Zou men de schaal 1 10. 000 kiezen (formaat 50 x 62cm kaartbeeld), dan zou men per kaartblad 1 50. 000
van de topografische kaart (west- of oostblad) 16 fotokaarten moeten produceren of voor heel Nederland zo
rond 1400 bladen. De vraag is natuurlijk of het nodig is van het gehele land fotokaarten te maken of alleen
van vooraf geselecteerde gebieden. Zo'n selectie zou kunnen plaatsvinden door deskundigen van verschillen-
de vakgebieden waar veel van kaarten gebruik wordt gemaakt
Als materiaal waarop de fotokaarten zouden kunnen worden afgebeeld, werden drie typen genoemd
a. bromidepapier;
b. betekenbare filmcalques;
cgedrukte fotokaarten op papier
Op de vraag over de behoefte aan gedrukte fotokaarten antwoordde 50% met "ja" en 46% met "neen". Hieruit
blijkt dus slechts een lichte voorkeur voor gedrukte fotokaartenHet feit dat fotokaarten op bromidepapier
en op film tot nu toe het meest werden gebruikt zal daarop stellig veel invloed hebben gehad. Een fotobeeld
op bromidepapier is uiteraard beter interpreteerbaarEr is meer uit te halen. Daartegenover staat dat de
prijs van een gedrukte fotokaart op papier beduidend lager zal zijn dan die van een fotobeeld op bromidepa
pier, waarbij de grootte van de oplage nog een belangrijke rol speelt
Voor een redelijk rendabele produktie van gedrukte fotokaarten zal een minimum oplage per kaartblad van
200 stuks nodig zijn. Daarbij denken we dan aan een eenkleurige fotokaart zoals de 85% "ja" antwoorden op
de desbetreffende vraag duidelijk wettigen. Of deze oplage haalbaar is zou moeten worden nagegaan aan de
hand van de vraag over de gewenste oplage. Daarop antwoordde 28, 8% dat 1-5 exemplaren nodig zouden zijn
voor hun gebruik. Dat 28, 8% van 73 geenqueteerdcn gemiddeld 3 exemplaren, dus totaal reeds 63 exempla
ren van alle fotokaarten van het gehele land zou afnemen is natuurlijk wel erg optimistisch. De interesse
van vrijwel alle afnemers is in het algemeen sterk gebonden aan bepaalde gebieden en niet aan het gehele
land. Daartegenover staat dat het aantal geenqueteerden slechts beperkt is en ook dat toch 11, 0% zelfs
11-100 exemplaren zal afnemen. De Nederlandse kaartgebruiker zal moeten wennen aan de fotokaart en
daarna zal, zoals reeds in Belgie en in Duitsland is gebleken, de afname beslist toenemen.
Ook de filmealque zal toegepast dienen te worden. Deze heeft het grote voordeel, dat men daarop de eigen
gegevens kan bijtekenen om daarna lichtdrukken van deze film te vervaardigenVoor dergelijke filmcalques
kan dan een betekenbare polyester halftoon-filmsoort worden gekozen, waarop het fotobeeld in halftoon of
zeer fijn gerasterd (70 lijnen/cm) kan worden aangebracht. Lichtdrukken van dergelijke calques op thans
verkrijgbare glanzende diazopapiersoorten geven een zeer mooi resultaat, dat nauwelijks onderdoet voor
bromide afdrukken.
Leeftij d
Van de ondervraagden vond 35% dat fotokaarten niet ouder moeten zijn dan circa cen jaar en 31% achtte een
maximale ouderdom van 5 jaar acceptabel. Of een jaarlijkse herziening een financieel haalbare kaart zou
zijn, dient ernstig te worden betwijfeld. Een 5-jaarlijkse revisie lijkt meer aanvaardbaar, waarbij beslist
wel gebieden kunnen worden gevonden waar met een 10-jaren-cyclus voor herziening zou kunnen worden
volstaan.
Symbolen en namen e.d.
Deze werden in het algemeen niet nodig geacht. Opvallend was daarbij dat over een wegenclassificatie-aan-
duiding niet werd gerept. Uit proeven van de O. EEP. Etoch is gebleken, dat bij het interpreteren van
luchtfoto's dit de grootste moeilijkheden blijkt mee te brengen. Enkele namen in de fotokaart achtte men
wel nuttig.
KB 32
21