geen grote afwijkingen in de maat te krijgen. In bijzondere gevallen moeten zelfs extra bewerkingen ingevoegd worden om deze maatverschillen te elimineren, speciaal bij de grote formaten U ziet hierbij een voorbeeld van zo'n werkschema, en wel voor het kaartje van de Floriade 1972, dat bij velen van u bekend zal zijn. In de praktijk wordt zo'n Schema met rode ballpoint gemaakt op geruit papier van kwar- to of A4-formaatMet een droogkopieerapparaat wordt het dan enkele malen vermenigvuldigd, waarna met kleurpotlood de vakjes voor de originelen ingekleurd worden. Allen die bij de kaart betrokken zijn ontvangen dan zo'n gekleurd schema Ter toelichting het volgende Elk vakje in het Schema stelt een origineel voor. In het bovendeel van de vakjes staan de noodzakelijke gege- vens van het origineel vermeld, zoals de aard van het origineel, leesbaar of spiegelbeeldig, de inhoud en soms ook de schaal. De kleuren dienen als herkenning van de soort originelen: rood=gravureoranje=peel- coat; donkergroen=negatief; lichtgroen=positief In de onderste helft van de vakjes zijn de kartografische bewerkingen vermeld die op het origineel moeten worden uitgevoerd. De reproduktie-bewerkingen worden met een pijl aangegeven: iedere pijl betekent een nieuw origineel. Als daarbij gebruik moet worden gemaakt van een ander origineel, een masker of een rasternegatief, is dat in de bewerkingslijn, zonder pijl, opgenomen (G5/H7)Vergrotingen of verkleiningen worden met een brede pijl aangegeven die kleiner wordt bij verkleiningen en groter bij vergrotingen (B1/B2) De verschillende groepen originelen staan in rijen naast elkaar en worden aangeduid met de letters die boven- aan het Schema staan. De opeenvolgende bewerkingen worden van boven naar beneden aangegeven met de cij- fers die links van het Schema staan. Voor diverse kleuren zijn hier 7 bewerkingen nodig. Niet bij alle kleuren is dit aantal beslist nodig, maar de reproduktiespecialist kan extra bewerkingen invoegen om eventuele maat- afwijkingen op te heffen. (Zie de laatste rijen.) Elk gemaakt origineel wordt in het Schema aangetekend, terwijl de film wordt voorzien van een zelfklevend rood of groen etiketje (voor spiegelbeeldig of leesbaar), waarop de codering van dat origineel wordt vermeld. Ingewikkelde en verwarnende toelichtingen en opdrachten bij de originelen zijn hierdoor overbodig geworden. De fotograaf levert bijvoorbeeld C5 af aan de tekenkamer en in het Schema vinden we dat daaruit de bebou- wing gestript moet wordenNa de bewerking kan de peelcoat dan zonder commentaar teruggestuurd worden voor samenvoeging met B3. Ter verduidelijking wordt op de tekenkamer nog een instructielijst gebruikt, waarin gedetailleerde aanwijzingen staan voor de kartografische bewerkingen. In de praktijk is ons gebleken dat het werken met zo'n schema bijzondere voordelen heeft, namelijk: 1. Er ontstaat een duidelijk inzicht in de omvang van het werk. 2Een tijdschatting is redelijk goed te maken en kan vergeleken worden met de werkelijke voortgang van het werk. 3Meerdere opdrachten kunnen door elkaar behandeld wordende kans op verwarring is uitgesloten 4Er zijn geen toelichtingen meer nodig bij de originelen 5Noodzakelijke afwijkingen van het schema kunnen zelfs telefonisch worden besproken 6Bij waarneming door een plaatsvervanger is er geen stagnatie door onbekendheid met reeds gemaakte af Spraken 7Door de inspraak en de overzichtelijkheid ontstaat een prettige werksfeer 8Bij herdruk van de kaart is snel te bepalen op welke originelen korrekties kunnen worden uitgevoerd 9Met het schema blijft het originelenarchief goed toegankelijk Het werken met een dergelijk schema wordt bij de afdeling Landmeten en Kartografie van de Dienst der Pu- blieke Werken Amsterdam al ongeveer 6 jaar toegepast, maar is de laatste tijd verbeterd en regel geworden bij veelkleurige kaarten. Daarom leek het ons interessant om u hiervan op de hoogte te stellen. 24 KB 33

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kaartbulletin | 1973 | | pagina 26