In deze lijnen wordt in blauw, voorafgegaan door een minteken, het getal
geplaatst dat bij de lijn behoort en wel zodanig, dat de bovenzijde van elk
getal is gericht naar het hoogste punt.
Van enl ele diepte plaatsen in zee of in de zeearmen wordt de diepte door
een getal, ook voorafgegaan door een minteken, aangegeven met blauw schrift.
Deze getallen zijn afgerond in meters.
Le droogvallende gronden in de zeearmen en eiders worden mede met behulp
van luchtfoto-interpretatie aangebracht.Al deze gegevens worden uit de lo-
dingskaarten (fig.3 - ge'interpoleerde dieptelijnen in raster),voor zover
zij aanwezig zijn, samengesteldwaar dit niet het geval is, moet de zee-
kaart weer gebruil t worden.
Eet k.an voorkomen, dat twee of meer dieptelijnen elkaar zo dicht nade-
ren,dat zij als het wäre samenvallen; in zo'n geval wordt alleen de lijn,
die de grootste diente aangeeft voorgesteld.
De reeds altijd uit de strandmetingen van Rijkswaterstaat gecontrueerde
hoog- en laagwaterlijn blijven gehandhaafd, c'us hoogwaterlijn een zwart
contour van 0,1 mm breedte en laagwaterlijn een blauw contour van 0,1 mm
breedte
Van de gebieden waar geen strandmetingen van bestuan worden ool: voor
deze lijnen de lodingskaarten en de luchtfotofs gebruikt.In de laagwater-
lijn wordt nu tevens, in bl/uw schrift, de diepte t.o.v. N.A.P. .angegeven
Indien de hoog- en de laagwaterlijn samenvallen, zoals b.v.in havengebieden,
wordt alleen de blauwe laagwaterlijn aangegeven.
Voordelen
Voor alle dieptelijnen geldt nu voor het gehele land hetzelfde niveau-
vlak.Het niveauvlal. is hetzelfde als hetgeen voor de hoogtelijnen in ge-
bruik is. (N.A.P.) Het relief van de zeebodem en van het landoppervlak
zijn hierdoor beter vergelijkbaar geworden.Eet weergeven van de diepte
lijnen is niet langer tot een bepaalde diepte gelimiteerd; hierdoor v/ordt
het bezwaar opgeheven,dat watergebieden, welke dieper zijn dan 3 meter,
als 'vlak11 aangegeven werden.(vergelijk fig.2 en fig.4).
De structuur van de stroomgeulen en de zeegaten T/ordt nu duidelijker
ziehtbaar
De dieptelijnen t.o.v. N.A.P. zullen op alle na 1966 nieuw opgezette of
herziene bladen op de schalen van 1;25000 en 1.50000 van de topografische
kaart aangebracht worden.De eerste binden zullen zeer binnenkort verschij-
nen.
Noot
Bij het onderschrift van illustratie I dient men te lezen:.... lijnen
van.2m, 5m en 10m.
16 - II
