553 permanente kommissie voor aardrijkskundige namen, welke o.a. aanwijzingen zou kun- nen gaan geven voor het schrijven van buitenlandse namen in Nederland, in het bizon- der voor transkriptie en transliteratie uit niet-latijnse Schriften. Hiernaar is zeer veel vraag, ten behoeve van kranten, encyclopedieen, kartografische bureaus en allerlei al of niet wetenschappelijke aardrijkskundige uitgaven. In een wereld waarin men iedere ochtend Chinese parachutisten in zijn voortuin kan vinden, behoort de transkriptie uit zulke tailen geregeld te zijn. Verdere Verlangens: vermelding in de nieuwe aardrijkskundige naamlijst van geo- grafische koördinaten of x en y koördinaten achter de plaatsnamen in plaats van alleen de gemeente waarin de plaats ligt. Aan de kommissie Van Haeringen is door de minis ter alleen gevraagd de schrijfwijze der aardrijkskundige namen te regelen: regels dus, en een aardrijkskundige naamlijst; geen aardrijkskundig woordenboek of gazetteer. Blote namen, slechts vermeerderd met een beschrijving van plaats, ligging en aard van het objekt voorzover deze onontbeerlijk is voor een goede identificering van naam en objekt (Petten, gemeente Zijpe; Akkrum, gemeente Utingeradeel)Maar een vermel ding van bij voorbeeld geografische lengte en breedte bij plaatsnamen zou voor geo- grafisch-kartografisch gebruik wel preciezer en aangenamer zijn, vooral ook voor buiten- landers. (Een officiele aardrijkskundige naamlijst behoort een inleiding en gebruiks- aanwijzing in Engels en Frans te bevatten.) Het is ook niet zonder reden dat de karto grafische organisatie van de Verenigde Naties dringend aanbeveelt in officiele aardrijks kundige naamlijsten altijd lengte en breedte der objekten aan te geven 2. De voor- lopige naamlijst van West-Duitsland houdt zieh hieraan 3. Wanneer dit voor Nederland thans te veel gevraagd is, zou men misschien toch wel achter de trefwoorden der gemeentenamen de geografische positie van het gemeente- huis of de hoofdplaats kunnen aangeven, opdat de gebruiker zonder gemeentenkaart (want die heeft niet iedereen) enig idee kan krijgen van de ligging van een plaats. Via het trefwoord Schoorl, gemeente in Noord-Holland, 04.42 oost 52.42 noord kan men dan het dorp Groet, gemeente Schoorl min of meer zuiver binnen de provincie plaat- sen. En dat is voor de identifikatie van minder bekende plaatsjes wel een vereiste. Bij niet-plaatsnamen, zoals alle land- en waternamen, zal natuurlijk ook een zeer körte beschrijving van ligging en aard van het objekt onvermijdelijk zijn. Het is tegelijk duidelijk dat de aardrijkskundige of kaartenmaker geneigd is hier een uitvoerige en verfijnde geografische typering te verlangen welke van een spellinglijst in redelijkheid niet verwacht mag worden. Beekman bijvoorbeeld geeft een weelde van zulke ty peringen. Ik verwijs voor zijn terminologie naar noot 4 waarin ik in vijf groepen bijeengezet heb de ongeveer honderdvijftig aardrijkskundige begrippen die ik bij een 2 Vgl. o.a. Standard cartographic practices for land mups (in: World cartography, vol. VI, 1958. United Nations, New York i960). 3 Die Rechtschreibung der geographischen Namen Deutschlands. Bearbeitet und herausgegeben von dem ständigen Ausschusz für die Rechtschreibung geographischer Namen unter Vorsitz von Prof. dr. E. Meynen. Mannheim i960. 4 Voornaamste aardrijkskundige termen der topografische beschrijvingen in de Lijst der aard rijkskundige namen van Nederland, Dr. A. A. Beekman, Ph. G. Rapp en Prof. dr. J. W. Muller. Uitgegeven door het KNAG, met steun van het Ministerie van Onderwijs, Künsten en Weten- schappen. Leiden 1936. groep 1 water... afwateringskanaal, beek(je), boezem, boezemwater, braak, breek, gekanali- seerde geul, kanaal(tje), kreek, pijp, riet, ringvaart, rivier(tje), rivierkil, scheepvaartkanaal, sloot(je), spreng, sprink, sträng, stroom(pje), tocht, tochtsloot, vaargeul, vaart(je), vaarwater, vlier, vliet, water(tje), watergang, waterloop, wetering, wijk, zeearm, zeeboezem, zeeg, zeegat, zwin. groep 2 meren buitendijkse plas, duinmeer(tje), heiplas, kolk(je), meer(tje), plas(je), veen- plas(je), ven(netje), waai, wade, weel, wiel. groep 3 landakker, bedijking, boezemland, bosgebied, bouwland, broek, broeklanden, buiten- land, dal, dorpspolder(tje), duindal, duinpan, duinstreek, duinvallei, duinvlakte, eng, enk, es, K.N.A.G. LXXX 36

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1963 | | pagina 23