108 toepassen van de officiele taal, tot zelfs voor gebergten en zeeen toe (op de kaart van Grieken- land heet b.v. de Middellandse Zee Mesögeios Thälassa), is deze atlas ook weer uniek. Er is slechts een uitzondering op: in de tot 1945 tot Duitsland behorende delen van het tegen- woordige Polen zijn uitsluitend de Duitse namen gebruikt (met alleen voor de grootste plaatsen het Poolse synoniem tussen haakjes), waarbij men zieh uitdrukkelijk beroept op een bepaling van de overeenkomst van Potsdam. AI is het begrijpelijk dat de Duitsers zieh hieraan vastklampen (het is al een heel ding dat de Oder-Neisse grens er als officiele grens op Staat, hoewel met een dünnere lijn ook de oude grens), voor de niet Duitse parallel-uitgaven had toch de Poolse naam voorop moeten staan, met de bij ons vaak nog bekende Duitse namen tussen haakjes 2. Nu dan de waarde van deze atlas als opzoekatlas. In dit opzicht vormt het werk uitdrukkelijk een tegenstelling tot die atlassen die een gehele documentatie geven over land en volk door middel van thematische kaarten (klimaat, vegetatie, dichtheid van bevolking, economie, verkeer enz.). Hier niets van dat alles (behoudens een economische wereldkaart), de kaarten zijn geheel beperkt tot de topografie, met zoveel mogelijk namen als voor de duidelijkheid toelaatbaar is. De atlas kan dan ook gebruikt worden naast andere, die wel een geografische documentatie geven of naast onze voortreffelijke schoolatlassen. Als opzoekatlas behoort de Grote Wereldatlas tot de „middelgrote" atlassen. Het handige formaat en de gebruikte schalen zijn kleiner dan bij de werkelijk zeer grote atlassen zoals de oude Stieler, de 5-delige Times, de T.C.I. of de Mira. Blijkens het register met zijn 130 000 namen (waaronder vrijwat synoniemen) bevat de nieuwe atlas meer dan de helft van het aantal namen van de genoemde zeer grote kaartwerken, en dat voor een vele malen lagere prijs. Het is verbluffend hoeveel plaatsnamen (het aantal riviernamen is veel beperkter) men heeft kunnen opnemen zonder het mooie kaartbeeld noemenswaard te stören en zonder dat de kaart een grauwe letterpuree wordt (op enkele stukjes na, bv. om Londen en Parijs en in enige industriegebieden) Dit is bereikt door een klein lettertype te kiezen, zodat velen bij het gebruik een vergrootglas nodig zullen hebben, maar dat is bij een atlas als de Stieler ook het geval. Een groot voordeel is dat de atlas geheel nieuw uit oorspronkelijke bronnen is samengesteld. Daarom vindt men hier dan ook niet (wat vaak wel het geval is met bijgewerkte herdrukken van oudere atlassen) dat allerlei reeds lang verdwenen of onbelangrijk geworden zaken nog steeds op de kaarten voorkomen. De keuze van de plaatsen etc. is met grote zorg gebeurd en over 't alge- meen ook zeer verantwoord, vooral omdat men naast officiele publicaties en statistieken ook ken- ners van bepaalde landen heeft geraadpleegd. Hoogstens zou men de opmerking kunnen maken dat enkele plaatsen, die weliswaar klein zijn maar een toeristische attractie vormen, op de kaarten zelf wel eens ontbreken (Lascaux, Font-Romeu, Juan-les-Pins, Santillana del Mar, Pera- diniya), al zijn ze dan wel vaak in het register te vinden met vermelding hoever en in welke richting ze ten opzichte van een op de kaart voorkomende plaats liggen. En verder dat er in vergelijking met het wegenstelsel wel erg veel spoorwegen zijn opgenomen, vaak van slechts zeer locaal belang. Er zijn slechts weinig schalen gebruikt (1 2V2, 1 5 en 1 15 miljoen) zodat de kaarten onder- ling goed vergelijkbaar zijn. Voor Europa (behalve Rusland) is dit 1 21/2 milj., een schaal die voor de ons omringende landen wel wat klein is, slechts weinig groter dan die van Bos Schoolatlas, al is de inhoud uiteraard onvergelijkelijk veel rijker. Het grootste deel van Europees Rusland is op 1 5 miljoen, met twee stukken op de dubbele schaal. Van de overige werelddelen zijn geselecteerde delen afgebeeld op 1 5 miljoen: Oost-, Zuid- en Voor-Azie, de Ver. Staten (in 4 prachtige bladen), en enkele stukken van Afrika en Zuid- Amerika; het'overige is op 1 15 miljoen. Graag hadden we, vooral nu de laatstgenoemde schaal zo klein is, nog een paar meer gedeelten op 1 5 miljoen gezien: Z.O.-Australie met Nieuw- Zeeland, West-Indie met aangrenzend Midden- en Zuid-Amerika (zelfs de Bos' atlas heeft hier- voor een iets grotere schaal), de industriegebieden van de zuidelijke Oeral en Z.-Siberie, mogelijk ook delen van O.-Afrika en Canada, al zou hierdoor de omvang (en daarmee de prijs) iets meer zijn geworden. Misschien kan een volgende druk aan deze wens tegemoet komen. Voor de Nederlandse editie zijn vier kaarten toegevoegd aan de standaarduitvoering: de Benelux (op te kleine schaal), Zwitserland en het Ruhrgebied. Om een fraai kaartbeeld te verkrijgen heeft men, op enkele uitzonderingen na, afgezien van het gebruik van bijkaartjes. Daardoor komen er geen omgevingskaartjes van grote Steden in voor, wat sommige gebruikers misschien wel als een gemis zullen voelen. Niet alleen omdat zij wel 2 Op een klein talenkaartje vindt men het Duits zelfs nog tot aan de oude grens uitgebreid, wat bepaald niet met de werkelijkheid overeenkomt. Veel erger is wat een andere Nederlandse uitgever overkwam, die een klein Duits zakatlasje in licentie uitgaf: Duitsland bleek hierin nog geheel de grenzen van 1937 te hebben, alsof er sindsdien niets is gebeurd. Dit heeft hem niet verhinderd het atlasje toch op de Nederlandse markt te brengen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1962 | | pagina 18