punt van de zig-zag lijn. Op de figuren 11 A en B is het patroon van een dergelijke
kam met zijruggen door stippellijnen weergegeven. Dit patroon geldt echter alleen als
de zijravijntjes rechts en links met elkaar afwisselen; liggen ze juist tegenover elkaar,
bv. in een strook van zacht gesteente, dan wordt de kam aan weerskanten even sterk aan-
gesneden en dus wel verlaagd, maar niet opzij gedrongen.
Brede dalen van grotere rivieren hebben een afwijkend hoogtelijnen-patroon. Zodra
zo'n rivier kronkels (meanders) maakt, die een grotere straal hebben naarmate de rivier
groter is, schuurt de rivier de buitenbocht sterker uit dan de binnenbocht. De hellingen
aan de buitenbochten zijn dan ook steil en de hoogtelijnen volgen op de kaart de con-
cave omtrek van de kronkel, terwijl de binnenbochten een zeer flauwe helling vertonen
met ver uiteenliggende hoogtelijnen (fig. 11 C). Bij kaarten op kleinere schalen is dit
beeld natuurlijk alleen nog maar te zien bij de grootste rivieren die de wijdste bochten
hebben (fig. 11 D van de beneden-Seine).
L
320
A B C D
Fig. 11. A: Sterk versneden relief (Frankrijk 1:50 000). B: Ideni, gegeneraliseerd (Zwitserland
1 500 000). C: Meanderend rivierdal (Frankrijk 1 200 000). D: Idem, gegeneraliseerd (Seine-dal
1:1 000 000).
A: Strongly dissected relief (France 1 50 000). B: The same, generalized (Switzerland 1 500 000).
C: Meandering valley (France 1 200 000). D: The same, generalized (France 1 1 000 000).
2U
-A-
D
C
6
A
Fig. 12. A: Horizontale resistente laag (Frankrijk 1 50 000). B: Idem, gegeneraliseerd (Frankrijk
1:2 000 000). C: Twee hellende resistente lagen (cuesta's, Frankrijk 1:50 000). D: Hellende
resistente laag (cuesta), gegeneraliseerd (Engeland 1 2 000 000).
A: Horizontal resistant layer (France 1 50 000). B: The same, generalized (France 1 2 000 000).
C: Two cuesta's (France 1:50 000). D: Cuesta, generalized (England 1:2000000).