een aantal figuren zoals men ze onder het Indonesisch personeel van de Topografische Dienst geheel mist, doch ook de ervaring die wij persoonlijk aan het ITC opdeden met officieren enerzijds van de Top. Dienst, anderzijds van de Survey of India, toonde ons duidelijk het verschil in achtergrond en kennis van mensen, die in beide gevallen geacht werden over een ervaring van enke- le jaren te beschikken. Indien dit een verschijnsel is, dat ook op andere gebieden waarneembaar is, en zulks schijnt wel zo te zijn, dan heeft dit mij althans geleerd iets bescheidener te denken over het koloniserend vermögen van de Nederlanders dan ik zulks in een vroegere fase van mijn leven wel heb ge- daan. Dit betekent natuurlijk niet dat in de Survey of India het Engel se element in het geheel niet gemist zou worden. Het betekent echter wel, dat ik de indruk heb gekregen, dat India bezig is de lacune die is ontstaan binnen betrekkelijk körte tijd vrij behoor- lijk op te vullen. Met betrekking tot Pakistan, waar men uiter- aard eveneens een basis heeft in de voormalige Survey of India, moet helaas gezegd worden dat menhier de grote moeilijkheden als gevolg van de deling der vroegere kolonie nog niet te boven is. Men moet bedenken, dat het hoofdbureau van de Survey of India al voor de oorlog in Dehra Dun lag en dat dit bij de onaf- hankelijkheidsverklaring van Pakistan werd afgesneden. Thans is men bezig met nieuwbouw van het hoofdkwartier van de Sur vey of Pakistan in Rawalpindi, een plaats die in de winter een uitstekend klimaat heeft en waar de hitte van de zomer voor zo- ver noodzakelijk door airconditioning kan worden bestreden Deze techniek maakt de oude Engelse methode van zomer- en winterkwartieren voor de diensten gelukkig overbodig. Ik heb de indruk dat ook t. a. v. de personele bezetting Pakistan er wat zwakker afgekomen is dan India. Indien ik deze opmerking maak, dient men zieh wel te blijven realiseren dat de klassieke terrestrische dienst van Pakistan nog altijd van een zodanige geaardheid is dat de omliggende islamitische landen met grote voorliefde personeel voor een langdurige training naar Pakistan zenden, en graag personeel aantrekken uit dit land. De traditie met betrekking tot de klassieke methoden uit de Survey of India heeft dus ook in Pakistan nog grote betekenis. Verder is ook bij de topografische dienst de deling in Oost- en West-Pakistan zeer duidelijk voelbaar, vooral ten aanzien van de voorziening van beide bureaus met leidende figuren. De derde erfgenaam van de Survey of India vindt men inRangoon. Met de onafhankelijkheid van Birma is het bureau van de Survey 11

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1958 | | pagina 17