79
HET TERRE1N, HET LANDSCHAP EN DE TOPOGRAFISCHE KAART VAN NEDERLAND
geograaf en kartograaf vaak min of meer noodgedwongen vaag. Zo verneemt men bv.
weinig concreets over de grens van de Peel of van de Balkan.
Regio en landschap ondergaan in de loop der tijden veranderingen; daarmee samen
hangend treft men in de huidige regio en in het recente landschap wel verschijnselen
of objecten aan daterend uit vroegere fasen: relictvormen of relictverschijnselen. De
dementen van een landschap komen meestal in veelvoud voor: akkers, huizen, wegen
enz. Soms echter zijn er landschapselementen die in een bepaald landschap in enkelvoud
voorkomen: een landschappelijk 'hapax-verschijnsel', hetwelk uiteraard ook in karto-
grafisch opzicht aandacht verdient.
De landschappelijke relictvormen en hapax-verschijnselen vertonen binnen een bepaald
landschap soms in mindere mate genetische, oorzakelijke of functionele samenhang met
de overige landschapselementen. Dit feit bemoeilijkt in veel gevallen de bestudering van
het landschap, maar ook de samenhang tussen de recente landschapselementen is niet
altijd op het eerste oog doorzichtig, bv. als gevolg van de omstandigheid dat men een
te beperkt gebied in Studie neemt of doordat men geografische processen of gebeurte-
nissen waarmee deze landschapselementen samenhangen niet in het onderzoek betrekt.
Zo komt men m.i. wel ten onrechte te spreken over „het misleidend landschaps-
beeld".
Het kartografisch hulpmiddel dat de geograaf bij de uitbeelding van regio en land
schap ter beschikking zou moeten staan duiden wij aan als polythematische
k a a r t; de ontwikkeling van dit kaarttype kreeg o.i. tot nu toe nog te weinig aandacht.
Dit geldt zowel voor de kleinschalige als de grootschalige kaarten, met name voor atlas-
kaarten (landkaarten) en topografische kaarten. Op geen dezer kaarttypen is sprake van
een terreinweergave, waarbij het landschapskarakter expliciet tot uitdrukking is gebracht.
De terreinobjecten worden minder naar hun geografische aard en betekenis dan wel
naar hun waarde of afmeting weergegeven op deze kaarten. Op de zgn. landkaarten
domineert de hoogte- en diepteaanduiding en de weergave der nederzettingen op basis
van het aantal inwoners, terwijl het karakter der topografische kaarten al evenzeer
topometrisch iste noemen.
Over het overwegend t o p o m e t r i s c h e karakter van de Neder-
landse topografische kaart 1:25 000
De omstandigheid dat de ontwikkeling van de topografische kaart in ons land
grotendeels los van de geografie plaats had en het karakter van deze kaart reeds was
vastgelegd in een tijd toen van modern geografisch onderzoek nog nauwelijks sprake
was, terwijl bovendien de doelstelling van de militaire opdrachtgever een niet-geogra-
fische was, leidde er toe dat geometrische en topometrische kwaliteiten in deze kaart
gingen domineren. Het werd de ideale, meetkundig betrouwbare basiskaart, waarop de
ontwerper van monothematische kaarten zijn gegevens rangschikt; de veelal voor dit
doel uitgedunde inhoud van de topografische kaart dient dan slechts ter plaatsbepaling.
In te geringe mate echter heeft de inhoud van deze meetkundig en kartografisch-
technisch zo waardevolle kaart gelijke tred gehouden met het geografisch inzicht be
treffende ons land. Dat juist de geografische beschouwingswijze meer zou moeten
doorklinken bij het samenstellen van de topografische kaart wordt ook benadrukt in
de motivering van de samenwerking tussen kartografen en geografen op pag. 58 van
de The IGU-Newsletter 1965 (2)"It is not only the geographers who have to gain
from collaboration with cartographers, but the latter also should benefit from a closer
and better understanding of the requirements of the geographers. Het dunkt ons een
nastrevenswaardig ideaal om met behoud van de meetkundige kwaliteiten van de topo-