Marsigli, Wiens werk in Nederland werd uitgegeven, verscheen in 1730 de bekende kaart van de Beneden- merwede door de nederiandse waterbouwkundige Cruquius. Van hieraf hoeven we de ontwikkeling van de dieptelijn als hulpmiddel bij de navigatie niet verder te volgen, want hij had nu om zo te zeggen de meerder- jarigheid bereikt. Met het werk van Philippe Buache maakte de dieptelijn zijn entree in het gebied van de kleinschalige temakartografieIn 1737 kon hij zijn ontwerpkaart van het Kanaal voorleggen aan de Acadömie royale, al werd de eigenlijke kaart pas in 1752 in het licht gegeven. De tijd was rijp, kartografisch gespro- ken, voor het opstijgen van de dieptelijn uit zee, teneinde (zoals de Dainville het zo alleraardigst zegt) als een tweede Afrodite uit zee te verrijzen, het Strand te betreden en een land-hoogtelijn te worden. De hoogtelijn Hoewel het beginsel van de isohypse, de hoogtelijn dus, terdege bekend was, ontbraken vrijwel alle hoogte- gegevens en duurde het tot 1777 voor een jonge franse luitenant, Meusnier, in ernst het voorstel deed de vormen van het landoppervlak weer te geven met wat we nu hoogtelijnen noemen. Het nauw verwante voor stel van du Carla, in 1782 in een tweede uitgave van zijn pamflet door Dupain-Triel uitgewerkt, was vrijwel voor gebruik gereed. Dupain-Triel publiceerde in 1791 een kaart van Frankrijk met hoogtelijnen, ruwe uiteraard, maar niettemin de eerste poging op kleine schaal om de hoogtelijn als kaartsymbool aan te wen den. Omstreeks de eeuwwisseling ging de franse genieofficier Haxo ertoe Over zijn waterpassing van het terrein voor een nieuw te bouwen vestingwerk in Italie in kaart te brengen met behulp van hoogtelijnen met een interval van 2 meter. In 1810 begonnen franse geografen-genieofficieren onder leiding van de kapitein Clerc aan de vervaardiging van een reeks gedetailleerde hoogtelijnkaarten, en van toen af zou de hoogtelijn als topografisch kaartsymbool niet meer verdwijnen (7). De hoogtelijn moest nu alleen nog van de grootschalige topografische kaarten worden overgeplant naar de kleinschalige tematische. Weliswaar had Dupain-Triel dit in 1791 geprobeerd, maar zonder veel resultaat door het tekort aan meetgegevensIn 1824 maakten de denen O.N.Olsen en J.H. Bredsdorff, aangemoedigd door een prijsvraag van het Parijse aardrijkskundig genootschap (8) een manuskript-reliefkaart van Europa met berg-arcering, op een schaal van ongeveer een op zeseneenhalf miljoen (9). In de herziene uitgave van 1833, door Olsen alleen, zijn echter tamelijk fijnvormige hoogtelijnen getekend (10). De kaart van Olsen en Bredsdorff diende als voorbeeld voor de kaart van de grote gebergtestelsels van Europa in de vermaarde Physikalischer Atlas van Berghaus van 1842 en Johnston's Physical atlas van 1848. Ongetwij- feld had, omstreeks de middendertiger jaren van de negentiende eeuw, de hoogtelijn een ruime bekendheid als grootschalig hulpmiddel voor geografische- en topografische kaarten en als kleinschalig symbool voor tematische kaarten. Isometrische lijnen en het aardmagnetisch veld Bij onze speurtocht naar de afstamming van de isopleet moeten we nu overstappen naar een andere tak van de stamboom van het geslacht der isolijnen, met name naar die isometrische lijnen die gebruikt worden voor de uitbeelding van verspreidingen van meetgegevens en relaties op het terrein van het aardmagnetisch veld. De vroegste vermelding van een dergelijk gebruik van isometrische lijnen betreft een kaart die door de spanjaard Santa Cruz in de jaren 1530 gemaakt zou zijn, maar de eerste mens die in dit verband duidelijk isolijnen gebruikt heeft, is volgens de kenners de italiaanse jezuiet Christoforo Borri. Zijn manuskriptkaart is blijkbaar niet bewaard gebleven, maar Kircher verwijst ernaar in de verschillende edities van zijn boek over magnetische verschijnselen (11). Waarschijnlijk als gevolg van Kircher's publikaties heeft Edmund Halley als eerste een tematische kaart gemaakt en gepubliceerd (die in de zeenavigatie gebruikt werd) waar- in zgn, isogonen voorkwamen: lijnen van gelijke magnetische afwijking (12). 8 KB 34

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kaartbulletin | 1973 | | pagina 10