392
UIT DE TIJDSCHRIFTEN
Geografisch Tijdschrift.
Geodesia. Maandblad van de Stichting
Nederlands Genootschap voor Landmeet-
kunde. Utrecht.
Allgemeine Vermessungs-Nachrichten.
Berlin.
Geographisches Taschenbuch. Wiesbaden.
Geographische Rundschau. G. Wester
mann Verlag. Braunschweig.
Geologische Mitteilungen. Aachen.
Eveneens een onderwerp uit de thematische
BESPREKINGEN
Moll) en het Geografisch Instituut te Utrecht.
Daaraan kan ik o.a. toevoegen de Universiteits-
bibliotheek van Amsterdam (i.e. de gecombi-
neerde kaartenverzameling van het K.N.A.G.
en de Universiteitsbibliotheek zelf).
Op pp. 79-81 wordt een overzicht gegeven
van de bladen van de eerste uitgave van de
rivierkaart (1830-1864). De auteur heeft dit
overzicht ontleend aan het Repertoire des car-
tes du royaume des Rays-Bas et des colonies
neerlandaises, publie par l'lnstitut royal des
Ingenieurs neerlandais, La Haye, 1865 (sa-
mengesteld door P. M. Netscher). In dat
Repertoireen dus ook in dit werk ver
meldt het overzicht o.a.: C. Kaart van de ri-
vieren de Boven-Rijn, de Waal, etc., etc.,
waarna 14 bladen (en twee supplementbladen)
genoemd worden. Dit nu zijn er in werkelijk-
heid 20. Deze fout van Netscher had niet
'herdrukt' behoeven te worden, indien Koe-
man b.v. het overzicht had gecontroleerd aan
de hand van de kaarten zelf (o.a. aanwezig in
U.B. Amsterdam).
Terecht wordt b.g. Repertoire met na-
druk onder de aandacht gebracht van hen,
die zieh bezighouden met historisch kartogra-
fisch onderzoek. In dit verband wil ik ook
nog eens wijzen op De Republiek in 1795, de
tekst die A. A. Beekman in 1913 als toe-
lichting bij de gelijknamige kaart van de Ge
schiedkundige atlas van Nederland deed uit-
komen. Daarin noemt en evalueert hij vele
door hem gebruikte oude kaarten.
Het hier besproken werk van Koeman ver
dient grote belangstelling en het is te hopen,
dat daardoor t.z.t. een tweede, verbeterde druk
nodig en mogelijk zal zijn. H. Sleurink
NEDERLANDSE PERIODIKEN
In jrg. 16, no. 6, dec. 1963 wordt door
A. J. Pannekoek (blz. 242-249) het werk
en resultaat van de redactie-commissie voor
de Atlas van Nederland besproken.
In jrg. 6, no. 2, febr. 1963 is het eerste ge-
deelte van een artikel over Jodocus Hondius
Sr., een van de grote, Nederlandse kartografen
uit de Gouden Eeuw, door W. Koopmans,
opgenomen. De voliedige titel luidt Jodocus
Hondius Sr. (1563-1611). Een Herdenking I.
(blz. 43-49).
Tijdschrift voor Kadaster en Landmeet-
kunde.
De bijdrage van J. A. C. E. van Roermund
aan de lste technische conferentie van de In
ternationale Kartografische Vereniging (sept.
1962), getiteld An inquiry on the newly ap
plied cartographic methods introduced at the
Dulch Topographie Service, werd ook gepu-
bliceerd in dit tijdschrift, jrg. 79, no. 4, 1963,
blz. 261-267.
BU1TENLANDSE PERIODIKEN
Een bijdrage van W. Dahlbenden in Heft
U/12, dec. 1963, behandelt Problemen op het
gebied van de practische kartografie voor zo-
ver deze bij de vervaardiging en revisie van
kadasterkaarten en -plans ter sprake komen:
Die Herstellung von Katasterkarten auf Po
lyesterfolien und ihre Fortführung. Verschil
iende polyestermaterialen zijn getest en ver-
geleken wat betreff hun betekenbaarheid, maat-
verandering e.d..
Een zeer speeifiek onderwerp uit de thema
tische kartografie vindt men in het Taschen
buch 196211963. H. J. Jusatz beschrijft in
Die Darstellung von Krankheiten und Seuchen
im Kartenbild het vervaardigen van allerlei
typen medische kaarten. Aan de ge'interes-
seerde lezer kan de uitgebreide literatuur-
opgave goede diensten bewijzen.
Door H. Boesch en H. U. Wohlgemuth
wordt in Eine Karte des Erzbergbaus im Jahre
i960 (jrg. 16, no. 1, jan. 1964, blz. 26-31)
getracht de wereld-ertswinning in i960 weer
te geven in een statistisch en kartografisch ver-
antwoord kaartbeeld.
