JAARVERGADERING EN ATLASDISCUSSIE
Op vrijdag 2 juni 1972 werd in de prachtig gerestaureerde universiteitsbibliotheek te Amsterdam de gebrui-
kelijke algemene jaarvergadering van de Kartografische Sectie gehouden in aanwezigheid van slechts 25 le-
den. Het schijnt traditie te worden dat jaarvergaderingen, overigens ten onrechte siecht worden bezocht.
Tijdens de rondvraag herinnerde de heer Verroen aan een oud voorstel hierover: houdt de jaarvergadering
eens op een van de avonden van de studiedagen'. De heer Piket, even tevoren tot nieuwe voorzitter gekozen,
ging hier uitvoerig op in. Een jaarvergadering is een ontmoetingspunt en gespreksmogelijkheid van de le-
den en het bestuur. Op papier lijkt het een saaie aangelegenheid maar is dit in werkelijkheid geenszins. Hij
zegt toe na te zullen gaan in hoeverre deze bijeenkomsten voor een groter aantal leden aantrekkelijker zijn
te maken.
Nadat in vlot tempo routinezaken als vorige notulen, jaarverslag (aantal leden liep voor het eerst met 1 lid
terug), financieel verslag (f 3200,- achterstallige kontributie'.en nieuwe kascommissie (Bos en Karssen)
waren afgehandeld deed voorzitter Bakker enige interessante mededelingen: In KNAG-kringen wordt ge
dacht en gewerkt aan het uitbrengen van een soort informatiebulletin voor alle afdelingen, zodat iedereen
van elkaars doen en laten op de hoogte kan zijn.
Vervolgens gaf hij een overzicht van de stand van zaken betreffende de opleidingscursus tot kaarttekenaar.
De Start is vastgesteld op 1 januari 1973. De cursus zal bestaan uit 88 lessen; 35 theorie- en 53 praktijk-
lessen. Hiervan zijn thans 66 lessen in het bezit van PBNADe cursus zal bij normaal Studietempo twee
jaar duren en rond de duizend gülden gaan kosten.
Tenslotte kwam het Schokkenkampfonds ter sprake. Er wordt gezocht naar een vorm waarbij het fonds een
rechtspersoon kan worden, bijv. een stichting. De gelden (thans f 12.584,25) staan uit tegen 6% rente.
Nadat de heer J. P Heerema (Stiboka) in het bestuur werd opgenomen, was het moment aangebroken waarop
ir. P.J. Bakker het voorzitterschap overdroeg aan dr. J.J.C. Piket. Namens de leden bedankt de nieuwe
voorzitter ir. Bakker voor de zorg en toewijding waarmee hij zijn voorzitterschap heeft bekleed en biedt
hem vervolgens een ets en een platenbon ten geschenke aan.
Dr. Piket verklaart zijn kartografische vorming hoofdzakelijk bij de Sectie te hebben opgedaan en wil uit
dankbaarheid hiervoor graag iets terugdoen, vandaar dat hij onmiddellijk ja heeft gezegd toen de Sectie
hem over het voorzitterschap benaderde. Even later tijdens de rondvraag, verklaart ir. Bakker dat hij het
op prijs zal stellen de tijdens zijn voorzitterschap ontstane vriendschap met de Sectieleden te blijven hand-
haven.
Discussie Atlas van Nederland
In de middag ontstond een levendige discussie over een tweede uitgave van de Atlas van Nederland, nadat
drs. A.H. Sijmons in een körte inleiding enige kemvragen had aangestipt. Deze spitsten zieh toe op de
vraag in welke mate de wisselwerking tussen mens en milieu centraal zou moeten staan; in ieder geval zal
een nieuwe uitgave veel meer kaarten op ecologisch gebied moeten bevatten dan thans het geval is
De heer Ooms vroeg zieh af waarom kartografen zieh bezig moeten houden met vorm en inhoud van de At
las, terwijl dit toch meer een zaak is van de gebruiker. Drs. J. E. Romein (discussieleider) zegt hierop
dat er weinig bekend is over de wensen van gebruikers, waarop drs. F. J. Ormeling voorstelt aan de eerst-
volgende aflevering een vragenlijst toe te voegen. Drs. E.S. Bos ondersteunt dit idee, maar Romein geeft
te kennen hier niets van te verwachten, aangezien de bezwaren welke aan de huidige uitgave kleven (ongeluk-
kig formaat, schaal, e.d.) toch wel bekend zijn. Bovendien kan men de intekenaren niet een nog op te stel-
KB 30
5