419 is o.a. tegemoet gekomen aan een van de bezwaren van Prof. Pannekoek, nl. teveel bijschriften bij de Symbolen; deze hebben nu praktisch geen bijschriften meer. De militaire indeling der kaarten in schalen is: 1 25 000 artilleriekaart, 1 50 000 en 1 100 000 tactische kaarten, 1 250 000 en 1 500 000 strategische kaarten. Om met de eerstgenoemde te beginnen moet ik U verteilen dat deze schaal niet de eerste geweest is; dat was nl. de kaart 1 50 000. Toen, mede als gevolg van de snel aangroeiende bevolking, waardoor een sterkere topografische detaillering ontstond, de 1 50 000 te druk dreigde te worden, werd de schaal 1 25 000 gekozen, terwijl tevens de 1 50 000 gegeneraliseerd moest worden. De schaal 1 25 000 werd gekozen, omdat die schaal nog juist groot genoeg was om alle details van het terrein in de juiste ver- houdingen weer te geven, waarbij de duidelijkheid, volledigheid en leesbaarheid van de op de kaart voorkomende tekens en aanduidingen, als weergave van de af te beeiden en voor te stellen terreinvoorwerpen vooropstond. Op de 1:50 000 worden de huizen en slqten niet rood en blauw voorgesteld, maar zwart, doch verder is de kaart qua weergave van het terrein, na de vereenvoudiging, gelijk aan de 1 25 000. De 1 100 000 geeft geen onderscheid meer tussen bouw- en weiland en naald- en loofhout en er is een verregaande generalisatie doorgevoerd. Op modellen van de be- trokken 1 50 000 bladen wordt door de kartograaf aangegeven wat overgenomen moet worden, waarbij natuurlijk zoveel mogelijk getracht moet worden het karakter van het terrein te behouden. Zoals Ir Koeman in zijn beschouwing over de 1 100 000 in het T.A.G. terecht opmerkt 2; is het duinrelief hetzelfde dat voor de stafkaart gebruikt is, maar inderdaad liet de schaal dit nog toe. Dat dit gebeurd is, was ook een gevolg van het spoedeisende karakter van deze kaartering; er moesten wel enkele concessies gedaan worden daar deze kaart binnen twee jaar gereed moest zijn. Dat er nog enig bezwaar bestaat tegen het schrift is ons bekend. Momenteel wordt hard gewerkt aan de verdere verbetering van het schrift in het algemeen. Gezien de financiele konsekwenties daarvan mögen we op körte termijn nog geen drastische wijzigingen verwachten. Da wegenverkeerskaart 1 200 000, die eveneens in een zeer kort tijdsbestek ter tafel moest worden gebracht, omdat daar voor de militairen behoefte aan bestond, is afgeleid van de 1:50 000 en heeft absoluut het karakter van een wegenkaart. Naar onze eigen mening moet aan deze kaart, die slechts kort in de roulering is gebleven, verbetering worden aangebracht, speciaal wat de wegenklassificatie betreft. Mocht deze kaart t.z.t voor een herziening in aanmerking komen, dan zal daar zeer zeker rekening mee ge- houden worden. De kaart 1 250 000 is in de eerste uitgave als zuiver militaire kaart niet door de Topografische Dienst vervaardigd; bij een eventuele tweede herziene uitgave wordt het pas het werk van onze Dienst. Daarbij kan dan gelijk beschouwd worden of van civiele zijde behoefte aan een dergelijke kaart bestaat. Als basis voor de eerste uitgave heeft de oude 1 200 000 gediend. Deze was als basiskaart al te overladen en naar mijn mening heeft men niet voldoende vereenvoudigd. Dat de 1 200 000 zo overladen was is een gevolg van het feit, dat deze kaart in 1868 vervaardigd moest worden, niet om aan een militaire behoefte te voldoen, maar omdat men behoefte had aan een topografische atlas, waarvan de kaarten moesten dienen als grondslag voor de geologische kaart van Ne- derland. Aan de kaart 1 500 000 wordt momenteel gewerkt. De verdeling der werkzaamheden is zo, dat Nederland slechts een blad te verzorgen heeft. Om de aansluiting met het 2 T.A.G. 1958, p. 376.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1959 | | pagina 5