MEDEDELINGEN 425 de landen van Europa een Wirtschaftkarte toegevoegd, evenals dat reeds het geval was met de kaarten van de werelddelen. De atlas eindigt met kaarten uit de Algemene Aardrijkskunde, van welke de Weltwirtschaft bij- zondere aandacht verdient (blz. 158/159) evenals die van de Zeitzonen, niet in de Mercatorprojectie, maar in de normale equidistante azimuthale projectie (blz. 162), welke projectie ook gebruikt is voor de laatste kaart Weltverkehr (blz. 163). De atlas begint met een interessante inleiding: Zur Namenschreibung im Österreichischen Mittel schulatlas, gevolgd door een zeer nuttige Zur Aussprache der Namen. Een register blijkt helaas te ontbreken; wel zijn een aantal namen samengebracht in hun oude of aan een andere taal ontleende vorm en in hun tegenwoordige, officiele. Hierop volgt nog een bladzijde met kaartnetten en een (1) om de leerling het drukken van een kaart in haar verschillende fasen duidelijk te maken. De blz. 2 en 3 geven fragmenten uit de officiele Oostenrijkse kaartwerken, terwijl blz. 4 een voorbeeld van een kadasterkaart geeft op de ene helft; de andere helft van de biz. demonstreert met de foto's op blz.5: Vom Luftbild zur Karte. In het kort een prachtige atlas. Ook een goede schoo 1 atlas? Voor de school zijn de kaarten te overladen. Dan vind ik de bewerking van de Bos' Atlas veel beter gelukt, daarbij aannemende, dat dit kaartwerk in zijn evolutie van de laatste jaren nog niet tot stilstand is gekomen. Ofschoon Diercke's Schulatlas für höhere Lehranstalten, (ik heb hier voor mij de 62ste druk uit het jaar 1925) ook al vrij veel gaf, is dit met de latere uitgaven van na de oorlog nog toegenomen. De titel luidt nu dan ook Diercke's Weltatlas, b.v. de 1. Auflage der Neubearbeitung van 1957. In hun tegen woordige vorm schijnen mij de beide genoemde buitenlandse atlassen meer geschikt voor het uni versitär onderwijs in de aardrijkskunde, voor zover daar regionale en algemene aardrijkskunde ge- doceerd wordt. J. Schokkenkamp PROFESSOR DR. R. ALMAGIÄ OVERLEDEN Op 13 mei 1962 overleed te Rome, in de ouderdom van 77 jaar, Roberto Almagiä, emeritus hoogleraar in de geografie, erelid van het Koninklijk Nederlandsch Aardrijkskundig Genootschap. Almagiä heeft met bijkans onuitputtelijke energie gedurende een halve eeuw het wetenschappelijk werk op het gebied van de geografie in Italie geleid en daarnaast op uitgebreide wijze deelge- nomen aan het werk op internationaal terrein. Hij was vice President van de International Geogra phica! Union, voorzitter van de Commissie voor de bibliografie van de oude kartografie en voor- zitter van het Committee of Management van Imago Mundi Ltd.. Vele buitenlandse wetenschap- pelijke genootschappen hebben hem een erelidmaatschap verleend waarbij de Societe de Geographie te Parijs hem de Malte-Brun prijs en de American Geographical Society hem de Gouden medaille schonken. In Italie was professor Almagiä President en later lid van het Nationale Comite voor Geografie, Geologie en Mineralogie van het Consiglio Nazionale delle Ricerche. Hij was ook directeur van het studiecentrum voor sociale geografie van diezelfde raad. Sedert 1955 was hij President van de Societä de Studi Geografici in Florence, terwijl zijn redacteurschap van het Rivista Geografica Italia reeds van 1920 dateert. Als veelzijdig geleerde heeft Almagiä ons meer dan vijfhonderd publicaties geschonken, waar- onder vele boeken met daarnaast nog een ontelbaar aantal recensies en kleine berichten. Hoewel hij zieh met een groot aantal verschillende onderwerpen heeft bezig gehouden werd zijn voorliefde gevormd door de Studie van de geschiedenis der kartografie. Deze interesse wordt gekenmerkt door de uitgave van omvangrijke studies, vergezeld van reproduetie atlassen, waarvan de be- kendste zijn: Monumenta Italiae Cartographica (1929), Monumenta Cartographica Vaticana, 4 dln. (1944-'55), L'ltalia di G. A. Magini e la cartografia dell'ltalia nei secoli XVI e XVII (1922). Voorts versehenen in lmago Mundi, a yearbook of early cartography in de loop van de jaren een aantal belangrijke artikelen van zijn hand. De schatten aan kartografisch materiaal, bewaard in de bibliotheek van het Vaticaan zijn door Almagiä's kennis en werkkracht voor een belangrijk deel ontsloten en in fraaie reprodueties open- baar gemaakt. Op het terrein van de geografie heeft hij ook door middel van monumentale studies aan die wetenschap belangrijke diensten bewezen: o.a. door zijn handboek in zes delen: II mondo Attuale (eerste editie 1953-56) en zijn regionale geografische beschrijving van Italie in twee delen (1959). Enkele van zijn artikelen werden verzameld in een gedenkboek, Scritti geografici) te zijner ere uitgegeven door zijn leerlingen in 1961. Dit boek bevat ook een volledige lijst van Almagiä's publicaties gedurende de periode 1902-1960. Met Professor Roberto Almagiä is een geleerde van uitzonderlijke werkkracht, tot in hoge ouderdom gedemonstreerd, heengegaan die de beoefenaren van de geografie en de oude kartografie uit twee generaties vele onvergankelijke werken heeft nagelaten. C. K.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1962 | | pagina 17