Nieuwe w eg en kl a s s if ik a t i e voor de kaart 1:25.000 en 1:50.000
Bij de nieuwe indeling van de wegen in klassen zijn de volgende kenmerken tot uitdrukking gebracht (zie
de voorbeeldenopblz. 8): de aard van het wegdek, de betekenis van de weg als verbinding, het soort ver-
keer, de breedte van de weg, het al-of-niet gescheiden zijn der rijbanen en het aantal rijstroken.
Het wegdek
Naar de aard en kwaliteit van het wegdek worden de wegen onderscheiden in: verharde wegen, half- of
slechtverharde wegen en onverharde wegen. Dit onderscheid wordt tot uitdrukking gebracht door het ge-
bruik van kleur nl. oranje en rood voor verharde wegen en onderbroken oranje voor half- of slechtverhar
de wegen. Niet-verharde wegen worden niet ingekleurd.
Zeer smalle wegen (smaller dan 2 m) zijn met paden in een aparte kategorie ondergebracht. Het gebruik
van kleuren om de aard van het wegdek aan te geven is voor deze kategorie niet van toepassing omdat de
voorstelling d.m.v. een dubbele lijn hier plaats heeft gemaakt voor een enkelvoudige streepcontour.
Verbindingsmogelijkheid
De verharde wegen worden naar hun betekenis als verbindingsmogelijkheid onderscheiden in hoofdverbin-
dingswegen en overige verharde wegen. Dit onderscheid wordt op de kaart voorgesteld door verschil in
kleui; resp. rood voor hoofdverbindingen en oranje voor de overige. Of een bepaalde weg als hoofdverbin-
ding moet worden beschouwd wordt vastgesteld in overleg met verkeersdeskundigen van de plaatselijke
overheid, van waterstaatsinstanties, e.d.
Soort verkeer
De verharde wegen behorende tot het net van hoofdverbindingswegen worden nog nader onderscheiden naar
het soort verkeer dat van deze wegen gebruik maakt. Naast hoofdverbindingswegen voor gemengd verkeer
worden hoofdverbindingswegen voor uitsluitend autoverkeer (autowegen) afzonderlijk aangeduid door middel
van bredere wegcontouren. Tot deze laatste groep worden alle autowegen gerekend welke zijn aangeduid
met de borden 57a en 57b uit het Wegenverkeersreglement.
De breedte
Binnen de verschillende kategorieön verharde wegen wordt voorts een onderscheid gemaakt naar de breedte
van het verharde wegdek in
wegen van 7 m of breder - wegen van 4 tot 7 m breed - wegen tot 4 m breed
Het onderscheid naar de breedte wordt kartografisch voorgesteld door de afstand tussen de wegcontouren.
Gescheiden rijbanen
Wegen met gescheiden rijbanen worden door middel van een afwijkend wegsignatuur, nl. een driedubbele
lijn, op de kaart voorgesteld. Het middencontour vormt hierbij in feite de kaartering van de bestaande
scheiding tussen de rijbanen, welke kan variieren van een smalle betonnen rand met vangrail tot een brede,
vaak beplante strook grond. Wanneer deze strook een bepaalde breedte overtreft, wordt op de kaart deze
strook overeenkomstig de werkelijkheid gekaarteerd. De beide rijbanen van de weg wijken dan ter plaatee
uiteen.
KB 30
7