314
In fig. 4 is een gefingeerd voorbeeld gegeven van een heuvel met een vlak terras dat
door een steile wand wordt begrensd. De gebruikte hoogtelijnen liggen toevallig 20 dat
de kaart hier niets van laat 2ien en een schijnbaar gelijkmatige helling simuleert (fig.
4 B). Lagen de hoogtelijnen er juist tussenin dan 2ou de trapvormige bouw duidelijk
spreken; het2elfde kan worden bereikt met gestippelde tussenhoogtelijnen op halve
hoogte tussen de normale (fig. 4 C).
7/7/777
Juist voor een laagland als Nederland speelt dit toeval een grote rol. In een polder-
gebied omstreeks 2eeniveau 2ien we soms een 2inloos kronkelen van de 0-meter hoogte-
lijn (fig. 3 D) daar het terrein op de ene plaats een paar dm onder en op de andere
plaats een paar dm boven de 2eespiegel ligt. Bij et generaliseren moet getracht worden
hiervan grotere eenheden te maken daar de2e vele kronkels door de uiterst kleine toe-
vallige hoogteverschillen 2onder betekenis 2ijn.
Het komt 00k vaak voor dat een terreinvorm, bv. een flauwe rüg niet goed op de
kaart tot uiting komt omdat van de gebruikte hoogtelijnen de ene te laag ligt en de
andere te hoog, 2odat de rüg er juist niet, of alleen op het hoogste topje door wordt
gesneden (fig. 5 A en C). In de2e gevallen is het nodig op die plaats een gestippelde
tussen-hoogtelijn op halve hoogte in te voegen die de terreinvorm ineens duidelijk om-
grenst (fig. 5 B en D).
Tussen-hoogtelijnen worden op verscheiden topografische kaarten gebruikt, 2eer over-
320
300
280
Fig. 4. Trapvormig relief komt niet tot uiting in de gegeven hoogtelijnen (B), wel in tussenhoogte
lijnen (C).
Terraced relief is not shown by given main contours (B), but only by supplemental contours (C).