De productie van kaarten Uit kwantitatieve beschouwingen over de kaartering van de aarde (zie KOEMAN in Kartografie Nr. 20/21, 1963) blijkt dat voor grote delen van het aardoppervlak slechts onnauwkeurige of kleinschalige kaarten, en in vele gevallen in het geheel gddn kaarten beschikbaar zijn. Weliswaar is de behoefte aan topografische basis- kaarten sterk wisselend voor wat betreft de vereiste schalen, maar toch kan men overal terugvinden dat er van grote tekorten sprake is. De productie van kaarten, die mdt de groei van de wereldbevolking en de eco- nomische activiteiten dient toe te nemen, wordt ronduit onvoldoende geacht. Ten voorbeeld dient het feit dat van het gebied dat kaarten op de schaal 1:75.000 of groter behoeft, slechts een derde inderdaad op die scha len is gekarteerd. De oorzaak van dit productietekort moet vooral worden toegeschreven aan het zeer arbeidsintensieve proces van de kaartvervaardiging. Door de invoering van de fotogrammetrie is in de eerste fase van dit proces een opmerkelijke tijdwinst geboekt; deze versnelling is echter niet volledig uitgebuit omdat in de volgende fase nl. de kartografische bewerking, nog zeer vele werkzaamheden met de hand worden uitgevoerd. Het zoeken naar snelle en arbeidsbesparende methoden rieht zieh volledig naar de algemene tendens van de technische ontwikkeling: mechanisatie en automatisering. Het spreekt vanzelf dat dit het meeste effect zal hebben op het gebied van de topografische basiskartering om dat op dit terrein de grootste behoeften bestaan. Een nadeel van deze ontwikkeling vormt de vraag naar hoog- geschoold personeel en hoge investeringen. Voor wat betreft de nog ongekarteerde gebieden zoekt men daar- om naar een oplossing waarbij in eerste instantie snel en goedkoop topografische informatie wordt verkregen door het gebruik van de luchtfoto zelf Kaart en luchtfoto Verschillende deskundigen op het gebied van topografische karteringen hebben de aandacht gevestigd op een snelle en doeltreffende oplossing van het karteringsprobleem in de ontwikkelingslanden. Zij pleiten daarbij voor een systematische gebruikmaking van de luchtfoto's zelf. Aanvankelijk werd de luchtfoto door degenen die karteringen uitvoeren, slechts gezien als een elementair hulpmiddel om een kaart te maken. De toepas- sing van luchtfoto's voor interpretatiedoeleinden (geologie, bodemkunde, e.d.) had zieh inmiddels een eigen plaats verworven als methode van onderzoek in de verschillende aardwetenschappen. Het gebruik van de luchtfoto zelf als (foto)kaart vormt echter een geheel nieuwe ontwikkeling, die de nodige aanpassing van kar- tograaf 6n kaartgebruiker vereist. De normale kaart geeft immers een abstract, gesymboliseerd beeld van het aardoppervlak, terwijl de luchtfoto een weergave van het natuurlijke uiterlijk is. De bruikbaarheid van een kaart wordt bepaald door een aantal voorwaarden; een kaart moet duidelijk, gemak- kelijk leesbaar, goed hanteerbaar en exaet, d.w.z. uniform van schaal, zijn. Indien een fotokaart kan worden vervaardigd die aan deze voorwaarden voldoet, dan is een belangrijke stap gezet op weg naar een oplossing van het karteringsprobleem. In het verleden heeft men zonder dat aan deze voorwaarden werd voldaan, toch wel op beperkte schaal van de luchtfoto's zelf gebruik gemaakt ter vervan- ging van kaarten. Afgezien van hun mogelijkheden tot geologische en andere interpretaties boden luchtfoto's in de vorm van fotomozaieken in vele gevallen de noodzakelijke informatie over de topografische gesteldheid van het aardoppervlak. De toepassingsmogelijkheden van dergelijke fotomozaieken - in gedrukte vorm: foto- kaarten - waren echter sterk beperkt door het feit dat aan deze kaarten geen exaete maten konden worden ontleend. Door de ontwikkeling van ontschrankingsmethoden en orthoprojectie is men thans in Staat een foto kaart te vervaardigen, welke vrij van vertekening, uniform van schaal en dus beter bruikbaar is. Hoewel door deze fotogrammetrische bewerkingen de meetkundige verschillen tussen kaart (orthogonale pro- jectie) en luchtfoto (perspectivische projectie) zijn te elimineren, blijven er toch in ander opzicht verschillen KB 23 21

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kaartbulletin | 1970 | | pagina 39