Hurault, L., La Cartographie par Photogrammetrie Aerienne. 112 tekenaars moeilijkheden te hebben. Spanje en Portugal; de Portugese grens heeft een smallere violette band dan de Spaanse grens met Frankrijk. De titel van de kaart is niet Spanje, maar Spanje en Portugal. Iets dergelijks vertoont de kaart van Belgie en Luxemburg. In het algemeen is er te weinig aandacht aan besteed, dat het lijnwerk en de kleurenbegrenzing van eenzelfde gebied op de verschillende kaarten, welke toch deel uitmaken van een serie, vol- komen met elkaar moeten overeenstemmen. Men vergelijke b.v. de tekening van het Rhone-Rijn- kanaal ter weerszijden van Mulhouse, vooral wat de richting ervan betreft, op de kaarten van Frankrijk en Italic met de tekening ervan op de op grotere schaal getekende kaart van Zwitserland. Bovendien verdient het Canal lateral op de laatste kaart verbetering inzake de beide eindpunten en het trace; zie b.v. Deutsche Generalkarte 1 200 000, Blatt 24. Verder lijkt het mij wenselijk dat een meer, voor zover het geen maar of een ander soort vul kanisch meer zonder bovengrondse afvloeiing is, niet zonder binnen- en uitstromende rivier mag worden getekend. Yoorbeelden vindt men op de kaarten van Frankrijk en Italie, vooral in de ge- bieden buiten deze staten. Van de passen zouden de hoogten vermeld kunnen worden. De kaarten lijken mij met haar frisse kleuren door inhoud en uitvoering zeer geschikt voor het L.O. en het U.L.O.. J. SCHOKKENKAMP The Prentice-Hall World Atlas. Edited by Joseph E. Williams. Third printing 1959. Prentice-Hall Inc. Englewood Cliffs New Jersey. (Tot onze spijt was het slot van de recensie van The Prentice Hall World Atlas in de oktober- atlevering 1961 weggevallen. Onderstaand stukje is het vervolg van p. 438). Het spreekt vanzelf, dat in de Amerikaanse uitgave niet alleen de volgorde van de kaarten een andere is maar ook, dat voor Noord-Amerika/Verenigde Staten een grote plaats is ingeruimd 26 bladzijden, waarvan 10 blz. voor de kaart 1 5 000 000. Het uiterlijk van de kaarten is door de andere uitgaven overbekend; de keuze van de kleuren van de thematische kaarten zal iedereen bevredigen, evenals die van de oro-hydrografische uitvoering van de kaarten, welke als basis voor C 0 .?r*en dienen. Het relief komt door middel van een schaduwdoezeling met 'hoogte'lijnen goed tot zijn recht, waarbij men zieh echter kan afvragen of längs elke 'hoogte'lijn een schaduw- randje getekend mag worden. Ik meen dat het Instituut Holzel hiermede te ver gaat. Dat de atlas in de Verenigde Staten in een behoefte voorziet blijkt wel uit het feit dat reeds een derde druk versehenen is. Degene die enigszins met de particuliere school- en wegenkaarten daar bekend is, behoeft dat overigens tenminste met Europese ogen bekeken, niet te verwonderen. Niet- tegenstaande voor een groot deel dezelfde kaarten in de verschillende uitgaven voorkomen, schijnt aan het oppertoezicht op de kaarten nog wel wat te haperen. Wat te zeggen van het feit, dat in de genoemde atlas op de kaart van Frankrijk, bl. 63, de Gelders(ch)e IJs(s)el in de buurt van Munster entspringt, dat de Noord ontbreekt evenals het Twent(h)e kanaal, het Amsterdam-Rijn- kanaal, het Juliana- en Albertkanaal; de spoorlijn Amsterdam-'sGravenhage-Rotterdam, behorende tot de lijn Amsterdam-Brussel-Parijs en verder, schijnt van geen belang te zijn. Wat beter komt Nederland er af op bl. 64/65, Central Europe, maar de eerste twee van de genoemde kanalen ontbreken ook hier. Dit is echter niet het geval in de Nederlandse uitgave. Niet dat genoemde fouten voor de Amerikaanse leerling van groot belang zijn, maar er blijkt uit, dat de uitgevers van de verschillende uitgaven blijkbaar onvoldoende kennis nemen van elkanders werk en dat bij het Instituut Holzel de coördinatie nog niet volmaakt is. J. Schokkenkamp Institut du Transport Aerien, Paris, zonder jaartal (1958). 20,8x26,9 cm, 86 pp. 19 buiten- tekstplaten, waarvan 8 kaartfragmenten in kleuren; benevens een bibliographie. A guide to the compilation and revision of maps. Department of the Army. Technical Manual 5-240. Washington D.C. 1955. 20x26 cm, 167 pp., 144 fig. en een verklärende woordenlijst. Het is moeilijk in een kort bestek de inhoud van deze geschriften weer te geven. Zij vullen el- kaar aan. Het eerste houdt zieh meer bezig met de vervaardiging van de topografische kaart als geheel, het tweede, zoals uit de titel en uit de inhoudsopgave blijkt meer met het bijhouden van kaartbladen, waarbij een groot aantal instruetieve tekeningen de gebruiker wegwijs maakt. Voor degenen, die foto s in bestaande kaarten op verschillende wijze moeten verwerken, al naar het ont- vangen materiaal, zal deze Amerikaanse handleiding van groot nut zijn.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1962 | | pagina 22