Dat de fotokaart zeer recente informatie geeft en een niet geabstraheerde, niet gegeneraliseerde afbeeldlng is, geeft voordeel voor gebruikers in de groep III, IV en V. Daar werd en wordt ze gebruikt als informatie- bron voor een moment-overzicht van beplantingen, voor landschapsstudies en zelfs voor bestudering van recreatie (aantal boten per ha en aantal strandbezoekers per ha) De verwachting lijkt gerechtvaardigd dat fotokaarten bij veelvuldige revisie veel steun kunnen bieden bij het bestuderen van in de tijd veranderende verschijnselen en bij het volgen van menselijke gedragingen. De ge- geven antwoorden tonen evenwel aan dat de fotokaart voor het overgrote deel der ondervraagden toch niet als permanente vervanger voor de lijnenkaarten zal kunnen gaan fungeren (66% prefereert fotokaarten niet boven lijnenkaarten) Uitvoering, aantal en formaat Betreffende deze onderwerpen wees de enquöte uit dat tot nu toe de meeste fotokaarten in ons land werden vervaardigd op bromidepapier of op film ten behoeve van lichtdruk. Gedrukte fotokaarten zijn hier nog heel zelden gemaakt. Op de vraag: "Hoeveel fotokaarten gebruikt u per jaar en in welk aantal per fotokaart?" werd als volgt geantwoord. Aantal fotokaarten per jaar: 1- 5 fotokaarten 6- 10 fotokaarten 11-100 fotokaarten meer dan 100 fotokaarten diversen 24% van het totaal 12% van het totaal van het totaal i van het totaal i van het totaal van het totaal 9% van het totaal 7% van het totaal 7% van het totaal 10% van het totaal De architectenbureaus en semi-particuliere instellingen blijken grootverbruikers te zijn. Het aantal exem- plaren per fotokaart dat wordt verbruikt ligt, zoals duidelijk blijkt, overwegend beneden de zes exemplaren. Daaruit is natuurlijk de voorkeur voor bromidepapier of lichtdruk wel te verklaren. Het bewijst echter nog niet dat een fotokaart in offsetdruk niet aan de Verlangens zou voldoen en aantal exemplaren per fotokaart 1- 5 exemplaren 6- 10 exemplaren 11-100 exemplaren meer dan 100 exemplaren diversen Meetkundige grondslag, hoogtelijnen, bladindeling Uit de antwoorden op de vragen (uit categorie B) van (land)meetkundige aard kwam zeer duidelijk naar voren: a. dat men een goede meetkundige grondslag noodzakelijk acht (75%) b. dat een ruitennet door 72% gewenst wordt c. dat de bladindeling overeen zou moeten komen met die van de topografische kaart (65%) d. dat een hoogte-informatie in de vorm van hoogtelijnen (62%) of hoogtecijfers (58%) ook wel gewenst is, doch dat hiervoor slechts een kleine meerderheid wordt gevonden. De hoogtelijnen liggen dan nog iets voor op de hoogtecijfers, waarbij men zieh kan afvragen of in het zeer vlakke gebied hoogtelijnen nog veel nut en betekenis hebben. Direct doet zieh dan de vraag voor hoe men die hoogtegegevens moet ver- krijgen, maar het voor de hand liggende antwoord daarop luidt, dat deze gegevens ontleend kunnen wor den aan de hoogtekaart van Nederland, zonodig aangevuld uit beeidenpaar-kaarteringen. Inhoud en uitvoering Het formaat wilde men niet te groot hebben. Als meest voorkomende antwoorden vond men "40 x 40 cm" of "zo groot als de topografische kaart" (dat is dus 40 x 50 cm)Heel vaak achtte men het van belang dat de fotokaart zodanig van formaat is, dat opvouwen tot zakformaat goed mogelijk is. Dan moet men inderdaad niet veel groter gaan voor kaartbeeldformaat dan 40 x 50 cm of 50 x 62| cm (half blad 1 10. 000 van de topografische kaart) 20 KB 32

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kaartbulletin | 1973 | | pagina 22