VIJF EUROPESE TOPOGRAFISCHE KAARTEN
EEN BIJDRAGE TOT DE CLASSIFICATIE VAN TOPOGRAFISCHE KAARTEN EN DE RELATIE
ERVAN TOT ANDERE KAARTSOORTEN Dr. J.J.C. Piket
Het is een allerwegen geconstateerd feit dat de kartografie zieh vandaag de dag in een zeer sterke ontwik-
kelingsfase bevindt. Karakteristiek voor deze ontwikkeling zijn de volgende aktiviteiten:
- Het ontwerpen van vele nieuwe kaarttypen
- Het aanbrengen van een rijkere schakering in de kaartinhoud
- Het ontwerpen van meer doeltreffende uitdrukkingstechnieken: het uitbouwen van de kartografische taal
- Het ontwerpen van automatiseringsprogramma's en technieken ten behoeve van de samenstelling en ver-
vaardiging van kaarten
- Het verbeteren van reproductietechnieken.
Van zeer groot belang is de publicatie in onze tijd van omvangrijke en gevarieerde topografische en thema
tische kaartenseries, zowel van afzonderlijke landen, van continenten en oceanen, als van de aarde als ge-
heel. Nationale en internationale thematische atlassen dragen al evenzeer bij tot de groei van de diversiteit
van kaartwerken.
Temidden van deze snelle ontwikkeling gevoelen vele kartografen de behoefte tot bezinning op het wezen van
de kaart. Daarvan getuigt het feit dat tijdens het Fifth International Conference on Cartography te Stresa,
Italiö, 1970 een groot aantal papers werd gepresenteerd onder het thema "Cartography as a means of
expression and communication"De centrale vraagstelling luidde: Wat is de kaart, en welke rol speelt zij
bij kennisoverdracht
Aan de hand van vele voorbeelden werd deze vraag door een groot aantal inleiders beantwoord, waarbij
bleek hoe hoog de waarde van de kaart als communicatiemedium werd aangeslagen, zowel binnen de thema
tische en de topografische kartografie, alsook binnen de wetenschappelijke en de schoolkartografie
In een inleidende "invited paper" vatte Koeman1' het probleem van de kartografische communicatie kern-
achtig samen in de vraag: "How do I say what to whom". In onze beschouwing laten wij het "how",
de problematiek dus van de kartografische uitdrukkingsmiddelen (zo uitnemend behandeld door Jacques
Bertin in zijn recente boek Semiologie graphique") buiten beschouwing.
Betreffende het "whom" kunnen wij hier voor het kaarttype dat wij gaan bespreken, nl. de topografische
kaart, kortweg antwoorden "de massa", de noch naar omvang, noch naar samenstelling bekende groep
van kaartgebruikers. Geheel anders als bij de gebruikers van bijv. een geologische detailkaart of van een
schoolatlas, leeft er bij de groep der topografische kaartgebruikers een zeer grote verscheidenheid aan
interessen. Deze kunnen variören tussen die van de militair en die van de padvinder, tussen die van de
wetenschappelijk onderzoeker en die van de toerist, tussen die van de leermeester en die van de leerling.
Immers al dezen, 6n vele anderen zijn gebruikers van de topografische kaart. Het is dan ook begrijpelijk
dat juist dit kaarttype dat aan zulk een breed spectrum van interessen beantwoordt, in de kartografische
stamboom, temidden van een groeiende diversiteit van kaartwerken, de hoofdstamlijn vormde vanaf de
oorsprong van het kaartmaken tot in de huidige tijd.
Tekst van de voordracht gehouden op de jaarvergadering (1970) van de Kartografische Sectie KNAG te
Nijmegen. De voordracht werd geillustreerd door kaartvoorbeelden. De in de tekst genoemde voorbeel
den zijn afgedrukt in het Geografisch Tijdschrift VI (1972) nr.3 en in de Mededelingen van de Kartogr.
Sectie nr.58, mei 1972 bij de Engelse tekst van deze voordracht.
KB 30
13