sv A++rt KARTOGRAFISCHE ASPECTEN VAN DE BODEMKAART 1 50 000 497 Op bovenbeschreven wijze wordt de bodemgesteldheid van Nederland op deze bodemkaart weergegeven in 260 enkelvoudige kaarteenheden, een groot aantal associa- ties en 25 toevoegingen. Deze worden door kleuren (zie p. 499), Signaturen en Symbolen op de kaart afgebeeld en in een rapport nader toegelicht. 6. De topografische ondergrond Een bodemkaart zonder topografische ondergrond is vrijwel niet bruikbaar. Daarom is een van de belangrijkste problemen bij de reproduktie hoe deze ondergrond voor dit doel het best kan worden gerealiseerd. Enerzijds dient de gebruiker zieh goed in het terrein te kunnen orienteren, maar aan de andere kant moet de nadruk liggen op de weergave van soms ingewikkelde bodemverschillen. Vrij spoedig kan er bij combinatie van deze eisen een chaos ontstaan, die ter wille van de leesbaarheid dient te worden vermeden. Aangezien de bladindeling van de bodemkaart dezelfde is als die van de Topogra fische Kaart 1 50 000, meenden wij oorspronkelijk deze kaart in ongewijzigde vorm als basis te gebruiken, omdat dit veel tijd en kosten zou besparen. Afb. 5, een detail uit blad 39 Oost, toont duidelijk aan, dat deze basis voor ons doel niet goed bruikbaar is. Er is te veel topografisch detail, dat störend werkt op de bodemkundige voorstelling, zelfs al zou deze topografie in lichtgrijze tint worden gedrukt. Zou men de kleurendruk in zeer zware kleuren uitvoeren, dan zou de topografische basis weer onleesbaar worden. Er bleven slechts twee mogelijkheden over: ofwel een geheel nieuwe, vereenvoudigde basis tekenen of de bestaande kaart 1:50 000 generaliseren. De tweede oplossing is gekozen. De Topografische Dienst is zo welwillend geweest het materiaal voor de gene- ralisatie beschikbaar te stellen en toestemming te geven deze uit te voeren. Globaal genomen bevat de Topografische Kaart 1 50 000 de volgende voor ons doel störende dementen, die verwijderd moesten worden: a. te veel wegen, vooral tertiaire en onverharde; b. te veel namen; c. te veel sloten en andere kavelscheidingen d. bossen, bomen, heggen, Windmotoren, bakens, duikers, kaden, hoogtecijfers en andere Signaturen; e. losse bebouwing, kippenhokken, kassen, e.d.. Voör alles evenwel diende het karakter van het landschap behouden te blijven. Daar om werd als maatstaf voor de generalisatie de Topografische Kaart 1 100 000 gekozen met daarnaast de veldbodemkaart van het betreffende gebied als aanvulling. De methode van generalisatie is als volgt: De bestaande Topografische Kaart 1 50 000 wordt fotografisch vergroot naar de schaal 1 30 000, waardoor een negatief beeld ontstaat. Op dit negatief wordt de over- bodige topografie met afdekverf bedekt en later met de uitgedunde schriftplaat bij de Topografische Dienst tot een nieuw positief beeld, schaal 1 50 000, verkleind. Een beeld van een dergelijke generalisatie geeft afb. 6, die hetzelfde detail van het blad 39 Oost aangeeft als afb. 5. Het hoofdpatroon van de topografie is gehandhaafd en de fraaie figuratie van wegen, dijken, dorpen en Steden is intact gebleven. De generalisatie geschiedt op de schaal 1 30 000 uit overwegingen van werkbespa- ring. Op deze schaal kan zij namelijk met een penseel worden uitgevoerd; op een schaal 1 50 000 zou dit met een tekenpen dienen te geschieden, wat veel meer tijd vergt. Op een enkel punt van generalisatie willen wij nog wijzen. De overtollige wegen zijn niet geheel uitgedekt, er is een aanzet van een halve millimeter blijven staan. Dit ver groot de orientatiemogelijkheden aanzienlijk; tevens is hiermede het tijdrovende bijteke- nen van de anders onderbroken hoofdwegen vermeden.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Kartografie | 1964 | | pagina 11