500
Deze lijnrasters bleken voor de nieuwe 1 50 000-bodemkaart minder geschikt, omdat
combinatie met toevoegingsharceringen veelal een moeilijk te ontcijferen moire-effect
bleek te veroorzaken. Ook is vastgesteld, dat kleine cijfers, gedrukt op lijnrasters, minder
Igoed leesbaar zijn. Daarom zijn wij overgegaan op puntrasters, waarbij deze onaange-
name neveneffecten grotendeels ondervangen zijn.
Ten behoeve van de druk met puntrasters werd een nieuw kleurenschema ontworpen
voor de drie basiskleuren, nl. geel, rood en blauw, elk in zeven gradaties, waardoor
343 kleuren beschikbaar kwamen. Er werd hierbij uitgegaan van het Rolcor 48-puntraster,
waarmee met een kleine correctie een visueel goed oplopende trap werd verkregen, met
een dekkingspercentage van 0, 10, 23, 41, 52, 66 en 100.
Alhoewel het theoretisch en praktisch mogelijk is 300 400 kleuren en meer te druk-
ken in drie drukgangen, kan ons oog de dan ontstane kleurnuances moeilijk onderschei-
den. Bovendien komen nog kleurverschuivingen voor in de drukgang, die in de kaart
van blad tot blad kunnen optreden. Het was daarom zeer wenselijk het grote aantal
kleuren (voor 260 kaarteenheden) te reduceren. Daartoe hebben wij een aantal ver-
wante eenheden dezelfde kleur gegeven. Zij worden dus alleen onderscheiden door een
verschillend symbool. Bij deze samensmelting bleven er ten slotte bij toeval, evenals op
de Nebokaart, 156 kleuren over, die de gebruiker goed kan herkennen.
De uit twee enkelvoudige eenheden samengestelde associaties worden ook in deze
kleuren afgebeeld, echter in een mozai'ek-patroon, waarbij afwisselend in banen van 1,5
millimeter de kleuren van de beide samenstellende kaarteenheden zijn weergegeven.
Bij associaties van vele enkelvoudige kaarteenheden, zoals in afb. 4 voorgesteld, wor
den lijnrasters gebruikt in kleuren, die de verwantschap met de voornaamste samenstel
lende delen aangeven.
Ook al zijn alle kleuren, die nodig zijn voor de voorstelling van de kaarteenheden, in
drie drukgangen te bereiken, toch is het aantal drukgangen van de bodemkaart tot Zeven
opgelopen. Dit aantal werd noodzakelijk omdat van elk te drukken kaartblad gelijktijdig
zowel een chromo- als een schetsuitvoering wordt vervaardigd.
Op de blauw-kopieen van de topografie (drukgang 2 in tabel 2) worden de grenzen
voor drukgang 3 getekend en wordt de beschrifting aangebracht voor drukgang 1. De
grenzen van de grondwatertrappen en de blauwe Symbolen worden afzonderlijk ver
vaardigd op maatvaste Cronar. Het lithografische werk voor de drukgangen 5 tot en
met 7 wordt uitgevoerd op combinatie-blauw-kopieen van 1 en 3. De montage van de
puntrasters als strippingfilm op deze combinatie-blauw-kopieen wordt met de hand in
de eigen lithografische afdeling uitgevoerd.
Door gebruik te maken van zeven drukgangen verwachten wij, dat deze bodemkaart
aan het gestelde doel zal voldoen, nl. als algemene informatiebron en als werkkaart
voor diverse toepassingen van de bodemkartering.
J. P. HEEREMA EN G. G. L. STEUR
Tabel 2. Overzicht van de bestemming van de drukgangen voor de chromo- en
de schetsbodemkaart (werkblad)
drukgang kleur bestemming chromo schets
1 zwart beschrifting en Symbolen
2 grijs topografie
3 bruin bodemgrenzen
4 kracht- grondwatertrappen en
blauw -Symbolen
5 blauw
6 geel
7 rood
kaarteenheden
en water
x
x
X