bracht door aanzuring met zwavelzuurVervolgens wordt door het toevoegen van een natriumsulfietoplos- 3+ sing het zeswaardige chroom ion omgezet in het chroomion Cr dat driewaardig is Hierna dient het aangezuurde afvalwater met natronloog te worden geneutraliseerd. Bij een pH-waarde van 6, 5 zal het chroom nu kwantitatief onoplosbaar worden, althans niet meer dan 1 mg chroom per liter water in oplossing blijven. De onoplosbare stof wordt uiteraard afgefilterd. Het chemische gedrag van de zware metalen in de rioolwaterzuiveringsinstallatie Gewapend met de bovenstaande kennis, kunnen wij nu ook het gedrag van de zware metalen in de rioolwater zuiveringsinstallatie begrijpen, wanneer het daar verwerkte huishoudelijke afvalwater vermengd is met zwaarmetaalhoudend bedrijfsafvalwater Het afvalwater dat dergelijke installaties binnenvloeit heeft gewoonlijk een pH-waarde van 7 8De zware metalen die in het totale afvalwater voorkomen zullen gedeeltelijk gaan neerslaan en ten dele in oplossing blijven De metaalhydroxyden zullen zieh tussen het slib van het huishoudelijke afvalwater afzetten; in de riolering min of meer en in de bezinkingsruimten van de rioolwaterzuiveringsinstallatie zieh geheel verzamelen. Ondanks dat slechts in het totale bij de installatie binnenvloeiende afvalwater een maximale pH-waarde van 8 voorkomt, wordt het zink praktisch kwantitatief verwijderd. Het zink slaat in de praktijk dus niet alleen als het onoplosbare zinkhydroxyde neer, maar blijkbaar ook als andere onoplosbare zinkverbindingen. Nik kei, dat pas bij een pH-waarde 9 geheel onoplosbaar wordt, blijft bij de in de praktijk voorkomende pH- waarden van het totale afvalwater grotendeels in oplossing. Het komt daardoor ook grotendeels in het opper vlaktewater terecht Bij regenwaterafvoer naar de riolering, dat over het algemeen zuur reageert, dus met een pH-waarde klei ner dan 7, 0, zal de pH-waarde van het totale afvalwater dalen en gaan onoplosbare zwaarmetaalverbindin- gen in oplossing, waardoor de aerobe microwezens aan vergiftiging blootstaan. Bij de slibgisting in de rioolwaterzuiveringsinstallatie worden de in het slib verzamelde zwaarmetaalver- bindingen wekenlang in de gistingsruimten opgeslagen. Als de concentratie aan zware metalen in dit gisten- de slib teveel oploopt, bestaat het gevaar dat de gisting tot stilstand komt, doordat de anaerobe microwe zens, die het gistingsproces immers verzorgen, worden vergiftigd. Het heeft dus weinig zin, de zware me talen over een lange of körte periode via het afvalwater verspreid af te voeren. Zij concentreren zieh, hoe ook verspreid over een tijdsperiode, zelfs van enkele weken, of verdund met veel water, tenslotte toch in de slibgistingsruimten. Op grond van dit chemische en fysische gedrag van de zware metalen heeft het alleen vastleggen van een norm, van bijvoorbeeld maximaal 1 mg koper per liter geloosd bedrijfsafvalwater, geen zin. Hierbij moet tevens worden vastgelegd hoeveel maximaal in grammen per etmaal mag worden geloosd. Slechts op deze wijze is men ervan verzekerd, dat in de tijdsperiode dat het slib in de gistingstorens ver- blijft, niet meer zware metalen zullen worden verzameld, dan verantwoord is voor de gisting tot stilstand komt. Is het bovenstaande nodig om de juiste werking van de rioolwaterzuiveringsinstallatie veilig te stel len, het is ook nodig om geen uitgegist slib te bereiden, dat bij gebruik in het milieu als grondstruetuur- verbeterend materiaal een te hoog gehalte Sporenelementen in de grond zou doen ontstaan, waardoor plan- tenziekten kunnen gaan optreden. Op het gedrag van de zware metalen in het milieu is, ofschoon het voor velen misschien wat moeilijk zal zijn geweest, in dit artikel iets dieper ingegaan, omdat, gezien een publikatie in IGT Nieuws 22 (1969) num- mer 4, blz. 61, men het in het grafische bedrijfsleven moeilijk verwerken kan 'dat de individuele waterbe- KB 32 13

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kaartbulletin | 1973 | | pagina 15