MEDEDELINGEN
304
Over recente uitbreidingen. De kaart is in zwart en blauw-grijs uitgevoerd en geeft o.a.
het hele Noordzeekanaal met de haven van IJmuiden weer.
In het voorafgaande is een enigszins beknopt overzicht, van wat dus in de titel van
dit artikel „de kaart van Amsterdam" wordt genoemd, gegeven.
Deze kaart van Amsterdam in de verschillende schalen omvat thans meer dan 300
bladen en zal in de toekomst naar een groter aantal moeten groeien.
Alleen al de bijhouding en het op gezette tijden drukklaar maken van het bestaande
kaartmateriaal is een zeer omvangrijke taak, waar met de thans beschikbare middelen
niet volledig aan kan worden voldaan. Vooral de kaarten 1 5000 en 1 2500 zijn
hierdoor zeer achterop geraakt.
Om aan deze tekortkoming een einde te maken is een ingrijpende vereenvoudiging en
een meer consequente toepassing van moderne reproductiemethoden nodig. Dit klemt
te meer als men bedenkt, dat de stadsuitbreidingen een voortdurende aanmaak van ge-
heel nieuwe kaarten vereisen. Dit soort zorgen is in deze tijd evenwel zo algemeen, dat
niemand hiervan meer onder de indruk komt. En veel ervan wordt vergoed door het
genoegen, dat de kaartenmakers elke keer weer beleven aan het in druk verschijnen van
een nieuw blad van de kaart van Amsterdam.
VERSLAG VAN DE STUDIEDAGEN 1962
Voor de vierde maal in haar bestaan werden van 9-12 april de studiedagen van de Kartogra-
fische Sectie gehouden. De plaats van samenkomst was, evenals het vorige jaar, het Evert Kupers-
oord te Amersfoort. Het onderwerp was: Kaartschrijt en Kaartbelettering. Evenals het vorige jaar
werden ook ditmaal de studiedagen weer een succes. Dit bleek vooral uit de inspanning tijdens de
oefeningen en de open discussies. De expositie tijdens de studiedagen in het Evert Kupersoord
over kaarten en ander materiaal betrekking hebbende op kaartschrift en belettering vormde samen
met de voordrachten en oefeningen een afgerond geheel. Op de eerste avond van de studiedagen
werd de algemene ledenvergadering gehouden. Dit tijdstip was goed gekozen, daar er nu een groot
aantal leden op de vergadering aanwezig kon zijn.
Op 10 april hield Prof. dr. G. W. Ovink een voordracht over het onderwerp: „Leesbaarheid en
schoonheid van letters in het bijzonder voor de Kartografie". Spreker gaf een historisch overzicht
over het ontstaan van verschillende lettertypen. Verder behandelde hij de voor- en nadelen van de
schillende lettersoorten. Om 11.30 uur volgde een inleidende voordracht van de Heer G. Pöhl-
mann over: „De voor- en nadelen van de verschillende technieken". Spreker vergeleek de door
de hand van de kartograaf gecreeerde schriftnamen met de 'mechanische' belettering. In de na-
middag zette hij zijn voordrachten voort. De onderwerpen waren: „Schrift en Kaart" en „Het
plaatsen der namen in de kaart". Dit tweede onderwerp werd door hem aan de hand van licht
beeiden zeer uitgebreid behandeld, zodat er eigenlijk wel iets te veel van de toehoorders gevraagd
werd. Desalniettemin moet men bewondering hebben voor de enorme hoeveelheid werk die voor
het bijeenbrengen van deze verzameüng dia's nodig is geweest.
De tweede dag, 11 april, werd geheel in beslag genomen door de oefeningen onder leiding van
de heer Pöhlmann. De verschillende oefeningen waren zeer goed gekozen, vooral het kaartje van
de U.S.A., een oefening die voor velen zeer leerzaam was. Op deze dag ontstonden zeer vele ge-
dachtenwisselingen tussen de heer Pöhlmann en de deelnemers. Op de derde dag hield Dr. ir.
C. Koeman een lezing over het onderwerp: „Mechanisering van het aanbrengen van schrift op
kaarten". Spreker behandelde hier de moderne procede's, zowel voor kleine als voor grote bedrijven,
voor het aanbrengen van schrift op kaarten. Hij schonk echter niet alleen aandacht aan de mecha
nisering, maar ook aan de automatisering. Om 11 uur volgde een voordracht van de Heer C. J.
Capellen over het onderwerp: „De Hadego in de Kartografie". Spreker vertelde over de vele
voordelen van dit uitstekende Nederlandse product. Een voordracht die voor velen bijzonder in
teressant was, getuige de langdurige gedachtenwisseling tussen de Heer Capellen en enige deel
nemers.
De studiedagen werden besloten met een voordracht van de Heer H. Krijger met als onder
werp: „Schrift en kleur op kaarten". Gesproken werd over algemeen geldende regels voor de letter-