besocht hebbende, kende hij naer sijnen goedtduyncken ende voor sf veele sijn verstandt up den zee ende landcusten strecte, voor goedt ende uprecht te sijn". Van andere kaarten verklaarde hij dat "dien plaetsen inne die chaerte wel gesteld" waren, aangezien hij "dien plaetsen dickwils tot diversschert tijden deur ende omme geseyldt" had. De kaarten achtte hij betrouwbaar, omdat zij overeenstemden met de voorstellingdie hij in zijn hoofd had. Het oordeel der anderen was eensluidend. Het mag zeker in onze ogen merkwaardig worden genoemd, dat getuigenissen als deze golden als aanbeveling tot het üitgeven van Waghenaers werk. Maar er bestond toen geen andere wijze van beoordeling, aangezien er geen zeekaarten waren, die als vergeHjkirspmateriaal konden worden gebruiktDe "Spieghel" van Waghenaer en diens andere werken hebben grote opgang gemaakt in ons land, zowel als eiders, met de tekst vertaald in het Latijn, Engels, Duits en Frans. Een groot aantal edities is bekend Hoe groot ook Waghenaers reputatie is geweest, niet altijd kunnen wij zeggen dat de kustvorm getrouw is weergegeven. Onze kritiek geldt tamelijk ver ver- wijderde gebieden. Zo lijken de Oslofjord en de westkust van Zweden naar niets, maar direct zal ipoeten worden toegegeven dat die kusten door hun grilligheid, veel eilanden, enz ook uiterst ingewikkeld zijn. Gebrekkig is -ook het zuid- westelijk deel van Engaland. De Scilly-eilanden zijn slechts met een groot eiland en een kransje van kleine getekend. Niemand zou met een dergelijke afbeelding het eilandengebied veilig kunnen binnenvaren. Dat er een anker- plaats aanwezig is, werd wel door Waghenaer aangeduid, op de gebruikelijke wijze door middel van een klein ankertje. Tot zijn verbazing ziet men de Le- zard veel te puntig getekend en dat voor een kaap waarlangs zulk een drukke scheepvaart was In Waghenaers tijd waren de zeemansgidsen een soort aide-memoire Zijn kaarten waren het ook, in andere vorm. Evenwel hebben zieh uit Waghenaers kaarten betere en meer naauwkeurige ontwikkeld. Zeeman en kartograaf zijn er in geslaagd het kaartbeeld steeds meer in overeenstemming met de werkelijk- heid te brengen. Uit zijn werk is iets groots voortgekomenDe auteur is zieh ervan bewust geweest dat hij nog aan het begin stond en berbotering van zijn werk mogalijk en wenselijk was. Bescheiden woorden rieht hij tot zijn "bemin- den lezer", op wiens verzoek en dat van "vrome coopluyden, schippers ende stuerlieden"hij zijn Spieghel had uitgegeven. Wetende dat door de "cortheyt des tijts ende haesticheyt" fouten waren ingeslopen, verzocht hij "vriendelijck ende seer ernstelijck aen alle Constenaers ende Practisijnen op t stuck vande Zeevaert die hier eenighe faüten sullen bemercken, mij 't seifde vrijmoedich aan te willen gheven". Gaarne wilde hij zijn werk op grond van kundig advies verbeteren "dae>r een yeder Constenaer inde Zeevaert bedreven gehouden is omme de neerin^io ter Zee, welck het principäel welvaren van dese Nederlanden is te helpen voorderen op dat door onse luyheyt ende slappicheyt hier inne niet misbruyet en worde, want het is beter 't gevonden te beteren ende te corrige- ren dan van nieus te vinden. Vaert wel ende oordeelt een gehesont oordeel De tweede Snkhuizenaardie ik hier wil noemen en voor wiens werk ik diep respect heb is Jan Outghersz, stuurman op het schip "Het Geloofkapitein Sebald de Weert, welk schip deel heeft uitgemaakt van de vloot van vijf sehe- pen, uitgezonden door Rotterdamse kooplieden in juni 1598. Als de reis van Mahu en de Cordes staat zij bekend. De ongeluksreis voerde- door de Straat van Magelhaen. Alleen De Geloof is in het vaderland teruggekeord na een afwezig- heid van 25 maanden en het vorlies van ee'n overgroot deel der bemanning. Sebald de Woert keerde namelijk in genoemde straat de steven, toen de andere vier schepen om de west doorvoeren. Twee ervan vielen in banden van de Span- 12 - 19

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kaartbulletin | 1967 | | pagina 21