Tussen boderakunde en geografie bestaat echter nog een ander raakvlak. De verscheidenheid in de menselijke bestaanswijze wordt mede bepaald door de bodem productiviteit; bovendien manifesteert zieh deze verscheidenheid ten dele in het bodem g e b r u i k. Voor de sociaal-geograaf is kennis van deze aspecten van de bodem onontbeerlijk Vooral in ons land raet een zeer intensief gebruik van de bodem worden deze sociale en economische aspecten van de bodemkunde diepgaand bestu- deerd. De sociale geografie Het centrale object van de sociale geografie is de menselijke bestaans wi jze, welke het resultaat van een samenspei van menselijke en natuurlijke factoren is (KEUNING 1963). Het natuurlijke milieu vormt een basis-element dat in vroeger tijden bepalend was voor de opbouw van de bestaanswijze Door de ontwikkeling van wetenschap en techniek is de menselijke factor een boslissende rol gaan speien. In de moderne opvattingen over de inhoud van de sociale geografie worden mens en maatschappij centraal gesteld, waarbij de betekenis van het natuurlijk milieu echter niet uit het oog wordt verloren. Het natuurlijk milieu en de menselijke groep zelf ver- vullen beide een duidelijke f u n c t i e t.o.v. het menselijk welvaarts- streven. Deze functionele gedachtegang is een zeer bruikbaar uitgangspunt geworden voor de practische toepassing van de sociale geografie n.l. in de ruimtelijke ordening. Het begrip landschap De geografische verschijnselen manifesteren zieh slechts ten dele in uiterlijk zichtbare vormen. De fysische verschijnselen treden ons tegemoet in de vorm van het natuurlijke landschap. Dit landschap is het resultaat van de gecombineerde invloed van een groot aantal factoren, die binnen een bepaalde ruimte met elkaar in relatie staan. Zo ontstaan onder in vloed van klimaats- en vegetatie-condities een toendra-landschap, een steppe-landschaponder invloed van krachten in de aardkorst en de schurende werking van gletschers en rivieren een hooggebergte-landschap enzDoor de grote hoeveelheid en gecompliceerde samenhang van de fac toren, welke de verscheidenheid aan landschappen op het aardoppervlak bepalen, is het fysrsch-geografisch onderzoek in een aantal gespecia- liseerde richtingen gesplitst. De samenhang van Je verschijnselen dient bij welk onderzoek ook niet uit het oog te worden verloren. Onder invloed van de menselijke activiteit heeft zieh op het natuurlijke landschap een cultuurlandschap gesuperponeerdHet onderzoek van dit cultuurlandschap vormt v/ul een onderdeel, maar niet het einddoel van de sociale geografie. Professor KEUNING noemde het cultuurlandschap "slechts de visueel waarneembare manifestatie van de menselijke activiteit". Het samenspei van natu rlijke, economische en sociale factoren leidt weliswaar binnen een bepaalde ruimte tot een speeifieke bestaanswijze, maar een aldus tot stand gekomen geografisch gebied (regio) onttrekt zieh grotendeels aan de directe visuele waarneming. Het is de taak van de sociaal-geograaf deze regio's te analyseren en van elkaar te onderschei- den op basis van hu.n genetische en functionele aspecten. Het begrip landschap zal vanwege de betekenis voor de kartografie (zie ook PIKET in Kartografie Nr. 30, p. 75) nog uitvoeriger aan de orde 17 - 19

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kaartbulletin | 1968 | | pagina 21