DE VOORJAARSEXCURS I E
NAAR BRÜSSEL EN ANTWERPEN A.HVerroen
De studiedagen en excursies van onze Kartografische Sectie beginnen
langzamerhand een regelmatige en gezellige ontmoeting van allerlei
kartografen te worden. Naast het opdoen van nieuwe indrukken worden zij
vooral waardevol voor het leggen en hernieuwen van prettige kontakten en
voor het onderling uitwisselen van ervaringen.
Zo ook de jongste tweedaagse excursie die circa 30 leden meemaakten
naar Brüssel en Antwerpen op 26 en 27 april j.l., onder leiding van
drs. P.W. GeudekeIn Brüssel werden bezoeken gebracht aan het Militair
Geografisch Institunt (de Belgische topografische dienst) en aan de
Koninklijke Bibliot'neek, terwijl in Antwerpen het Plantin-fvloretus Museum
bezocht werd.'
Het Militair-Geografisch Instituut
Het Militair-Geografisch Instituut van Belgie is gevestigd in de
historische gebouwen van de voormalige Cisterciönserabdij Ter Kameren
in Brüssel, waar wij namens de Directeur-Generaal werden ontvangen
door de heer R. Devos, directeur der Cartografie die ons in een körte
gemoedelijke inleiding de organisatie van het M.G.I. verklaarde. Daarna
volgde groepsgewijze een rondleiding door de verschillende afdelingen
onder deskundige leiding.
Het M.G.I. heeft in onze ogen een bijzonder omvangrijke taak: de
verzorging van het geodetisch 6n het gravimetrisch net van BelgiS (zowel
de opname als de publicatie van de resultaten der metingen) naast de
vervaardiging en uitgifte van alle officiöle kaarten van Belgiö. Ook de
Atlas van BelgiS, de Bodemkaart en de Geologische kaart worden door het
M.G.I. verzorgd doch eiders uitgegeven, terwijl men ook nog allerlei
opdrachten uitvoert.
De Topografische kaart 1:25.000
Van de Belgische Topografische kaarten is de basiskaart 1: 25.000 in
uitvoering, gelijktijdig met de (vergroting tot) 1: 10.000. De werkwijze
is als volgt
De waterpassing voor geheel Belgiö zal binnen enkele jaren geheel
voltooid zijn (le, 2e en 3e orde). Daarbij werd uitgegaan van een voor-
lopig nulpunt D" dat in 1856 te Oostende werd vastgelegd. Tussen de
jaren 1945 en 1964 werden tijdens een .volledige 19-jarige getijden-cyclus
waarnemingen verricht om tot een juiste bepaling van het nulpunt te komen.
De berekeningen hiervoor zijn nog niet geheel voltooid, maar wanneer dit
karwei binnenkort gereed is zal men niet alle hoogtecijfers op de kaarten
gaan aanpassen doch volstaan met publicatie van het hoogteverschil tussen
17-5