meegegoten, zodat uitgevulde regels ontstaan. De Monotype werkt met breedte-eenheden: de letter i telt bijvoorbeeld 5 eenheden, de letter n 10 eenheden en de letter m 15 eenheden. Wanneer we letterspaties moeten aangeven kunnen we daarvoor deze eenheden gebruiken. In de gietmachine wordt nu het betreffende lettertype geplaatst. Dit is een Vierkante matrijs met 255 diep- liggende lettervormen. Voor elke lettergrootte is een ander matrijzenraam nodig, zodat niet tegelijkertijd in verschillende corpsen gegoten kan worden. De monotype gietmachine 6 op een 5 punts staafje zijn op die manier moge- lijk, wat heel handig kan zijn voor een zeer kompakt register. Dit zetsel is verder aan te vullen of te korri- geren met handzetsel, omdat men ook losse letters kan gieten waarmee de letterkasten van de handzetterij aangevuld worden. Na gebruik wordt het zetsel dan weer gesmolten en men bewaart eventueel alleen de ge- perforeerde band voor een herdruk. Een geweidige besparing dus op lood en opslagruimte. Het grootste corps wat als tekst gezet kan worden is echter maar 14 punten, bij het gieten van losse letters voor de zetterij kan men echter wel tot 72 punten gieten op een speciale gietmachine, de Supra. Monotype- letters zijn scherper van beeld dan Linotype-letters, wat voor goed drukwerk belangrijk is. In de kaarten kunnen we daarom heel goed Monotype-letters toepassen. (De illustraties werden beschikbaar gesteld door de Stadsdrukkerij van Amsterdam) 36 KB 25

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kaartbulletin | 1971 | | pagina 38