liseerd moeten worden, vervaardigt en voor reproduktie gereed maakt. Kern van de gang van zaken is het, op grond van de gegevens, laten inkleuren van lichtdrukken door ongeschoolde krachten en vervolgens het maken van kleurmaskers omzeilen door een reproduktiecamera door middel van bepaalde rasters 'Farbaus züge' te laten maken. De vrij goede resultaten die Pähl liet zien, achtte hij nog niet optimaal omdat de apparatuur een geheel gelijkmatige ontwikkeling van de kleurplaten nog niet mogelijk maakt. Er treden nog te grote temperatuurverschillen op in de ontwikkelvloeistof, met alle störende gevolgen van dien. Pähl noemde dit een van de Problemen waarvoor de reprotechniek voor kartografen een oplossing moet vinden. Het probleem van de bijwerking en korrektie van kaartoriginelen werd behandeld aan de hand van ervaringen van de Zwitserse, Beierse en Noordrijn-Westfaalse topografische dienst. Daarna werd er een nieuw che- misch-korrektie-procedtl gedemonstreerd, ontwikkeld door H. Palm uit Berlijn. Mühle van het Institut für Angewandte Geodäsie in Frankfurt meldde, dat hij in 1960 begonnen was met een onderzoek naar de leesbaarheid van verschillende schriftsoorten op kaarten, onder leiding van de Deutsche Geodätische Kommission. Hij werd daarbij geholpen door een 'Gestalts'-psycholoog. Het onderzoek is nu voor twee-derde gereed, maar het geld is op. Ir. H.P. Bertinchamps, Vermessungsdirektor uit Hessen, behandelde de mogelijkheden van het gebruik van plotters, coördinatografen, coördinatenlezers en digitizers door topografische diensten. Vrijdagavond was er voor buitenlanders een bijzonder interessante discussie: officieel over de opzet van de studiedagen, met als uitkomst, dat ieder die wilde deelnemen, daartoe in de gelegenheid gesteld moest worden, met alle consequenties van grotere gezelschappen, grotere ruimtes waar geen discussie meer mo gelijk is, enzovoort. Hierna ging de discussie van die avond over de manier waarop het Deutsche Gesell schaft für Kartographie de belangen van haar leden moest behartigen. Een aantal mensen, waaronder Pöhl- mann, vond dat de DGfK zoals een vakbond, op de barrikaden moest als dat nodig was. Het bestuur, o.l.v. H. Bosse, antwoordde dat, gezien de samenstelling van de vereniging uit zowel werknemers als werkgevers, een dergelijke koers alleen maar een splitsing tengevolge zou hebben, met een direct vermin deren van het gezag en de invloed die de vereniging in de loop van de jaren heeft opgebouwd. De laatste lezing, op zaterdagmiddag, behelsde de ervaringen van een jonge Duitser die enige jaren in een ontwikkelingsland - Madras, in India - meegeholpen heeft met de oprichting van een kartografisch bedrijf en die zieh daarbij heeft moeten bezighouden met de indeling van de bedrijfsruimten, met metselwerk, schakelaars, air-conditioning, opleiding van drukkers en tekenaars, het zoeken van geschikt lettermate- riaal (in de vele niet-latijnse alfabetten die India kent) en de vele andere menselijke en technische Proble men die bij de oprichting en leiding van een bedrijf kunnen voorkomen. In het algemeen kan gesteld worden, dat men in de grote kartografische bedrijven in Nederland niet meer bij vergelijkbare westduitse bedrijven ten achter is. Dat is wöl het geval als we vergelijken met gespecia- liseerde rijksinstellingen zoals het Bundesanstalt für Landeskunde und Raumordnung in Bad Godesberg (waar we weer onder leiding van Prof. Meynen rondgeleid werden) met zijn wereldberoemde kartografische dokumentatie-afdeling, en het Institut für Angewandte Geodäsie in Frankfurt, waar Prof. Knorr werkt. Deze instellingen hebben op het gebied van de automatisering een grote voorsprong. Aan de studiedagen nam ook een aantal kartografische 'grootheden' deel, zoals Dr. W. Witt uit Hannover, schrijver van het handboek 'Thematische Kartographie', waarvan op de studiedagen exemplaren van de pas versehenen tweede druk aan enkele uitverkorenen uitgereikt werden, en Dr. Holzel, voorman op het gebied van de reliöfweergave door middel van 'Schummerung'. Ook de lezingen van deze studiedagen zullen weer gebundeld worden in een verslag, dat over ongeveer een jaar verkrijgbaar zal zijn. Vorige Arbeitskurse KB 24 31

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kaartbulletin | 1970 | | pagina 33