foto-lithografiem.a.w. "het minutieuze tekenwerk is verplaatst
van de litho-graveur van de T.D. naar de tekenaar bij de Meet-
kundige Dienst" (14) en hetzelfde kaartfragment, maar met een
luchtfoto, opname 1945, van hetzelfde gebied bij het opstel van
Rienstra (litt.no.6), naast blz. 386.
De in potlood getekende minuutbladen worden bewaard in het
archief van de f.leetkundige Dienst, een klein aantal stenen bij de
Topogr. Dienst (15).
V44cIn 1937 werd de rivierkaart onderverdeeld in vijf series met
133 bladen, van verschallend formaat, waarvan 5 tot twee series
behoren (16); de schaal van de kaart is 1:10 000, behalve de 5
bladen van de Rotterdamse Waterweg en de 6 van de Hollandsche IJssel
beneden Gouda, welke op de schaal 1:5 000 zijn gepubliceerdDeze
tweede herziening was in 1961 met het laatste blad no. 5 Zutphen,
serie IV - IJssel voltooid, terwijl intussen van verschallende
bladen reeds een tweede, derde, Vierde, vijfde en zelfs zesde
uitgave (van blad lb Dordrecht, serie I) is versehenen.
V44d.De rivierkilometrering waarvan in V.4.2. sprake was, is in 1939
gewijzigd: als nulpunt voor de Boven-Rijn, Waal, Pannerdensch
Kanaal, Neder-Rijn, Lek en Gelderse IJssel werd overeenkomstig
de Duitse lcilometrering het punt genomen, waar de Boven-Rijn,
bij de brug Over de rivier bij Ronstanz, de Bodensee verlaat;
hierdoor is onze oude kilometerraai 000, kilometerraai 858 geworden.
De plaats van de raaipalen is riiet veranderd. In verband met het
afsnijden Van een aäntal bochten voor de Maasverbetering is in
hetzelfde jaar oök een nieuwe kilometrering längs deze rivier
ingevoerd, lopende van het 0-punt bij Vis6 in Belgiö tot 261,830
bij Lage Zwaluwe.
V.4.4.e.In het voorgaande is enige malen het woord peiling gebruikt, het
bepalen van de vertikale afstand tussen de bodem viart de rivier
en de wateropperVlakteDe peilingen in de rivier worden verricht
ten opzichte vah de peilschalen,welke,behalve op verscheidene
plaatsen längs de rivieren,ook aan de kust en längs de zeegaten zijn
opgesteld (17).
In 1939 werd de zorg voor het op juiste hoogte brengen van de
Rijkspeilschalen gecentraliseerd bij de Algemene Dienst van de
Rijkswaterstaatde Hydrometrische afdeling. Het veldwerk en alles
wat met het N.A.P.-vlak als zodänig te maken heeft wordt verricht
door de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat. SindSdien
bestaat er voor de Rijkspeilschalen eenheid van hoogte; alle waar-
den gelden t.o.v. het Normaal Amsterdams Peil.
De ervaring met de contröle, doör waterpassirtg naar bestaande
peilmerken, heeft uitgewezen, dat er siechts weitii^ "vaste"
peilschalen werkelijk betrouwbaar zijn. Aanvaringen, afnemingen
en verplaatsen voor onderhoud, opvriezen, Äakkihgen, zettingen,
bodemdaling, scheefkomen zijn even zoveel oorzaken voor het
''Veränderen van het nulpunt.
1 Een vrij intensieve bewakingsdienst aangaande de peilschalen,
ruim 200, waarvan 80 peilschrijvers, is geen overbodige luxe.
De plaats van de peilschalen längs onze grote rivieren is vast-
gelegd t.o.v. de in gebrüik zijnde telling der kilometerraaien,
17 - 27