenties voortvloeidenAanvankelijk werden wogen van verschillende hoe
danigheid door middel van dezelfde dubbellijnige wegsignaturen weergegeven.
Spoedig werd echter ingezien dat het onderscheiden van verschillende wegen-
tvpen mogelijk werd door variaties in de lijnsignaturen aan te brengen - on-
derbroken of gepunteerde lijnen, dünne en dikke lijnen.
Rocente ontwikkeling
De ontwikkeling van de autokaart is uiteraard nauw verweven met de opkomst
van de auto als vervoermiddelDe vervaardiging van autokaarten of automobilis-
tenkaarten zoals men toon zei, begon in het eerste decennium van de 20ste
eeuw op gang te komen. Toeristenbonden en bandenfabrieken waren de eerste die
de behoefte aan dit nieuwe kaartentype onderkenden. Later gingen zieh ook par-
ticuliere uitgeverijen en oliemaatschappijen voor het produkt interosseren
De Touring Club Italiano zette reeds in 1906 een autokaart 1:250.000 in 53
blade.n van geheel Italie op stapel, de Carta d'Italia. Tot de pioniers op dit
gebied behoorde ook de Franse bandenfabriek van Andre Michelin. Terwijl in de
Auto Guide Michelin van 1904 aan automobilisten nog de topografische kaart
werd aanbevolen, begon het bedrijf enige jaren later zelf met de vervaardi-
ging van een 38-delige autokaart 1;200.0Ö0 van geheel Frankrijk, de sindsdien
vermaard geworden Carte Michelin. Ook in Nederland bleef men niet achter. De
toenmalige A.N.W.B., die reeds eerder haar ledenwielri'jders door middel van
kaarten service verleende, kwam in 1902 met een eenvoudig autokaartje van Ne
derland met zwarte autowegen en kilometeraanduiding in decimalen. Voor zover
kon worden nagegaan, zag in 1907 de eerste autokaart 1:400.000 van de Neder-
landse Automobielclub het licht met tollen, kilometeraanduiding, bruggen,
schipbruggen, ponten en benzinedepots
In 1913 verscheen een Nederlandse uitgave van het "Handboek en Atlas voor
automobilisten" van de Duitse bandenfabriek Continental te Hannover, dat tal
van bijzonderheden bevat, die voor de geschiedenis van het autoverkeer in ons
land-van belang zijn. Het blijkt dat men in 1913 in het goede vaderland, waar
overigens nog tal van wegen verboden waren voor automobielenin de meeste
plaatsen reeds -benzine kon krijgenveelal reeds uit de "Äutomaat", soms nog
bij de apotheek of drogist, hetgeen overigens, zo wordt in het Handboek ge-
11 - 29