496 ZEEKLEIGRON DEN J. P. HEEREMA EN G. G. L. STEUR drechtvaaggronden (op veen) nesvaaggronden (met een ongerijpte ondergrond) poldervaaggronden (met ondiepe roest- en reductievlekken) ooivaaggronden (met roest- en reductievlekken, die pas op vrij grote diepte be ginnen). De poldervaaggronden worden in de zeeklei onderverdeeld naar de aard van de klei en het kalkgehalte in knip (een stugge klei met ongunstige eigenschappen) knippig (idem, maar minder uitgesproken) normaal, kalkarm normaal, kalkrijk De kalkrijke poldervaaggronden hebben een indeling naar de opbouw van het bodemprofiel en de zwaarte van de bovengrond. Zo is een klasse onderscheiden met een aflopend tot homogeen profiel, het zgn. profielverloop (5). De zwaarte van deze gronden neemt naar onder toe af of blijft ongeveer gelijk en er komen in het profiel geen afwijkende Zand-, klei- of veenlagen van enige dikte voor. Binnen deze groep wordt nog een onderscheid gemaakt naar het gehalte aan deeltjes kleiner dan 2 micron (het lutumgehalte) van de bovengrond. Op deze wijze ontstaan in de kalkrijke poldervaaggronden met profielverloop 5 in de zeeklei vier kaarteenheden, die met verschillende kleuren op de bodemkaart zijn voorgesteld en die als volgt zijn gecodeerd (zie ook tabel 1): Mn 15 A met een bovengrond van Mn 25A met een bovengrond van Mn 35A met een bovengrond van Mn 45A met een bovengrond van 817 y2 lutum 171/215 lutum 2535 lutum meer dan 35 lutum Tabel 1. Indeling van de zeekleigronden. or 1 EERDGRONDEN <r _drechtvaag- gronden 2 VAAGGRONDEN< nesvaag- gronden poldervaag gronden _ooivaag- gronden 'jsymbool op de bodemkaart knip a.'" -knippig oc;'" -normaal kalkarmer''" vnormaal kalkrijk prof iel- verloop N. 2 3/4 5 zwaarte bovengrond Mn15A Mn25A1) Mn35A') Mn^SA1) v onderverdeling in dit voorbeeld niet nader uitgewerkt

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1964 | | pagina 10