136 en dichtheid van bevolking gekozen, of tenminste enige van deze, soms ook talen. Voorlopig betreft het nog slechts een aantal landen; de andere zullen wel volgen. De kaartjes zijn helder en overzichtelijk, maar bij sommige verlangt men wel naar een meerkleurig beeld. Na deze vernieuwde bladen moet vooral de aandacht worden gevestigd op enige nieuw toegevoegde bladen die een grote aanwinst vormen. Deze toevoegingen waren, zonder de omvang te vergroten, mogelijk doordat Indonesie thans minder plaats in- neemt in de atlas. De nieuwe bladen zijn in de eerste plaats de wereldkaarten van de klimaten (naar Koppen), de vegetatie, de rassen (naar von Eickstedt) en de versprei- ding van de bevolking (volgens de stippen-methode)waarbij ook de intercontinentale migratiebanen zijn weergegeven. Het zijn zeer fraai uitgevoerde kaarten met een aan- gename kleurenkeuze (in een enkele geval wel eens te weinig contrastrijk). Tenslotte heeft ook een half blad met twee fragmenten van topografische kaarten (helaas zonder legenda) zijn intrede gedaan in de atlas, maar dit is uiteraard nog te weinig; zij doen slechts het verlangen opkomen naar een groter aantal kaartfragmenten van landschaps- typen en nederzettingen. Behalve deze geheel nieuwe bladen zijn op bestaande kaarten hier en daar nieuwe bijkaartjes opgenomen: bv. een tektonisch wereldkaartje (jammer dat de alpiene plooi- ketens wat te bleek zijn uitgevallen), een verziltingskaartje van Nederland, in zwart- wit de deltawerken, de Europoort etc.. Verder zijn bestaande bijkaartjes door andere vervangen, bv. de dichtheid van bevolking van Nederland, thans per economisch-geo- grafisch gebied met uitsluiting van de grote Steden die apart zijn aangegeven: een interessant experiment dat toch nog niet geheel voldoet; op het kaartje van het Ruhr- gebied is nu de omtrek van de bebouwde oppervlakte aangegeven, maar het blijft nog wat mager van inhoud. Een andere vernieuwing in de uitvoering acht ik minder gelukkig: waar van een gebied een oro-hydrografische kaart ook een staatkundige wordt gegeven is op de laatste vaak het relief weggelaten (Europa, Midden-Europa, Sovjet-Unie, Afrika, Zuid- Amerika). Dit heeft het nadeel dat men nu nog maar met grote moeite kan vinden of een bepaalde grens over of juist naast een bergketen loopt (zie bv. Chili), of een plaats aan de voet van een gebergte ligt of er midden in (Alma-Ata), of een bergtop aan de ene of de andere kant van een grens ligt (Brocken, Kilimanjaro). Tot de grote Verdiensten van de Bos' atlas hebben altijd behoord: accuratesse en actua- liteit. Het behoeft nauwelijks gezegd te worden dat de nieuwe druk deze traditie voort- zet. Zo zijn de zeedieptes op de wereldkaart geheel bijgewerkt (jammer is het drukfoutje in de Caribische Zee), het läge deel van ons land vertoont een ander beeld op de nieuw getekende hoogtekaart, men treft de routes aan van de Nautilus en van Fuchs, de Mali-federatie, een onafhankelijk Guinea, om er slechts enkele te noemen (ik mis nog - de nieuwe hoofdspoorweg naar La Coruna over Zamora). AI blijven er dus nog tal van desiderata en mogelijkheden tot verbetering, er blijkt uit deze 40e druk een wil tot ingrijpende vernieuwing. De omstandigheid dat er nu een ernstige mededinger op de markt is möge een Stimulans zijn om krachtig op deze weg door te gaan. A. J. Pannekoek Didactische aspecten. Naast ons ligt hier de lle druk van de Bos Atlas, versehenen in 1893; het moet ons bij het beschouwen van de oudere drukken van het hart, dat de bewerkers vöör 1959 zeker respect verdienen, voor wat zij gedaan hebben. Een grote vooruitgang evenwel kwam bij deze 40ste druk. Wij hebben dit werk in bespreking gebracht op een bijeen-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1960 | | pagina 5