315
zönegrens immers in het midden van het blad valt, behoeft nu slechts per zönegrens een
kaartenstrook, van boven elkaar liggende bladen, voorzien te worden van twee netten.
Oppervlakkig beschouwd zou het praktisch lijken om de hiervoren vermelde lay-out
eveneens in de U.T.M.-projektie uit te leggen. Wanneer de lay-out zieh echter over meer
dan een Zone uitstrekt is dit onmogelijk aangezien iedere zone zijn eigen coördinatennet
heeft. Voor de lay-out is, zoals reeds vermeld, de Mercator-projektie gekozen.
Het druktechnische deel van de kaartering.
Van genoemde astralons, en tevens van de rasterfilm van de hoogtevoorstelling, wor
den nu copieen, d.w.z. drukvormen, op zink vervaardigd.
Door middel van een proefpers wordt een drukproef in kleuren getrokken. Deze
proef wordt door de kartograaf nauwkeurig gekontroleerd. Zijn de aan te brengen kor-
rekties zeer gering dan worden deze door een lithograaf op het betreffende drukzink
aangebracht, zijn zij van meer ingrijpende aard dan moeten de korrekties op het be-
trokken astralon worden aangebracht, waarna een nieuw drukzink moet worden vervaar
digd. Zijn de korrekties uitgevoerd dan kan tot afdrukken van de oplage worden over-
gegaan.
Van iedere kaart wordt slechts een klein aantal afgedrukt met namen. Een met namen
afgedrukt exemplaar (een z.g. voorlopig exemplaar) wordt, via het Ministerie van Zaken
Overzee, aan de Gouverneur ter distributie onder de betreffende residenten en overige
ambtenaren van het Bestuur toegezonden met het verzoek de noodzakelijk geachte wij-
zigingen in namen aan te brengen. Deze opgave van wij zigingen wordt dan naar de
Topografische Dienst gezonden om in de oplage als definitieve uitgave te worden ver
werkt. Om dit technisch mogelijk te maken wordt het bedrukte papier niet afgesneden,
zodat de exemplaren nogmaals in de drukpers gelegd kunnen worden voor het drukken
van de namen.
De vervaardiging van luchtopnamen van de Meervlakte.
Door de bekend siechte klimatologische omstandigheden in dit gebied is het voor de
K.L.M. moeilijk de luchtopnamen snel te vervaardigen. Globaal gesproken kan worden
vastgesteld, dat het westelijk deel van de Meervlakte gereed is, terwijl van het oostelijk
deel slechts een enkele vliegstrook is opgenomen.
Stand van de kaartering.
Zoals uit de bladwijzer blijkt is de kaartering op de schaal 1 100 000 voltooid voor
het gehele gebied uitgezonderd het gedeelte Meervlakte en aangrenzende kaartbladen.
In verband met de aansluiting aan het Meervlaktegebied kunnen deze aangrenzende
bladen eerst dan worden uitgegeven wanneer de Meervlakte is gekaarteerd.
Van een in bewerking zijnde voorlopige kaartserie op de schaal 1 1 000 000 7 kunnen
voorshands, i.v.m. de kaartering van de Meervlakte, alleen blad 1 'Vogelkop' en blad 3
'Merauke' worden gemaakt. Blad 3 is als proefdruk ter controle van de namen in Neder-
lands Nieuw-Guinea, blad I zal medio 1959 in proefdruk verschijnen.
Omtrent te nemen maatregelen voor grootschalige topografische kaarteringen wordt
overleg gepleegd.
En tenslotte nog iets over de grens tussen Nederlands- en Australisch Nieuw-Guinea.
7 Deze kaartering is in Mercator-projektie; voor deze kleine schaal geeft de U.T.M.-projektie bij
de zöne-grenzen geen aaneensluitend kaartbeeld.